Dienst van SURF
© 2025 SURF
Docenten van Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek (BEnT) hebben geëxperimenteerd (Gorissen, 2014) met Flipping the Classroom in relatie tot de taxonomie van Bloom. Bij dit concept worden lage kennisniveaus uit deze taxonomie voor de les aangesproken en in de les worden hogere kennisniveaus aangesproken. Bij het herontwerp van hun lessen zijn docenten ondersteund door workshops, gegeven door Fontys Educatief Centrum (FEC). Het onderzoek geeft inzicht in de ervaringen van docenten als ze Flipping the Classroom toepassen en dient als input voor FEC zodat toekomstige workshops nog beter aansluiten bij behoeften van docenten. De hoofdvraag is: Wat zijn ervaringen van docenten en studenten van een HBO-instelling met het toepassen van de taxonomie van Bloom in relatie tot Flipping the Classroom? Hiervoor zijn drie deelonderzoeken uitgevoerd, te weten een kwalitatieve analyse van de lesvoorbereidingen en individuele interviews met docenten en een kwantitatief onderzoek onder studenten over de door hun gevolgde lessen via dit concept. Resultaten laten zien dat docenten het concept correct toepassen en ze hiervoor activerende werkvormen en ICT tools inzetten. Docenten zijn enthousiast over de toepassing ondanks dat herontwerp tijdrovend is. Studenten kenden het concept vooraf niet maar hérkenden het wel, zowel voorafgaand als in de les. Vanwege de lage respons onder studenten kan alleen een voorzichtige conclusie getrokken worden dat het concept bijdraagt aan betere verwerking van de leerstof en dat het vaker toegepast mag worden. De belangrijkste aanbevelingen zijn gericht op kennisdeling tussen docenten die dit concept (willen gaan) toepassen in het onderwijs en nader onderzoek naar de invloed op de leerprestaties van de studenten.
Studenten bereiden een NW&T les voor aan de hand van het 5-stappenplan voor natuuronderwijs (didactisering van een onderzoekscylus) en zetten daarbij de werkvorm ‘observatie- en demonstratiekring’ in. Daarbij moeten zij ter voorbereiding aangeven welke (leerlinggerichte) vragen zij de leerlingen willen stellen (afhankelijk van de fase in de les / stappenplan) en wat voor antwoorden zij van lln verwachten n.a.v. die vragen. Na afloop wordt de coach op de werkplek (=observant) o.a. gevraagd aan te geven in hoeverre dit is gelukt.
Of je een starter bent of al meer ervaring hebt, omgaan met de verschillen tussen leerlingen in je klas is voor vrijwel iedere leraar een grote uitdaging. Hoe zorg je ervoor dat alle leerlingen een zo’n kansrijk mogelijke ontwikkeling doormaken? Hoe zorg je ervoor dat alle leerlingen in je klas de taal- en rekendoelen halen en ze ook allemaal uitgedaagd worden? Het onderzoek dat Hogeschool KPZ samen met de Universiteit Twente doet naar differentiëren heeft al veel bruikbare inzichten opgeleverd waarover eerder in o.a. Veerkracht is geschreven: om goed te differentiëren tijdens de les zijn een goede periode en blokvoorbereiding en een goede lesvoorbereiding essentieel, daarnaast gebruik je voor iedere les de evaluatie van de voorgaande les om je onderwijs goed te kunnen afstemmen.
Om pabo-studenten betere feedback te geven tijdens hun stage, ontwikkelen we nieuwe formulieren waarmee studenten hun lessen kunnen voorbereiden.Doel De instructie die leraren aan leerlingen in het basisonderwijs geven moet beter. Dit is een belangrijke factor in het verbeteren van de prestaties van leerlingen. Tijdens hun stage krijgen pabo-studenten feedback op de manier waarop ze les geven. De formulieren voor lesvoorbereiding en voor feedback zijn niet voldoende. We ontwikkelen nu formulieren die de student beter ondersteunen in zijn professionele ontwikkelingsfase. Ook onderzoeken we in de praktijk of studenten baat hebben bij dit nieuwe formulier. Resultaten Uit het onderzoek blijkt dat de studenten die via de nieuwe manier werken een grotere groei vertonen in hun pedagogisch-didactische vaardigheden dan studenten van pabo’s die werken met het oude formulier. De combinatie van een nieuw lesvoorbereidingsformulier en feedback en observatie door de praktijkbegeleider blijkt dus succesvol. De nieuwe formulieren zijn na het onderzoek in gebruik genomen bij alle pabo-opleidingen. We blijven nauw samenwerken met de opleidingsinstellingen en met scholen waar pabostudenten werkervaring opdoen. Als lectoraat zullen we data blijven verzamelen over deze werkwijze, zodat we de aanpak kunnen aanpassen en verbeteren waar nodig. Looptijd 01 september 2013 - 31 december 2020 Aanpak Als eerste stap voeren we een literatuurstudie uit naar de bruikbaarheid van theorieën over de professionele ontwikkeling van aanstaande leraren. Dit is een raamwerk voor lesvoorbereidingsformulieren die aansluit op de fase waarin de student zich bevindt. Vervolgens ontwikkelen we deze formulieren. In de volgende fase van het onderzoek vergelijken we groepen studenten met elkaar. De ene groep krijgt een fase georiënteerde coaching aanpak, de andere groep niet. Deze aanpak bestaat uit drie onderdelen: Studenten gebruiken het nieuwe lesvoorbereidingsformulier, dat is afgestemd op hoe ver ze in hun opleiding zijn. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders observeren de studenten op systematische wijze. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders geven de studenten feedback op basis van hun observaties.
