Dienst van SURF
© 2025 SURF
Vergelijkende Europese studie in opdracht van Kees van Aken, toenmalig directeur van de opleiding Social Work i.o. van de Hogeschool Zuyd, naar welke verschillende varianten er mogelijk zijn als er gesproken wordt over een Internationale Bachelor Social Work - Maastricht. Op welke manieren zijn er in Europa reeds internationale bachelors zijn ontwikkeld. Het onderzoek moet een overzicht van enkele blauwdrukken van een Internationale Bachelor Social Work opleveren, om mede op basis daarvan een keuze te maken voor een (eventueel meerdere) voor Hogeschool Zuyd wenselijke variant(en) daarvan in Maastricht. Er is vergelijkend Europees onderzoek gedaan naar de verschillende filosofieën en organisatievormen van curricula International Social Work zoals die op verschillende Hogescholen en Universiteiten in Europa functioneren. Met name zijn “good practice” ervaringen onderzocht en met elkaar vergeleken, om op basis daarvan een aantal varianten helder te krijgen voor de opdrachtgever.
Werkweken van 70 uur, elf verschillende functietitels in tien jaar en toch is het volgens Jennifer Smits Kilgus de meest verslavende werkplek van de wereld: Washington DC, oftewel ‘The Hill’. Jennifer heeft onder andere voor president Bush gewerkt en in de Capitool voor het ministerie van buitenlandse zaken waar ze ervaring op deed met huidige president Joe Biden. Het is een spannende aflevering met inside information over onder andere de oorlog in Afghanistan.
LINK
“Als brede euregionale, multisectorale hogeschool bieden we onze studenten, onze medewerkers en het werkveld, de juiste bagage om het verschil te kunnen maken in de wereld van vandaag én morgen.” (Koersbeeld HAN 2022-2028, p. 27). Deze visie uit het recente Koersbeeld van HAN University of Applied Sciences is gekoppeld aan drie zwaartepunten Smart Region (slim); Sustainable Energy & Environment (schoon) en Fair Health (sociaal). De complexe vraagstukken en transities die achter deze zwaartepunten liggen zijn enerzijds grensoverschrijdend en komen in heel Europa terug en vragen anderzijds om regionale antwoorden, waardoor de HAN aansluiting zoekt met de Europese strategie, Europese onderzoeksnetwerken en Europese programma’s voor onderzoek en innovatie om wederzijdse kennisdeling tot stand te brengen. Dit project levert een bijdrage om tot gerichte, duurzame netwerken te komen op het gebied van de HAN zwaartepunten Slim, Schoon en Sociaal. Verkenning, bundeling en borging van veelal individuele Europese contacten en aansluiten bij duurzame verbindingen. Daarnaast is uitbouwen van en voortbouwen op de strategische samenwerking in het European University Initiative (EUI) UP University consortium een doelstelling. De zwaartepunten en daarmee de ‘thematische focus’ van de HAN zijn het startpunt in de Europese netwerkvorming. Er wordt gebouwd aan een zichtbaar trackrecord met duurzaam verbonden partners. Zowel de huidige (individuele) contacten op de zwaartepunten als het UP University consortium dient verder ingevuld te worden. Deze netwerken geven niet alleen de HAN toegang tot internationale kennis, maar heeft ook impact in de regio. In ons onderzoek werken we samen met bedrijven, instellingen en studenten in duurzame netwerken en hebben daarin een aanjagende rol. Het hele ecosysteem komt hier samen. Naast de focus op de zwaartepunten, zal er in dit project verbinding gelegd worden met andere interne afdelingen met raakvlakken met Europese samenwerkingen. Denk hierbij aan het Adviesbureau Subsidies, Financiële Zaken en staf Onderwijs, Onderzoek en Kwaliteitszorg.
