Dienst van SURF
© 2025 SURF
Onderzoekend werken in mbo-instellingen is belangrijk omdat het docenten helpt in te spelen op ontwikkelingen in het onderwijs, werkveld en studenten. Een docent verwoordt het treffend: ‘Zonder onderzoekende houding is het lastig om de veranderingen bij te houden. Studenten vonden vroeger bijvoorbeeld sociale media niet belangrijk maar nu wel, daar zullen docenten dan ook nu iets mee moeten doen’. Onderzoekend werken is daarmee geen doel op zich, maar nadrukkelijk een middel bij het verbeteren of vernieuwen van onderwijs. In deze bijdrage gaan de auteurs in op de vraag hoe onderzoekend werken door docenten er uit ziet, en geven ze een voorbeeld van hoe onderzoekend werken op een mbo-instelling wordt ingezet bij onderwijsverbetering. Tot slot presenteren de auteurs een tool om met collega’s in de opleiding in gesprek te gaan over hoe zij onderzoekend (kunnen) werken aan onderwijsverbetering.
In een opleiding als lerende organisatie verbeteren opleidingsteams hun onderwijs op een onderbouwde en duurzame manier. Deze aanbevelingen ondersteunen het toewerken naar of versterken van een lerende organisatie.
MULTIFILE
In een opleiding als lerende organisatie verbeteren opleidingsteams hun onderwijs op een onderbouwde en duurzame manier. Maar hoe kun je als opleiding een lerende organisatie worden? Dit kan door onderzoeksmatig en cyclisch te werken. En door een onderzoekscultuur te creëren. Deze twee processen verlopen parallel en voeden elkaar.
MULTIFILE
Driestar hogeschool (met opleidingen in het educatieve en pedagogische domein) maakt samen met Driestar onderwijsadvies deel uit van Driestar educatief. Het praktijkgerichte onderzoek wordt uitgevoerd door het onderzoekscentrum, dat zich ontwikkelde tot een stevige, onderscheiden organisatie-eenheid. De visitatie die in 2019 plaatsvond, resulteerde in een positieve beoordeling. In het visitatierapport (Hobéon, 2019) werden aanbevelingen gedaan voor doorontwikkeling van het onderzoekscentrum middels versterking van a) de inbedding van het onderzoekscentrum in de organisatie, b) de doorwerking van de opbrengsten in de verschillende afdelingen en c) de onderzoeksbekwaamheid van de docenten en onderzoekers. Deze aanbevelingen passen bij de ambitie van Driestar educatief om de onderzoeksfunctie niet uitsluitend bij het onderzoekscentrum te beleggen, maar deze ook stimulerend te laten zijn bij de rol van onderzoek in andere afdelingen. De visitatie heeft geleid tot een plan om onderzoek, ontwikkeling en innovatie (OO&I) meer op elkaar te betrekken en een centrale plaats in de organisatie te geven. Begin 2020 is gestart met de uitvoering van dat plan, echter door de coronacrisis is de realisatie hiervan opgeschort. Een nieuwe impuls is nodig om dit plan weer in beweging te zetten. Deze Impuls-subsidieaanvraag heeft de naam ‘Verbinden van onderzoek, ontwikkeling en innovatie’ gekregen. In dit project wordt een heuristisch denk- en handelingsmodel ontworpen, uitgeprobeerd en bijgesteld. Dit OO&I-model gaat gebruikt worden om onderzoek een vaste plek te geven in ontwikkel- en innovatieprocessen binnen Driestar educatief. Daarmee wordt een onderzoekende houding van docenten en onderwijsadviseurs bevorderd. De onderzoeksfunctie wordt op die manier uitgebreid naar andere afdelingen en draagt steviger bij aan de missie van de organisatie en de professionaliteit van de medewerkers. Dit sluit aan bij het binnen Driestar educatief door de coronacrisis op gang gebrachte WHY-project, waarin bezinning plaatsvindt op de missie van Driestar educatief en de betekenis daarvan voor het geheel van de organisatie.
