Dienst van SURF
© 2025 SURF
Wat kunnen open leeromgevingen voor jouw onderwijspraktijk betekenen? In het dynamische landschap van het onderwijs bieden omgevingen zoals living labs, hybride leeromgevingen en interdisciplinaire labs nieuwe mogelijkheden om samen te werken én te leren. Toch zorgen deze samenwerkingsvormen in onderwijswereld af en toe voor verwarring. Lectoraat Teaching en Technology wil met het magazine ‘Open leeromgevingen’, in deze wereld duiken en meer duidelijkheid geven.
Lunchseminar Onderwijsraad, 4 juni 2019. Op dinsdag 4 juni heeft Erica Bouw (promovendus lectoraat Beroepsonderwijs) op uitnodiging van de Onderwijsraad een lunchseminar gehouden over haar promotieonderzoek. De introductie is gegeven door Ilya Zitter (Lectoraat Beroepsonderwijs) in de rol van copromotor. Onderwerp van dit seminar was: Hoe verbind je onderwijs en beroepspraktijk goed met elkaar? Eén van de manieren om beroepsonderwijs en de beroepspraktijk goed met elkaar te verbinden is door leeromgevingen te ontwerpen op de grens van school en werk. Op die grens zijn veel verschillende leeromgevingen te vinden zoals werkpleksimulaties, regionale leeromgevingen en hybride leeromgevingen, waarin werken en leren stevig met elkaar worden verbonden. Inmiddels is steeds meer bekend over het ontwerpen van leeromgevingen op de schoolwerkgrens.
Hoe kunnen leeromgevingen in het beroepsonderwijs een rol vervullen bij het oplossen van complexe maatschappelijke problemen? Ilya Zitter, bijzonder lector Leeromgevingen in het Beroepsonderwijs bij Hogeschool Utrecht (HU), onderzoekt hoe je leeromgevingen zo kunt ontwerpen dat een innovatief, lerend systeem ontstaat, zonder sterke scheiding tussen onderwijs en praktijk. Op 25 maart gaf Zitter haar openbare les.
Vanwege veranderende onderwijskundige inzichten - 21st century learning - worden schoolgebouwen verbouwd of vervangen door nieuwbouw. Deze 21st century leeromgevingen blijken in de praktijk niet te voldoen aan de verwachting van de gebruikers. Het ontwikkelen en gebruiken van een 21st century leeromgeving stelt blijkbaar specifieke eisen aan de 21st century competenties van alle betrokkenen. Dit roept vragen op ten aanzien van product en proces. De beantwoording van deze vragen vereist kennis van wisselwerking tussen psycho-sociale leeromgeving en fysieke leeromgeving. Het betreft onder andere de benodigde “ruimtelijke competenties” van de betrokkenen om de fysieke leeromgevingen te ontwikkelen en te gebruiken en - andersom - hoe de fysieke leeromgeving de ontwikkeling van 21st century competenties beïnvloedt. De kiem voor dit onderzoeksproject is gelegd toen scholen en vormgevers deze vragen voorlegden aan experts van de NHL Hogeschool en TU Eindhoven. Dit KIEM project wil de probleemstelling in één of meerdere praktijkvragen articuleren door het uitvoeren van een reeks workshops met een focusgroep van stakeholders. De uitkomsten hiervan zullen worden vertaald naar een voorstel voor een langduriger onderzoeksproject. In dit beoogde vervolgproject zullen de gearticuleerde vragen worden vertaald naar één of meer praktijkonderzoeken waarin wetenschappelijke kennis en methodes worden doorontwikkeld en beproefd op het effectief stimuleren van 21st century vaardigheden van docenten en vormgevers in praktijksituaties. Dit project maakt deel uit van de opbouw van een regionaal kennisnetwerk Onderwijs & Ruimte, wat op een duurzame wijze wil bijdragen aan de kennisontwikkeling en -deling betreffende de 21st century leeromgeving. De kern van dit netwerk wordt gevormd door de initiatiefnemers van deze aanvraag; Adema Architecten (MKB), lectoraat Open Innovation van de NHL Hogeschool (Onderzoeksinstelling) en Next Level (Onderwijs).
Om tegemoet te komen aan de eisen die gesteld worden aan werknemers in de huidig snel veranderende samenleving heeft de NHL Stenden Hogeschool gekozen voor een nieuw onderwijsconcept, namelijk Design Based Education (DBE). DBE is gebaseerd op het gedachtegoed van Design Thinking en stimuleert iteratieve en creatieve denkprocessen. DBE is een student-georiënteerde leeromgeving, gebaseerd op praktijk-, dialoog-, en vraaggestuurde onderwijsprincipes en op zelfsturend, constructief, contextueel en samenwerkend leren. Studenten construeren gezamenlijk kennis en ontwikkelen een prototype voor een praktijkvraagstuk. Student-georiënteerde leeromgevingen vragen andere begeleidingsstrategieën van docenten dan zij gewend zijn. Van docenten wordt verwacht dat zij studenten activeren gezamenlijk kennis te construeren en dat zij nauw samenwerken met werkveldprofessionals. Eerder onderzoek toont aan dat docenten, zelfs in een student-georiënteerde leeromgeving, geneigd zijn terug te vallen op conventionele strategieën. De overstap naar een ander onderwijsconcept gaat dus blijkbaar niet vanzelf. Collectief leren stimuleert docenten de dialoog aan te gaan met andere docenten en werkveldprofessionals met als doel gezamenlijk te experimenteren en collectief te handelen. De centrale vraag van het postdoc-onderzoek is het ontwerpen en ontwikkelen van (karakteristieken van) interventies die collectief leren van docenten en werkveldprofessionals stimuleren. Het doel van het postdoconderzoek is om de overstap naar DBE zo probleemloos mogelijk te laten verlopen door docenten te ondersteunen DBE leeromgevingen te ontwikkelen in samenwerking met werkveldprofessionals en DBE te integreren in hun docentactiviteiten. De onderzoeksmethode is Educational Design Research en bestaat uit vier fasen: preliminair onderzoek, ontwikkelen van prototypes, evaluatie en bijdrage aan de praktijk. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Sustainable Educational Concepts in Higher Education en wordt hiërarchisch en inhoudelijk aangestuurd door de lector. Docenten, experts, werkveldprofessionals en studenten worden betrokken bij het onderzoek. Dit onderzoek kan zowel binnen als buiten de hogeschool een bijdrage leveren omdat steeds meer hogescholen kiezen voor een ander onderwijsconcept.
Veel mbo-opleidingen kiezen voor praktijkroutes, hybride leeromgevingen en gepersonaliseerde leerroutes. Dit levert dilemma’s op bij de afsluiting van de opleiding. Gebruikelijke examens passen vaak niet meer. Deze opleidingen willen informatie uit het onderwijs laten meewegen in de diplomabeslissing en een mix aan bewijzen gebruiken uit praktijk, werk en andere leeromgevingen.