Dienst van SURF
© 2025 SURF
Bij onderwijzers, leerkrachten en docenten ligt de taak en roeping om opnieuw echt en letterlijk inhoud te geven aan hun vak. Het is mijn stellige overtuiging dat het functionele denken een uitingsvorm is van een maatschappelijke crisis, van de leegte rond waarde, zin en betekenis, van een diepe onverschilligheid. Het is, omgekeerd, eveneens mijn overtuiging dat, als wij beginnen met opnieuw begeesterd aandacht te geven aan betekenisvolle inhoud, de functionele vaardigheden min of meer vanzelf zullen volgen. Kennis draagt en omvat de toepassing! Zin en betekenis gaat vooraf aan functie en nut. Wat is primair; hoe is secundair, niet andersom!
Een literatuurstudie naar het versterken van informele en formele verbindingen rondom jeugdigen en gezinnen in de specialistische hulpverlening. Wat is er internationaal en nationaal bekend over het versterken van de samenwerking tussen het informele en formele netwerk? Deze vraag heeft centraal gestaan. In deze literatuurstudie staat beschreven welke kenmerken jeugdigen belangrijk vinden in de relatie met hun sociaal werker en andere belangrijke volwassenen. Ook worden er verschillende netwerkbenaderingen beschreven, waaronder de JIM-aanpak. In de conclusie worden er handelingsalternatieven geboden voor de professional. Deze literatuurstudie dient als vooronderzoek voor een praktijkonderzoek waarin er met een dossieranalyse wordt gekeken naar de mate waarin professionals het netwerk van jeugdigen en gezinnen optimaal benutten.
Het onderwijs zoals we het nu kennen stamt uit het begin van de 19e eeuw. In de Nederlandse onderwijswet van 1806 werden leraren verplicht klassikaal les te gaan geven en de oude manier van lesgeven werd verboden (het zogenaamde hoofdelijk onderwijs). Onderwijzers moesten vanaf dat moment bevoegd zijn tot onderwijzen en de landelijke inspectie hield toezicht of de nieuwe schoolregels werden nageleefd. Gezien de veranderingen in de samenleving, ziet het er naar uit dat het ‘traditionele’ onderwijs aan het einde van zijn levenscyclus is gekomen. Technologische innovaties maken dat werk verandert en onderwijs dat jongeren voorbereidt op “volwaardige deelname aan de samenleving en een bij hun talenten passende (toekomstige) positie op de arbeidsmarkt” (Onderwijsbegroting OCW 2011, artikel 3) zal zich daarop moeten aanpassen. En zoals het geen zin heeft om krijtjes voor het schoolbord te verbeteren als een digibord wordt gebruikt, gaat het ook niet lukken om het onderwijs te verbeteren met verouderde gereedschappen. In dit essay zullen enkele kenmerken van de hedendaagse loopbaanbegeleiding worden geplaatst in de tijdgeest waaruit deze kenmerken zijn voortgekomen. De tekst komt deels uit de oratie ‘Architectuur van leren voor de loopbaan: richting en ruimte (Kuijpers, 2012).
In september 2017 startten de lectoraten LEAN-World Class Performance en Automotive Research van de HAN University of Applied Sciences met het onderzoek ‘Werkplaats op Weg’ (cofinanciering door SIA middels het RAAK-MKB subsidieprogramma). Hierin werd de vraag beantwoord: “Wat betekenen alle technologische ontwikkelingen voor de gewenste inrichting van onze onderhoudsprocessen? Wat betekent dit voor acties die we nu en in de nabije toekomst moeten nemen?” De autowerkplaats van de toekomst zal - door innovaties in autotechnologieën, toenemende zorgen over het milieu en klimaat, en een veranderende toekomstvisie op mobiliteit - verschillen van huidige werkplaatsen. Deze ontwikkelingen leidden tot grote onzekerheid bij MKB-ondernemers, met name over de mogelijke effecten op de onderhoudsvraag van voertuigen. Werkplaats op Weg heeft het kennishiaat hieromtrent opgepakt. Op basis van specifieke casussen, interviews en praktijkonderzoeken zijn zes potentiële bedrijfstypes voor het MKB gedefinieerd. Deze zijn gelinkt aan de eerder beschreven technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. De relevantste technologische ontwikkelingen die hierin centraal stonden zijn Connected, Autonomous, Shared en Electric Vehicles (CASE; zie figuur 1). De analyse heeft geleid tot concrete en toegankelijke aanbevelingen en online tools. Hiermee kunnen bedrijven binnen de sector hun eigen strategische keuzes maken met betrekking tot het uitvoeren en organiseren van werkzaamheden in hun werkplaats. Tevens is vastgesteld welke consequenties er zijn voor automotive opleidingen. Resultaten van het onderzoek zijn verzameld op de website: www.werkplaatsopweg.nl Figuur 1: Resultaten Werkplaats op Weg Met behulp van de Top-Up willen we onderzoeken hoe ondernemers, onderwijzers en onderzoekers om kunnen gaan met onverwachte, disruptieve veranderingen zoals de Coronacrisis, als aanvulling op de eerdere bevindingen die vooral gericht waren op het omgaan met verwachte technologische innovaties. Gezien de enorme en radicale impact van de huidige coronacrisis, is dit het perfecte moment om de sector extra aandacht en ondersteuning hiertoe aan te bieden.
