Dienst van SURF
© 2025 SURF
Junior design professionals experience conflicts in collaboration with others, with value differences being one of the issues influencing such conflicts. In a retrospective interview study with 22 design professionals, we collected 32 cases of perceived conflicts. We used a grounded theory approach to analyse these cases, resulting in five conflict categories that group 24 distinct value differences arising in 10 critical moments, an event that causes the value-based conflict. Thus, value differences are underlying the perceived conflicts of junior design professionals on many different occasions during collaboration with others. Conclusions are drawn on setting up guidelines for addressing values in co-design practices and supporting junior designers in their professional development.
MULTIFILE
Het hoger onderwijs moet studenten opleiden tot kenniswerkers. Het blijkt echter lastig studenten zo op te leiden dat ze de voldoende vaardigheden hebben kennis snel toe te passen en nieuwe kennis te genereren. Een mogelijke aanpak is De praktijk als leeromgeving: studenten leren als junior kenniswerkers in authentieke praktijksituaties handelingsgericht te werken. In deze praktijksituaties komen het oplossen van praktijkproblemen (praktijkstroom), ontwikkelen van praktijkkennis (kennisstroom) en leren (competentiestroom) samen. De kwaliteit wordt bewaakt door kritische reflectie tegen vooraf gestelde kwaliteitscriteria. Door deze aanpak worden onderwijs en onderzoek verbonden. De studenten dragen bij aan open innovatie. Hierbij wordt kennis ontwikkeld en gedeeld ten behoeve van de praktijk en de hoger onderwijsorganisatie, waardoor de competentieontwikkeling van de student met innovatie gepaard gaat. Bij het toepassen van de praktijk als leeromgeving is er een aantal knelpunten. Wij hebben genoemd het onderscheiden van niveaus in competentieontwikkeling, het erkennen van Eerder Verworven Competenties (EVC), het Verbinden van onderwijs en onderzoek, de begeleidingsrollen en de professionele invulling daarvan, en de beoordelingsvormen: beoordeling van leerresultaten gekoppeld aan praktijkresultaten en de individuele beoordeling van teamwerk. In dit artikel hebben we hiervoor een aantal oplossingen aangedragen, waaronder het gebruiken van een sollicitatieprocedure, het onderscheiden van verschillende typen leersituaties, en het stellen van expliciete kwaliteitscriteria. Demografen voorspellen dat kenniswerkers schaars worden. We mogen dus geen talenten verspillen. Het hoger onderwijs wacht een zware taak om deze kenniswerkers grondig en efficiënt op te leiden. En wel op een zodanig manier dat ze niet alleen de theoretische kennis hebben, maar ook de vaardigheden om deze kennis snel in waarde om te zetten en met nieuwe kennis aan te vullen. De aanpak van de auteurs met de praktijk als leeromgeving is een van de manieren waarop dit mogelijk wordt.
De invoering van de bachelor-masterstructuur was aanleiding voor de HBO-I stichting, het samenwerkingsverband van hbo ict-opleidingen in Nederland, om de oude opleidings- en beroepsprofielen (2000) aan te passen aan de nieuwe ontwikkelingen in het Europese hoger onderwijs. In nauwe samenwerking met het bedrijfsleven heeft de HBO-I stichting vijftien bouwstenen voor competenties geformuleerd. Deze vormen de basis van de competenties die een pas afgestudeerde Bachelor of ICT, ook in internationaal perspectief, dient te bezitten. Competenties krijgen betekenis in een context. Daarom staat in het profiel een aantal karakteristieke in rekle beroepssituaties beschreven waar een pas afgestudeerde Bachelor of ICT daadwerkelijk in de praktijk mee te maken kan krijgen. De context waarin een Bachelor of ICT fungeert, bepaalt het individuele competentieprofiel. De context bepaalt tevens het niveau waarop de afgestudeerde Bachelor of ICT over de specifieke beroepscompetenties dient te beschikken. Het ict-domein is zeer breed. De nieuwe profielbeschrijving biedt ruimte aan hogescholen om specifieke invulling te geven aan hun onderwijsprogramma s die studenten opleiden tot Bachelor of ICT. Bij het (her)ontwerpen van deze onderwijsprogramma s kunnen de bouwstenen voor competenties uitstekend dienst doen. Het is aan de instelling om een specifieke invulling te geven aan een opleidingsprogramma dat de beschreven bouwstenen voor competenties omvat. Het profiel is ook een referentiekader voor de arbeidsmarkt om zicht te krijgen op wat iemand met die graad in huis heeft. En het is tevens een referentiekader voor aankomende studenten, schooldecanen en beroeps- en studiekeuzeadviseurs om gevoel te krijgen voor het werkveld van ict ers en voor de onderwijswegen daar naartoe. Binnen het nieuwe profiel van de Bachelor of ICT blijven bestaande ict-opleidingen als beroepsprofielen herkenbaar. Ook andere opleidingen leiden op tot Bachelor of ICT. Naast de bekende profielen kunnen in de toekomst andere opleidingsvarianten ontstaan. Voor al deze varianten, bestaand of toekomstig, vervullen de bouwstenen voor competenties de rol van een generieke profielbeschrijving. De opzet van het competentieprofiel is zodanig dat er uitdrukkelijk ruimte is voor opleidingen in individuele studenten om een breder opleidingsprofiel te kiezen. Daarmee is de nieuwe profielbeschrijving voorbereid op het ontstaan van een zogenaamde brede bachelor of ICT.
Centraal in dit project staat, in co-creatie met het sterk betrokken werkveld, het onderzoek naar en de ontwikkeling van systeeminformatie en instructies voor het toepassen van SHM in bouwknopen en bestekteksten. Hiervoor worden, samen met de praktijkpartners, bouwpakketten, bouwknooppunten en bestekteksten ontworpen en gevalideerd. ? Professionals in de (bouw)keten van ontwerp tot uitvoering geven aan dat het ze ontbreekt aan makkelijk vindbaar, gecontroleerde technische beschrijvingen en richtlijnen, waardoor ze opdrachtgevers niet kunnen overtuigen om SHM te gebruiken. Centraal in dit project staat, in co-creatie met het sterk betrokken werkveld, het onderzoek naar en de ontwikkeling van systeeminformatie en instructies voor het toepassen van SHM in bouwknopen en bestekteksten. Hiervoor worden, samen met de praktijkpartners, bouwpakketten, bouwknooppunten en bestekteksten ontworpen en gevalideerd. De ontworpen detailleringen worden doorgerekend op aspecten als thermische isolatie, temperatuursverloop en vochtbescherming. Het eindproduct vormt een gevalideerde en goed gedocumenteerde kennisbron voor architecten en ontwerpers bij het ontwerpen en ontwikkelen van nieuwe woningen op basis van SHM. Het project wordt uitgevoerd door Avans Hogeschool en HZ University of Applied Sciences die ervaring hebben met het ontwikkelen, testen en beoordelen van SHM, samen met negen MKB-bedrijven, waaronder architecten, ontwerpers en uitvoerders en twee brancheorganisaties die de projectresultaten verder brengen naar de beroepspraktijk.