Dienst van SURF
© 2025 SURF
Dit is alweer de vijfde editie van het congres Met het oog op behandeling. De afgelopen jaren hebben we gezien dat de maatschappelijke belangstelling voor mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) sterk toeneemt. Dit jaar is er zelfs een Interdepartementaal Beleidsonderzoek gedaan door diverse ministeries over de positie van mensen met een LVB in de Nederlandse samenleving. In het onderzoeksrapport wordt gepleit voor het verbeteren van de communicatie tussen algemene voorzieningen en deze burgers. Voor alle professionals in het brede sociaal domein wordt aanbevolen dat zij meer kennis en vaardigheden moeten hebben voor hun hulp- en dienstverlening aan mensen met een LVB. Dat geldt voor alle professionals in het sociaal domein en in het bijzonder voor professionals die werken voor cliënten met een LVB waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek en psychische problemen. In dat geval moet je kunnen omgaan met ‘onbegrepen gedrag’ en agressie en wil je beschikken over de beste, actuele kennis op dat gebied.
De schuldenproblematiek in Nederland is nog steeds groeiende. De impact op de schuldenaar, maar ook op de samenleving, is groot. Financiële problemen zijn voor een groot deel een gedragsvraagstuk. In deze dissertatie staat het gedrag van de groep consumenten met een financiële achterstand centraal. Uit de analyses blijkt dat het niet één specifieke gedraging is die leidt tot financiële problemen, maar een combinatie van verschillende gedragingen die het risico op financiële problemen vergroten. Zo spelen niet bijhouden van de administratie, post en niet vooruit plannen een rol. Analyses naar de oorzaken van deze gedragingen laten bovendien zien dat er verschillende factoren en processen zijn die samenhang vertonen met het financiële gedrag. Onder meer de rol van self-efficacy, self-control en sociale steun, is onderzocht en blijken een samenhang te hebben. Financiële problemen kennen een eigen dynamiek. Eenmaal geconfronteerd met financiële problemen, verandert het gedrag van de consument. Deze verandering wordt deels veroorzaakt, doordat hij zich moet aanpassen en bijvoorbeeld meer gaat bezuinigen. Maar de verandering van gedrag is ook het gevolg van processen zoals schaarste en een veranderende houding ten opzichte van schulden.
Het plan van aanpak gepresenteerd in deze handreiking is bedoeld als leidraad voor het ontwerpen, ontwikkelen, implementeren en evalueren van verschillende Learning Communities binnen het RAAK-5 project Het Nieuwe Telen: gas erop! Het is bedoeld om zowel inzichten als instrumenten te bieden aan coördinatoren en facilitatoren voor de implementatie van de lokale Learning Communities gedurende het project. Deze handreiking is een noodzakelijke aanvulling op het project vanwege de prominente rol van Learning Communities binnen het project, maar ook omdat er geen wetenschappelijk gebaseerde ontwerpprincipes voor LC’s te vinden zijn. Er zijn veel projecten die Learning Communities uitvoeren, maar een grondige zoektocht naar literatuur en internetbronnen resulteerde niet in ontwerpprincipes.
Gezond beweeggedrag bevordert de kwaliteit van leven en helpt bij het verminderen of voorkomen van gezondheidsklachten en heeft een positieve invloed op sociaal welbevinden, participatie en welzijn. Gezond leven is primair de verantwoordelijkheid van mensen zelf, maar niet iedereen is in staat om gezond gedrag zelfstandig te initiëren en vol te houden. Voor deze mensen is in de eerstelijnszorg veel aandacht. Frustrerend is dat ondanks alle inspanningen de zorgprofessionals, zoals de fysiotherapeut, praktijkondersteuner en beweegconsulent, zelf inschat-ten dat 50-90% van de cliënten binnen een jaar terugvalt in ongezond beweeggedrag. Hoewel aansluiten bij de mate van zelfmanagement van de cliënt hierbij kansrijk lijkt, blijkt de huidige aanpak onvoldoende. Bewijskracht voor het belang van het stimuleren van gezond gedrag in de context, een combinatie van achtergrondkenmerken en sociaal, psychisch en fysiek functioneren in de leefomgeving, neemt toe. Maar hoe betrek je als professional deze context in een persoonsgericht ondersteuningstraject? Hogeschool Leiden, De Haagse Hogeschool en Hogeschool Rotterdam gaan samen een methodiek ontwikkelen die antwoord geeft op deze vraag. Het BiBoZ project identificeert functioneringsprofielen vanuit cliëntenperspectief en identificeert profielspecifieke bouwstenen voor duurzaam gezond beweeggedrag. De functioneringsprofielen zijn gebaseerd op individuele kenmerken en gedrag beïnvloedende componenten zoals het fysieke, sociale en psychische functioneren in de dagelijkse leefomgeving van de cliënt. Bouwstenen zijn bestaande interventies en diensten zoals: beweeginterventie, een app of verwijzing naar een beweegaanbod of burgerinitiatief. Voor het definiëren van de functioneringsprofielen en bouwstenen starten we bij de cliënt, werken we gedurende het hele traject in co-creatie met de praktijk, gebruiken we het Behavioural Change Wheel als theoretisch raamwerk en gebruiken we naast kwalitatieve technieken ontwerpgerichte onderzoekstechnieken. Vanuit deze nieuwe open en brede blik werken we toe naar een prototype van een methodiek te gebruiken door zorgprofessionals voor op maat ondersteunen van hun cliënten in het bereiken van duurzaam gezond beweeggedrag.
