Dienst van SURF
© 2025 SURF
De stad moet inclusiever, innovatiever, rechtvaardiger, duurzamer en veerkrachtiger en het liefst ook allemaal tegelijkertijd. We zien dergelijke ambities terug als bestaansrecht van onze ‘centres of expertise’, als expliciete doelstelling van onderzoeksprogramma’s en als aanleiding om met experimentele leeromgevingen, zoals living labs, communities of practice of beleidsexperimenten, de stad en de wijk in te gaan. Deze wensen voor de stad staan centraal in praktijkgericht onderzoek en vormen de drijvende kracht achter de steeds inniger omhelzing van kennisinstellingen en spelers in de stedelijke omgeving.
Willen sociaal werkers strijden tegen sociaal onrecht, dan moeten zij de perverse kanten van regelgeving signaleren, en wijzen op onrechtvaardige machtsrelaties. Maar minstens zo belangrijk: zij moeten ook machtsmechanismen in werkwijzen – zoals het positieve denken – aanvechten, betoogt Richard de Brabander.
LINK
Hoofdstuk in Preventieve mediation . Waar mensen met elkaar omgaan, spelen machtsverhoudingen een rol. Machtsrelaties zijn complex, juist omdat macht niet iets is wat je bezit maar ontstaat door en in interactie met anderen. In deze bijdrage behandelen we macht in het kader van arbeidsmediations en staan we stil bij - het al dan niet gebruik van - verschillende machtsbronnen. Dit is interessant aangezien in arbeidsmediations naast formele macht (hiërarchische positie) vaak ook informele macht (emotionele macht) een rol speelt. Theoretische concepten worden toegelicht aan de hand van een korte casus en enkele voorbeelden. Tot slot wordt er gezocht naar interventies die kunnen bijdragen tot het hanteren van machtsrelaties binnen mediation
In grote steden wordt steeds meer samengewerkt tussen bewoners, overheid, professionals en andere partijen, om gezamenlijk te werken aan de leefbaarheid van buurten in de stad. Het voornemen is dat bewoners veel meer dan voorheen eigenaar worden van hun sociale en fysieke omgeving. Op plekken waar dat geprobeerd wordt, zoals bij de huizen van de wijk die in dit onderzoek centraal staan, blijkt dat makkelijker gezegd dan gedaan. Bij huizen van de wijk spelen zich zoekende, improviserende, niet lineaire, horizontale processen van ‘samensturing’ af om tot afspraken, besluiten en acties te komen. Die verhouden zich niet goed tot de verticale en rationele manier van optreden die overheid en organisaties vaak nog kenmerkt. De bijdrage van een huis van de wijk aan leefbaarheid van de wijk is, als basisvoorziening in het sociale domein, daardoor suboptimaal. Over factoren die bij deze vormen van samenwerking en gezamenlijke besluitvorming van belang zijn – ‘collaborative governance’ – is inmiddels uitgebreid geschreven. Veel minder is bekend hoe die processen in de dagelijkse praktijk verlopen en hoe ze daar verbeterd zouden kunnen worden zodat de betrokken er tevreden over zijn. Een belangrijk punt daarbij is dat er tussen de partijen vaak machtsongelijkheid ervaren wordt en zij door hun aard en posities verschillende logica’s hanteren, die niet altijd makkelijk bij elkaar aansluiten. Dit onderzoek in drie steden, Amsterdam, Rotterdam en Den Haag gaat over hoe die samenwerking nu feitelijk verloopt en hoe we – als dat nodig is – met creatieve leerinterventies kunnen komen tot vormen van communicatie en samenwerking die aan alle betrokkenen recht doen. Wij kiezen daarin voor speelse art-based interventies (Huss & Bos, 2018). Die bieden bijvoorbeeld de mogelijkheid om op een plezierige manier met ervaren machtsrelaties te experimenteren en geven ruimte aan vormen van niet lineaire processen van ‘samensturing’.