Dienst van SURF
© 2025 SURF
1e alinea column: Waar zullen de zes eerder door mij genoemde digitale trends toe leiden? Breedbandige mobiele Internet toegang, vast mobiel integratie, Voice over IP, spraak-data integratie en mobiel breedband Internet met flat fee prijsstructuren voor enkele euro’s per maand zijn er. Het semantisch net en M2M komen eraan. Het design voor klantinteractie, business, maar ook leren en communiceren worden in hoge mate door social media bepaald.
LINK
Dit project richt zich op mkb-ondernemers die deelnemen aan een ondernemerscollectief in een binnenstedelijk winkelgebied en zichzelf geconfronteerd zien met een forse omzetverschuiving van offline winkelen naar online winkelen. Om tijdig en op de juiste wijze te reageren op het veranderend koopgedrag van consumenten, willen mkb-ondernemers laten onderzoeken hoe op internettechnologie gebaseerde marketing- en verkoopacties door ondernemerscollectieven kunnen bijdragen aan meer omzet voor henzelf én aan het vergroten van de consumententrekkracht en verblijfswaarde van hun winkelgebied. Het consortium wordt gevormd door de Hogeschool van Amsterdam, Universiteit Utrecht, Het Platform De Nieuwe Winkelstraat (DNWS), Stad&Co, Q&A Research & Consultancy, een mkb-ondernemer en het collectief Arnhem Winkelstad. Deelnemers zijn collectieven uit Amsterdam (drie collectieven), Arnhem, Eindhoven, Roosendaal, Wageningen en Zevenaar en per collectief telkens één of twee mkb-ondernemers. De centrale onderzoeksvraag van dit project luidt: ?Hoe kunnen ondernemerscollectieven in binnenstedelijke winkelgebieden op basis van internettechnologieën hun business model versterken waardoor de deelnemende individuele mkb-ondernemers meer omzet kunnen genereren?? Om deze vraag te kunnen beantwoorden, zijn vier deelvragen met samenhangende werkpakketten geformuleerd die door de consortiumpartners op basis van praktijkgericht onderzoek worden uitgevoerd. De nieuwe kennis die met dit project wordt gegenereerd over de opzet, inrichting en werking van collectieven in binnenstedelijke winkelgebieden en hun op internettechnologie gebaseerde interventies, is van groot belang voor de overlevingskansen van winkeliers in heel Nederland. De resultaten van de interventies die in dit project worden ontwikkeld, geïmplementeerd en getest, kunnen - na validatie - door andere collectieven worden overgenomen en ingebed in hun eigen winkelgebied. Naast state-of-the-art kennis over consumer insights, de werking van business modellen van collectieven en de effectiviteit van hun interventies, is het meest belangrijke eindproduct van het project een handboek voor ondernemerscollectieven met een concreet Plan van Aanpak voorzien van praktische tips en adviezen over hoe collectieven de verschillende onderdelen van hun business model kunnen optimaliseren. Kennisplatform De Nieuwe Winkelstraat en Stad&Co zorgen er voor dat dit handboek onder de aandacht van de collectieven komt.
In dit projectvoorstel richten wij ons op de mogelijkheden om humanoïde robots meer interacties met klanten aan te laten gaan. Een groeiend aantal dienstverlenende organisaties zet humanoïde robots in voor klantontvangst. Ontwikkelingen op het gebied van speech- en voicetechnologie, sensorische technologie, en machine learning hebben er voor gezorgd dat klanten deze vorm van dienstverlening waarderen. Tegelijkertijd blijkt dat veel klanten nog drempelvrees hebben om de interactie met een robot aan te gaan. Hierdoor wordt de potentie van humanoïde robots om een belangrijke rol in de dienstverlening te spelen onderbenut. Zowel voor leveranciers van robottoepassingen als voor organisaties die robots voor klantontvangst inzetten, is dit een gemiste kans. De grote vraag is hoe humanoïde robots meer interactie met klanten tot stand kunnen brengen? Het mkb technologiebedrijf Welbo en de dienstverlenende organisaties gemeente Woerden, Cupola XS, en The Next Web hebben de HvA verzocht om nieuwe toegepaste kennis te ontwikkelen over strategieën die robots kunnen inzetten om meer interacties met klanten te initiëren. Dit project geeft opvolging aan dit verzoek door een antwoord te geven op de volgende centrale onderzoeksvraag: Wat is de invloed van de vier openingsstrategieën aankijken, beweging, taalgebruik, en voortbeweging op het initiëren van robot-klant interacties in de praktijk, en hoe kunnen combinaties van deze strategieën het beste worden verwerkt tot richtlijnen voor een script om meer robot-klantinteracties met verschillende typen klanten tot stand te brengen? De Hogeschool van Amsterdam wil deze vraag samen met de consortiumpartners beantwoorden door een reeks van veldonderzoeken te doen. Het project maakt deel uit van een langdurig onderzoeksprogramma naar service robotica. Het project kent de volgende deliverables: twee vakpublicaties, academisch conference paper, richtlijnen voor een script om meer robot-klant interacties tot stand te brengen, eindpresentatie aan geïnteresseerde organisaties en studenten, en een RAAK-PRO vooraanvraag.