Dienst van SURF
© 2025 SURF
De globale trend van bevolkingsgroei en verstedelijking leidt onherroepelijk tot meer vraag naar voedsel in de stad. Tegelijkertijd is er een trend in de vraag naar duurzaam en/of lokaal geproduceerd voedsel te herkennen. Het in de stad produceren van voedsel, Urban Farming, kan een antwoord bieden op beide trends. Er zijn verschillende vormen van Urban Farming te benoemen. Eén daarvan is verticale landbouw, waarbij er in hoogbouw in de stad teelt van groente, fruit en wellicht ook vis en vlees plaatsvindt. Hoewel er inmiddels veel kennis over verticale landbouw voorhanden is, zijn er nog altijd geen high-tech verticale boerderijen in Nederland gerealiseerd. De hoge mate van leegstand van kantoorpanden in Amsterdam in combinatie met de aanwezige kennis biedt veel mogelijkheden voor de realisatie van een hoogwaardige ‘Urban Farm’ in deze stadsregio. In dit boekwerk leest u de resultaten van het toegepast onderzoek naar verticale stadslandbouw, ook wel vertical farming genoemd. Dit is één van de twee publicaties van het onderzoeksproject Sustainable Systems for Food. Het project is uitgevoerd door het CleanTech onderzoeksprogramma met behulp van RAAK-mkb subsidie van de Stichting Innovatie Alliantie. Deze publicatie is bedoeld voor professionals geïnteresseerd in de technologische aspecten van verticale stadslandbouw. Het boek geeft inzicht in wat verticale stadslandbouw inhoudt en welke technologieën en innovatieve concepten nu en in de toekomst voorhanden zijn om verticale stadslandbouw te bedrijven. Het boek laat ondernemers en beleidsmakers zien hoe verticale teelt kan bijdragen aan hun doelstellingen en voor welke uitdagingen ze staan. Daarnaast geeft het eigenaren van leegstaande gebouwen inzicht in de mogelijkheden en implicaties van verticale teelt voor hun pand. Voor bedrijven die technologische systemen ontwikkelen en leveren voor gebouwen en (glas)tuinbouw, biedt deze publicatie een blik op de toekomstige technologische mogelijkheden en geeft het een aanzet tot een strategische ontwikkelagenda voor verticale stadslandbouw. Tot besluit toont deze publicatie de onderzoeksactiviteiten die de HvA op dit terrein ontplooit, waaronder de ontwikkeling van vertical farming prototypes en demonstrators, en waar voor eenieder mogelijkheden liggen voor samenwerking.
Dit voorstel getiteld ?Circulaire Rundermest? staat een integrale aanpak voor ogen van de mestproblematiek in de melkveehouderij. Een consortium van MKB bedrijven wil samen met de Vilentum Hogeschool de eerste stappen zetten om bij te dragen aan een duurzame oplossing voor de Nederlandse mestproblematiek en toekomstige fosfaatschaarste. Het oplossen van het Nederlandse mestoverschot is cruciaal voor de overleving van de veehouderijsector in Nederland. In combinatie daarbij tevens de (toekomstige) schaarste aan fosfaat oplossen is een kans voor de Nederlandse landbouw. Gezien de ervaringen uit het verleden rondom de mestproblematiek wordt de aanpak gericht op marktconforme producten maken uit het mestoverschot, in plaats van de afvalbenadering, waarbij uitgegaan wordt van het circulaire gedachtegoed. Andere unieke aspecten in dit traject zijn i) de applicatie van een nieuwe high-tech scheidingstechnologie en ii) gebruikmaking van nieuwe combinaties van bestaande bioraffinage-technieken. Er wordt gestreefd naar het produceren van minimaal twee eindproducten: i) een anorganische fosfaat rijke fractie en ii) een organische fosfaatarme fractie. Deze fracties voldoen aan alle kwaliteitseisen om in de markt toegepast te worden als fosfor/fosfaatmeststof en bodemverbeteraar. Om dit te bereiken wordt door middel van praktijkgericht onderzoek antwoord gegeven op de onderzoeksvraag: ?Welke combinaties van bioraffinage-technieken zijn duurzaam en effectief voor het synthetiseren marktconforme fosfor/fosfaatconcentraten en organische stof producten uit rundermest?? Op basis van ervaringen uit de praktijk en opgedane kennis bij de betrokken lectoraten en de projectpartners wordt een conceptueel raffinage proces ontworpen. Dit proces wordt vervolgens in deelstappen experimenteel getoetst zowel bij de deelnemend MKB als bij de aangesloten hogescholen. Het optimale design wordt tenslotte in de praktijk getoetst door samenwerking van de aangesloten MKB projectpartners. Dit totaal wordt gecomplementeerd met economische en ecologische analyses ter vergelijking met bestaande systemen van de gemaakte keuzes. Relevante uitkomsten voor de sector over marktconforme producten en best presterende scheidingstechnieken worden onder andere via (vak)publicaties en een symposia verspreid.