Het ontwerpen van diensten voor gezond gedrag is een steeds belangrijker taak voor de creatieve industrie. Echter, het ontbreekt de sector aan kennis en gereedschappen om vanuit wetenschappelijke theorie en bewijs gefundeerd te kiezen voor een interventiestrategie die past bij de context, de doelgroep en het doelgedrag. Bestaande tools en methoden missen een stevige (gedrags)theoretische onderbouwing of zijn te complex voor de ontwerppraktijk. Door de zeer recente ontwikkeling van nieuwe, bruikbare classificaties van gedragsveranderende technieken en onderliggende theoretische werkingsmechanismen is de ontwikkeling van een evidence-based strategiekeuze-tool nu mogelijk. Dit project wil deze nieuwe inzichten dan ook koppelen aan een bestaand product voor theorie-gedreven ontwerpen voor gedragsverandering: het gedragsmodel Persuasive by Design en de daarop gebaseerde Gedragslenzentoolkit. Hiermee levert dit project alle nodige input en randvoorwaarden voor een nieuwe, bruikbare tool die de bestaande lacune tussen doelgroeponderzoek en conceptontwikkeling opvult en de creatieve industrie in staat stelt kansrijkere gedragsveranderende interventies producten, diensten en communicatie-uitingen te ontwikkelen.
Praktijksignalen geven aan dat heel wat leerlingen in het voortgezet onderwijs (vo) worstelen met school. We zien dalende leerresultaten, verminderd welbevinden en afnemende leermotivatie. Scholen en leraren(teams) zoeken naar manieren om onderwijs anders te organiseren, om leren meer af te stemmen op verschillende leerbehoeften van een diverse groep leerlingen en hun intrinsieke motivatie aan te wakkeren. Het principe van ‘Student Voice’ (SV) biedt waardevolle perspectieven: de leerling krijgt meer een ‘stem’ en ze worden actief betrokken bij het ontwerpen van onderwijs. Er is groeiend wetenschappelijk bewijs dat SV tot verhoogde motivatie en welbevinden leidt (Mitra, 2008; Rudduck, 2007). Binnen SV zijn er verschillende gradaties van betrokkenheid van leerlingen. Dit loopt van lage betrokkenheid (bv. feedback van leerlingen op een les) tot hoge betrokkenheid (leerling als medeeigenaar en mede-ontwerper van onderwijs). De praktijk beperkt zich vaak tot het eerste: leerlingen kunnen advies geven, maar mogen niet mee beslissen over bijvoorbeeld leerdoelen. Dat heeft mogelijk te maken met de taakopvatting of competenties van leraren. Wat is hun opvatting over goed onderwijs, hoe vaardig voelen ze zich om gesprekken met leerlingen aan te gaan en het onderwijsproces (samen) te herontwerpen? Onderzoeken hoe verschillende aspecten van SV de leermotivatie van leerlingen verhoogt, vraagt zowel aandacht voor het perspectief van leerlingen, als van leraren. Met deze projectaanvraag willen we samen met vo-scholen en lerarenopleidingen onderzoeken hoe we onderwijs anders kunnen organiseren door middel van SV zodat leerlingen meer gemotiveerd zijn om te leren op school. De didactische aanpak SV wordt in co-creatie ontwikkeld met leraren en leerlingen in een doorlopend professionaliseringstraject met flankerend onderzoek gebaseerd op design based research