In verschillende mbo-instellingen worden docenten aangemoedigd onderzoekend te werken aan verbetering van hun onderwijs. Wij volgen zes initiatieven op vijf mbo-instellingen. Wat houden de initiatieven in en hoe verlopen ze? En zetten ze docenten daadwerkelijk aan tot meer onderzoekend werken?Doel We willen met dit project inzicht krijgen in hoe de kenmerken van zes initiatieven in mbo-instellingen samenhangen met meer onderzoekend werken door docenten en beter onderwijs. Met deze inzichten krijgen mbo-instellingen handvatten om het onderzoekend werken van hun docenten zo effectief mogelijk te organiseren. Resultaten Tussentijds wordt vanuit onderzoeksresultaten feedback gegeven aan de deelnemende mbo-instellingen zodat zij docenten gerichter kunnen aanzetten tot onderzoekend werken aan onderwijsverbetering. De eerstvolgende werkconferentie vindt plaats in maart 2020. Looptijd 01 oktober 2017 - 01 januari 2021 Aanpak We volgen drie jaar zes initiatieven van vijf mbo-instellingen: We onderzoeken of en hoe deze initiatieven het onderzoekend werken van de docenten beïnvloeden We brengen in kaart welke factoren daarbij bevorderend en belemmerend werken. Deelprojecten In deelproject 1 stellen we de context en kenmerken van elk initiatief vast. Dat doen we door analyse van documenten en interviews In deelprojecten 2 en 3 brengen we de invloed van de initiatieven en de bevorderende en belemmerende factoren in beeld. In deelproject 2 doen we dit aan de hand van vragenlijsten. In deelproject 3 voeren we gesprekken in focusgroepen, rapporteren docenten over hun onderzoekend werken in activiteitenflitsen en raadplegen we experts We brengen de deelprojecten samen in deelproject 4. Hieruit maken we een rapportage met daarin aanbevelingen voor mbo-instellingen.
In verschillende mbo-instellingen worden docenten aangemoedigd onderzoekend te werken aan verbetering van hun onderwijs. Wij volgen zes initiatieven op vijf mbo-instellingen. Wat houden de initiatieven in en hoe verlopen ze? En zetten ze docenten daadwerkelijk aan tot meer onderzoekend werken?Doel We willen met dit project inzicht krijgen in hoe de kenmerken van zes initiatieven in mbo-instellingen samenhangen met meer onderzoekend werken door docenten en beter onderwijs. Met deze inzichten krijgen mbo-instellingen handvatten om het onderzoekend werken van hun docenten zo effectief mogelijk te organiseren. Resultaten Tussentijds wordt vanuit onderzoeksresultaten feedback gegeven aan de deelnemende mbo-instellingen zodat zij docenten gerichter kunnen aanzetten tot onderzoekend werken aan onderwijsverbetering. De eerstvolgende werkconferentie vindt plaats in maart 2020. Looptijd 01 oktober 2017 - 01 januari 2021 Aanpak We volgen drie jaar zes initiatieven van vijf mbo-instellingen: We onderzoeken of en hoe deze initiatieven het onderzoekend werken van de docenten beïnvloeden We brengen in kaart welke factoren daarbij bevorderend en belemmerend werken. Deelprojecten In deelproject 1 stellen we de context en kenmerken van elk initiatief vast. Dat doen we door analyse van documenten en interviews In deelprojecten 2 en 3 brengen we de invloed van de initiatieven en de bevorderende en belemmerende factoren in beeld. In deelproject 2 doen we dit aan de hand van vragenlijsten. In deelproject 3 voeren we gesprekken in focusgroepen, rapporteren docenten over hun onderzoekend werken in activiteitenflitsen en raadplegen we experts We brengen de deelprojecten samen in deelproject 4. Hieruit maken we een rapportage met daarin aanbevelingen voor mbo-instellingen.