Zorgverzekeraars bepalen de hoogte van de fysiotherapeutische behandeltarieven. Fysiotherapiepraktijken die kwalitatief goede, effectieve en doelmatige zorg leveren, ontvangen de hoogste behandeltarieven. Aan de hand van dossiervorming bepalen zorgverzekeraars welke praktijken hoogwaardige zorg leveren. Praktijken geven massaal aan dat deze dossiervorming tot grote frustratie leidt. De dossiers bevatten zeer belangrijke gegevens die kunnen leiden tot een kwaliteitsverbetering van de patiëntenzorg. De huidige administratiesystemen die praktijken gebruiken zijn echter niet ingericht om deze gegevens te achterhalen en terug te koppelen naar de praktijken. Het lectoraat Performing Arts Medicine van Codarts Rotterdam (Hogeschool voor de kunsten) heeft veel expertise op het gebied van dossiervorming binnen de (para)medische zorg, sport en podiumkunsten. Nederlandse fysiotherapiepraktijken hebben daarom het lectoraat Performing Arts Medicine benaderd om kennis te ontwikkelen met als doel om “te leren van het registreren”. Praktijken willen relevante behandelgegevens teruggekoppeld krijgen om de kwaliteit van de fysiotherapeutische behandelingen te verbeteren. Hierdoor komen praktijken in aanmerking voor hogere behandeltarieven, wat leidt tot een verbeterde bedrijfsvoering. De volgende twee onderzoeksvragen staan in het project centraal: 1. Op welke wijze kunnen data mining technieken gebruikt worden om uit geregistreerde behandelgegevens betekenisvolle informatie te destilleren? 2. Aan welke eisen moet software voldoen om deze informatie betekenisvol terug te koppelen aan fysiotherapiepraktijken? Het eindproduct van dit project is een nieuwe softwareapplicatie voor fysiotherapiepraktijken die behandelgegevens terugkoppelt naar de praktijken. Het consortium bestaat uit de volgende organisaties: - Hogescholen: Codarts Rotterdam, Hogeschool van Amsterdam (HvA) - Universiteit: Universiteit van Leiden - MKB: 6 fysiotherapiepraktijken en softwareontwikkelaar Umance - Kenniscentrum: Nederlands Paramedisch Instituut (NPi)
Effectieve beheersing van onkruid is noodzakelijk voor een rendabele en kwalitatief hoogwaardige land- en tuinbouw. De huidige onkruidbestrijding maakt intensief gebruik van herbiciden. Er is echter maatschappelijke en politieke zorg over de schadelijke effecten van deze middelen op mens, dier en milieu. Vanwege nieuwe inzichten over schadelijkheid van herbiciden in de landbouw wordt het aantal toegestane middelen steeds verder wordt beperkt. Mechanische onkruidbeheersing wordt al toegepast in de biologische teelt, maar is erg arbeidsintensief, kostbaar en steeds lastiger te bemensen. Een oplossing voor de biologische teelt betekent ook een oplossing voor de gangbare teelt waarmee het gebruik van herbiciden sterk kan worden verminderd. In dit project bundelen de lectoraten Mechatronica van Saxion en Precisielandbouw van Aeres samen met agrarische- en technische mkb-bedrijven de kennis om technieken te ontwikkelen waarmee kleine robots automatisch onkruid herkennen en verwijderen zonder gebruik te maken van herbiciden. Met deze technieken kunnen telers duurzaam, zonder emissie en zonder residuen gewassen telen. Selectief onkruid verwijderen in de rij is geïdentificeerd als de volgende stap in autonome onkruidbeheersing. Doelstellingen van het consortium zijn gericht op het ontwikkelen van technische applicaties die compatible zijn en geïntegreerd kunnen worden met de huidige commercieel verkrijgbare robots (AGVs). De onderzoeksvraag luidt: Welke robotiseringtechnieken zijn binnen een periode van 2 jaar verder te ontwikkelen tot technisch nieuwe applicaties voor demonstreerbare autonome agro-productiesystemen waardoor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen voor de teelt van mais tot een minimum kan worden beperkt? Om die vraag te beantwoorden wordt als onderzoeksmethode ontwerpgericht onderzoek gebruikt. De resultaten zijn direct bij de teler toepasbare technieken die in het veld zijn gedemonstreerd en gevalideerd. De in het project opgedane kennis wordt breed gedeeld via de brancheorganisatie Stichting Teelt Overleg Groenten, Groene Kennis Coöperatie, Mineral Valley, BO Akkerbouw, AgroFoodCluster en de community en de website vollegrondsgroente.net.