Als geen andere grondstof is metaal oneindig herbruikbaar. De Koninklijke Metaalunie heeft daarom de ambitie uitgesproken om samen met de ketenpartners - onderwijs- en kennisinstellingen, de ministeries van Infrastructuur en Milieu (IenM) en Economische Zaken (EZ) en ondernemers - onderzoek en projecten uit te voeren om de circulariteit van de metaalketen te verbeteren. De sector sluit daarbij aan bij het stimuleringsbeleid van de Rijksoverheid gericht op de overgang naar een 100 procent circulaire economie. De Metaalunie wil geen volger zijn, maar een actieve rol vervullen om circulariteit binnen de metaalsector te bevorderen. Kennis is er weliswaar voldoende maar vindt nog onvoldoende zijn weg naar de sector. Wanneer meer bedrijven in de metaalketens de potentie van de circulariteit zien, zal dit leiden tot nieuwe en verbeterde producten. De verwachting is dat door het in kaart brengen en benoemen van de meerwaarde/toegevoegde waarde, meer bedrijven de circulaire economie als uitgangspunt zullen nemen bij productontwikkeling. En dit creëert dan weer afzetmogelijkheden, verbetert de concurrentie-positie en draagt bij aan groei en werkgelegenheid. De Metaal Recycling Federatie (MRF) stelt zich het bevorderen van de milieuvriendelijke en economisch verantwoorde recycling van alle gebruikte metalen in Nederland ten doel. De MRF vertegenwoordigt 160 van de 400 ondernemingen die actief zijn op de recycling van ferro en non-ferro. De federatie vertegenwoordigt daarmee 85 procent van het totale verhandelde volume van de gehele branche in Nederland. De MRF constateert dat gebruikt metaal weliswaar voor meer dan 90 procent wordt gerecycled, maar is van mening dat verdere optimalisatie kan worden bereikt door de producten (nog) beter geschikt te maken voor hergebruik. Dat stelt bijzondere eisen aan het ontwerp van die producten: design-for-recycling. Met dit KIEM-project wil de MRF een beter inzicht krijgen in de problemen die recyclers ondervinden bij de demontage en vervolgens recycling van producten waarin metaal is verwerkt. Uiteraard wil de MRF vervolgens bezien hoe de knelpunten kunnen worden weg genomen. Twee MRF-leden, die zich bezig houden met resp. de verwerking van elektronica en restmaterialen en met het inzamelen van accu?s en non ferro materialen, hebben concreet aangegeven hun keten meer circulair in te richten. Zij hebben behoefte aan praktisch toepasbare kennis hoe dit te realiseren. Het project legt de focus op het inzicht krijgen in de mogelijkheden (het HOE) van de elektrische huishoudelijke apparaten en de accuketens om de circulariteit van de ketens verder te verbeteren. Het slaat daarmee een brug tussen beschikbare kennis en de toepassing daarvan, met als uiteindelijk doel dat meer bedrijven in de metaalsector de circulaire economie als uitgangspunt hanteren in hun business model. De praktijkvragen van de bedrijven zijn vervat in drie clusters: 1. De wijze waarop hoogwaardig hergebruik en recycling van huishoudelijke apparaten en accu?s (verder) kan worden verbeterd; 2. Onderzoek naar de praktijk van ontmanteling, scheiding en recycling van producten: - Welke keten- c.q. netwerksamenwerkingen zijn opportuun? - Welke knelpunten (techniek, communicatie, anders) moeten opgelost worden? - Welke internationale kennis en ervaring is opportuun? 3. Wat betekent dit voor de, overwegend MKB-, bedrijven in de metaalrecycling sector? Er wordt samengewerkt met Avans Hogeschool en partners in de elektrische huishoudelijke apparaten en accu-recycling ketens. De uitkomsten van het project zijn: - een beschrijving van de circulaire keten met de verbeteringen daarvan in elk van de twee gekozen ketens, t.w. huishoudelijke elektrische apparaten en accu?s; - een voorstel voor oplossingsrichtingen naar verschillende aspecten: ontwerpmethodes, verdienmodellen, juridische en samenwerkingsaspecten, en tenslotte - ?best practices? vanuit de twee ketens.
Het Raak Pro project Terugschakelen naar ketendenken liet een aantal zaken zien: 1. Het is lastig MKBers bij onderzoek te betrekken; 2. Via de zgn. Leaderfirm benadering lukt dit wel bedrijven bij voor hen relevant onderzoek te betrekken, 3. Op basis van een eigen benchmakronderzoek naar international airport-seaportregio's komt Amsterdam als een sterke mainport naar voren. De benchmark leverde een aantal aanbevelingen om de NL mainport te versterken. In deze Top Up maken we gebruik van de Leaderfirm benadering om de Benchmark die éénmalig was uitgevoerd in de Raak Pro Terugschakelen naar ketendenken te verrijken, kwalitatief en kwantitatief uit te breiden en te verdiepen. (doorwerking richting beroepspraktijk) In dit Top Up project doen we dat door studenten in een zgn. afstudeeratelier bij het benchmark onderzoek te betrekken en hen i.s.m. onderzoekers de benchmark te laten uitvoeren (doorwerking richting onderwijs). De verrijkte benchmarkt vormt een belangrijk focuspunt binnen het lectoraat Mainport Logistiek en zorg voor nieuwe publicaties (doorwerking richting onderzoek en werkveld)