Om pabo-studenten betere feedback te geven tijdens hun stage, ontwikkelen we nieuwe formulieren waarmee studenten hun lessen kunnen voorbereiden.Doel De instructie die leraren aan leerlingen in het basisonderwijs geven moet beter. Dit is een belangrijke factor in het verbeteren van de prestaties van leerlingen. Tijdens hun stage krijgen pabo-studenten feedback op de manier waarop ze les geven. De formulieren voor lesvoorbereiding en voor feedback zijn niet voldoende. We ontwikkelen nu formulieren die de student beter ondersteunen in zijn professionele ontwikkelingsfase. Ook onderzoeken we in de praktijk of studenten baat hebben bij dit nieuwe formulier. Resultaten Uit het onderzoek blijkt dat de studenten die via de nieuwe manier werken een grotere groei vertonen in hun pedagogisch-didactische vaardigheden dan studenten van pabo’s die werken met het oude formulier. De combinatie van een nieuw lesvoorbereidingsformulier en feedback en observatie door de praktijkbegeleider blijkt dus succesvol. De nieuwe formulieren zijn na het onderzoek in gebruik genomen bij alle pabo-opleidingen. We blijven nauw samenwerken met de opleidingsinstellingen en met scholen waar pabostudenten werkervaring opdoen. Als lectoraat zullen we data blijven verzamelen over deze werkwijze, zodat we de aanpak kunnen aanpassen en verbeteren waar nodig. Looptijd 01 september 2013 - 31 december 2020 Aanpak Als eerste stap voeren we een literatuurstudie uit naar de bruikbaarheid van theorieën over de professionele ontwikkeling van aanstaande leraren. Dit is een raamwerk voor lesvoorbereidingsformulieren die aansluit op de fase waarin de student zich bevindt. Vervolgens ontwikkelen we deze formulieren. In de volgende fase van het onderzoek vergelijken we groepen studenten met elkaar. De ene groep krijgt een fase georiënteerde coaching aanpak, de andere groep niet. Deze aanpak bestaat uit drie onderdelen: Studenten gebruiken het nieuwe lesvoorbereidingsformulier, dat is afgestemd op hoe ver ze in hun opleiding zijn. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders observeren de studenten op systematische wijze. Praktijkbegeleiders of schoolopleiders geven de studenten feedback op basis van hun observaties.
De educatieve opleidingen van de HU leren hun studenten lesgeven aan de hand van ‘ontwikkelingsgericht coachen’. Deze aanpak is echter toe aan doorontwikkeling. Binnen dit project wordt de opleidingsaanpak in interprofessionele leergemeenschappen aangepast zodat toekomstige leerkrachten beter voorbereid zijn om les te geven in de eenentwintigste eeuw. Op dit moment worden HU-studenten van educatieve opleidingen opgeleid aan de hand van Ontwikkelingsgericht Coachen, een aanpak die het leren lesgeven van de opleiding met de oefening op de opleidingsschool verbindt. Deze tijd vraagt om een doorontwikkeling van deze coaching. Dit project onderzoekt hoe die doorontwikkeling eruit zou kunnen zien. Belangrijke thema’s die een plek krijgen in de nieuwe coachingsaanpak zijn flexibilisering, doorgaande professionalisering, op maat opleiden en inclusief onderwijs. Een essentieel onderdeel van dit project is dat de doorontwikkeling plaatsvindt in interprofessionele leergemeenschappen waarin alle stakeholders (scholen, opleiders, studenten) zijn vertegenwoordigd. Aan het eind van dit project zal een Instrument Eigentijds Opleiden en Professionaliseren zijn geformuleerd. Doel Het doel van dit project is de doorontwikkeling van het ontwikkelingsgerichte coachen van studenten door opleiders van verschillende instituten en de beroepspraktijk en begeleid door onderzoekers vanuit het lectoraat Werken in Onderwijs. Daarnaast doen we onderzoek naar het samenwerken en samen onderzoekend leren in instituutsoverstijgende leergemeenschappen. Wij zijn benieuwd wat deze manier van samen onderzoek doen de deelnemers oplevert. Resultaten Er zal een instrument voor Eigentijds Opleiden en Professionaliseren van onderwijsprofessionals worden geformuleerd. Daarin is de ontwikkelingsgerichte coaching op vier thema’s doorontwikkeld, zodat: De student informatie over de eigen ontwikkeling zelf kan opnemen in onderdelen van het toetshuis; De student regisseur is van het eigen leerproces van afstudeerfase naar inductiefase; De student over lesvoorbereidingsformulieren beschikt waarmee het lesgeven beter afgestemd kan worden op verschillende doelgroepen; De student in de coaching nadrukkelijker wordt voorbereid op maatschappelijke ontwikkelingen zoals inclusie en burgerschap. Looptijd 01 oktober 2022 - 31 oktober 2024 Aanpak In instituutsoverstijgende professionele leergemeenschappen doen studenten en onderwijsprofessionals vanuit de opleiding en de school samen praktijkgericht onderzoek volgens de methode van ontwerpgericht onderzoek. Zij worden begeleid door onderzoekers van lectoraat Werken in Onderwijs. De verschillende professionele leergemeenschappen zijn nauw met elkaar verbonden en maken gebruik van één digitale omgeving en wisselen (tussentijdse) ontwerpresultaten uit.