Dienst van SURF
© 2025 SURF
Jonge en oude technici duurzaam laten samenwerken: Kansrijk én uitdagend Een flink aantal technische mkb-ondernemingen geeft aan dat samenwerking tussen generaties een steeds groter probleem is op de werkvloer. Als concreet voorbeeld noemen zij dat de oudere medewerker nog graag belt, maar dat de nieuwe, jonge medewerker dit doorgaans niet meer doet. De samenwerkingsproblemen hebben tot gevolg dat jonge technici regelmatig vertrekken. Dit is onwenselijk voor de onderneming gezien de ervaren personeelstekorten en vanwege de vergrijzing. Er is nog een reden waarom een goede samenwerking tussen generaties belangrijk is in de techniek sector. Iedereen, jong en oud, is hard nodig voor het realiseren van de energietransitie, een van de grote maatschappelijke opgaven die sterk leunt op het werk van technische vaklieden. De ondernemingen formuleren de praktijkvraag als volgt: “Hoe zorgen we voor duurzame samenwerkingen tussen verschillende generaties op de werkvloer?” Mkb-ondernemingen hebben behoefte aan handelingsperspectief en zoeken concrete, praktische handvatten en voorbeelden in hoe om te gaan met ervaren problemen in de samenwerking tussen jonge en oude technici. Ze geven aan zelf geen duidelijk zicht te hebben op waar in de samenwerking de problemen zich precies bevinden, hoe deze (zijn) ontstaan, en hoe deze dus kunnen worden opgelost. Dit verkennend onderzoek is nodig om de valkuilen en kritische succesfactoren boven water te krijgen. De onderzoeksvraag, vertaalt vanuit de praktijkvraag, luidt: “Wat zijn de valkuilen en kritische succesfactoren in het bewerkstelligen van een duurzame samenwerking tussen technische vaklieden uit verschillende generaties binnen technische mkb-ondernemingen? Het voorgestelde onderzoek vindt plaats binnen Switch naar Techniek, een netwerkverband door en voor technische mkb-ondernemers die hun werkzaamheden verrichten binnen de energietransitie. Switch naar Techniek is de changemaker binnen het project en gebruikt en verspreidt de kennis en uitkomsten van het project (ook na afloop) in de dagelijkse mkb-praktijk.
Tijdens het eindevent en in de eindrapportage van het Flow4nano project zijn verschillende onderdelen geïdentificeerd die voor de verdere duurzame doorwerking van de resultaten, en het vergroten van de impact, gewenst zouden zijn. Met deze Top-up willen de verkregen kennis door ontwikkelen en volledige datasets genereren die daarna gepubliceerd kunnen worden om zodoende het onderzoeksveld en bedrijfsleven te informeren over het gecontroleerd maken van nanodeeltjes in flow reactoren. Tevens willen wij door middel van het verwerken van de resultaten in het onderwijscurriculum ook toekomstige generaties studenten inlichten over de mogelijke toepassingen van de in Flow4nano gemaakte materialen. 1. Duurzame doorwerking naar de beroepspraktijk In Flow4nano hebben we twee belangrijke resultaten gehaald die nog niet volledig ingezet kunnen worden in de beroepspraktijk, omdat er nog wat meer onderzoek nodig is en incomplete datasets volledige disseminatie tegenhouden. a) We hebben een flow reactor ontwikkelt die twee vloeistofstromen kan mixen. Om er zeker van te kunnen zijn dat deze reactor ook goed geschikt is voor het maken van nanodeeltjes zijn we begonnen de mixing in deze flow reactor, onder invloed van nanodeeltjes in de vloeistofstromen, in kaart te brengen. De volgende stap hierin is deze dataset compleet te maken en deze te dissemineren naar stakeholders uit de beroepspraktijk via de lectoraatsnieuwsbrief en een poster op het jaarlijkse Nanotechnology crossing borders symposium (organisatoren: TNO/Brightlands Materials Center, Zuyd Hogeschool en Universiteit van Hasselt). b) We hebben kristallijne ZrO2 nanodeeltjes gemaakt. Zo hebben we kunnen aantonen dat onze flow reactoren niet alleen heel precies TiO2 nanodeeltjes kunnen maken, maar bredere inzetbaarheid hebben. Ook hier moeten we de dataset compleet maken en zullen we de resultaten dissemineren naar de beroepspraktijk via de lectoraatsnieuwsbrief en een poster. 2. Duurzame doorwerking naar het onderzoek De resultaten die behaald zullen worden tijdens het in de “duurzame doorwerking naar de beroepspraktijk” paragraaf beschreven onderzoek zijn ook zeer relevant voor het onderzoeksveld. Het is het doel om tijdens het Top-up project deze resultaten te dissemineren in twee open access artikelen, naast de disseminatie naar onderzoeksstakeholders door disseminatie via de lectoraatsnieuwsbrief en de poster. 3. Duurzame doorwerking naar het onderwijs In de laatste maanden van het Flow4nano Pro project is besloten om een nieuw vak aan het programma van de Material Science afstudeerrichting toe te voegen en zodoende het curriculum van de Applied Science studie te verbeteren. Dit vak zal ingaan op de energietoepassingen van materialen (in bijvoorbeeld zonnecellen) en het principe van de optische folies, zoals gemaakt in het Flow4nano project, past hier goed in. Binnen dit Top-up project willen we een set lesmateriaal voor dit vak ontwikkelen.
De toekomstige arbeidsmarkt vraagt om flexibele professionals: het is steeds minder duidelijk welke beroepen er zullen zijn en welke specifieke kennis en vaardigheden van iemand worden verwacht. Van kinderen die nu aan de basisschool beginnen weten we nog niet wat de maatschappij en het bedrijfsleven over twintig jaar van hen zullen verwachten. Er zijn twee dingen wel duidelijk: (1) techniek zal een steeds grotere rol spelen in hun werk en leven en (2) ze zullen, nog meer dan de voorgaande generaties, in staat moeten zijn om snel zelfstandig nieuwe vaardigheden aan te om zodanig beter om te kunnen gaan met een steeds sneller veranderende wereld. Hiervoor is het ontwikkelen van kritisch en analytisch denken, metacognitieve vaardigheden en andere 21st Century Skills van belang.Er zijn steeds meer online en offline oefeningen, programma's, en tools die een leerling kunnen helpen bij het ontwikkelen van CT-vaardigheden. Hoewel voor elke methode iets te zeggen is en bepaalde leerlingen op een bepaalde manier verder kan helpen, is het nu voor basisscholen, leerkrachten en ouders erg ingewikkeld om de juiste aanpak voor de juiste groep leerlingen te vinden: men ziet door de bomen het bos niet meer. Vaak is de inhoud van een lesprogramma afhankelijk van de tijd en kennis die een individuele leerkracht kan leveren of de aanpak van een specifieke externe organisatie. Deze afhankelijkheid maakt het vaak moeilijk voor scholieren om snel gepaste feedback te krijgen tijdens hun leeractiviteiten. Een belangrijke vraag is dus hoe het voor leerlingen en leerkrachten gemakkelijker gemaakt kan worden om CT lessen op niveau samen te stellen (leerkrachten) en te volgen (leerlingen). Dit het liefste in een digitale omgeving, waar de kinderen gebaseerd op hun eigen niveau en op hun eigen tijd gepaste opdrachten krijgen om beter te leren leren.