Veel Europese burgers ontberen de cijfervaardigheden om volledig en zelfstandig deel te nemen aan onze samenleving, die doordrongen is van technologie, statistiek en cijfers. Zij worden over het hoofd gezien voor bepaalde banen en vanwege de overvloed aan nummergerelateerde zaken, lopen ze in hun dagelijkse leven aan tegen allerlei problemen. Daarom is het essentieel dat er effectieve educatieve programma's worden ontwikkeld die aansluiten bij het dagelijks leven van volwassenen.
Veel Europese burgers ontberen de cijfervaardigheden om volledig en zelfstandig deel te nemen aan onze samenleving, die doordrongen is van technologie, statistiek en cijfers. Zij worden over het hoofd gezien voor bepaalde banen en vanwege de overvloed aan nummergerelateerde zaken, lopen ze in hun dagelijkse leven aan tegen allerlei problemen. Daarom is het essentieel dat er effectieve educatieve programma's worden ontwikkeld die aansluiten bij het dagelijks leven van volwassenen.Doel Het doel van dit project is om de gecijferdheid van burgers te vergroten door meer en betere gecijferdheidscursussen (of andere relevante educatieve programma's) voor volwassenen te ontwikkelen. Daarnaast zal het onderwerp onder de aandacht worden gebracht van onderwijzers, beleidsmakers en het brede publiek, zodat zij zich bewuster worden van de problemen rondom gecijferdheid. Dit project is een vervolg op een eerder groot Erasmus+ onderzoeksprogramma: "Europees referentiekader gecijferdheid". Resultaten Tijdens dit project worden in ieder geval de volgende vier kennisproducten ontwikkeld: Informatie- en bewustwordingsmaterialen Onderwijs- en leermaterialen - voorbeelden Op lokaal niveau: Materialen voor de ontwikkeling van professionals - voorbeelden Whitepapers over wat werkt in gecijferdheidsonderwijs Door deze informatiematerialen, whitepapers en leermaterialen beschikbaar te maken, zal het gecijferdheidsonderwijs voor volwassenen in Europa verbeterd worden en op die manier bijdragen aan het beleid dat de laaggecijferdheidsniveaus in Europese landen wil verhogen. Looptijd 01 januari 2022 - 31 december 2024 Aanpak We gebruiken een aanpak op meerdere niveaus voor het benaderen van leraren en vrijwilligers die betrokken zijn bij het geven van gecijferdheidscursussen, de opleiders die cursussen geven aan die leraren en vrijwilligers, en beleidsmakers en andere belanghebbenden die verantwoordelijk zijn voor het creëren van kansen voor zulke cursussen. Dit project is gebaseerd op de overtuiging dat succesvolle educatieve gecijferdheidsactiviteiten voor volwassenen niet te vinden zijn in schoolboeken voor kinderen of in abstracte spreadsheets, maar direct gerelateerd zijn aan de werkelijkheid, behoeften en uitdagingen van volwassenen. Ons onderwijs moet verbonden zijn met de realiteit van de lerenden, een holistische benadering volgen (lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden), en moet daarom ook leerlinggericht zijn. We zullen volwassenen moeten begeleiden in hun gecijferde omgeving door authentiek materiaal vanuit real-life-situaties te gebruiken, te werken aan bewustwording van succesvol gedrag, (cijfervaardigheids)thema's als gezondheid of financiën te bespreken en ook door een kritisch en verstandig gebruik van tools te ondersteunen. Impact Zowel de cursussen en programma's zelf die in dit project worden ontwikkeld als de internationale inzichten over hoe ze het beste kunnen worden ontwikkeld, kunnen het dagelijks leven van Europese burgers verbeteren en actief burgerschap, gezinsleven, sociaal leven en kansen op werk bevorderen. Ze kunnen ook de zorgen over de toekomstige economische ontwikkeling van Europese landen en hun snelle digitalisering en technologisering verminderen.