Dienst van SURF
© 2025 SURF
In Nederland zijn in 2014 zo’n 500 lokale energie initiatieven, die gezamenlijk een flink aantal geïnteresseerde en betrokken burgers verenigen op het thema duurzame energie. De groei van het aantal initiatieven sinds 2010 is nog niet tot stilstand gekomen. Veel groepen ontwikkelen zich tot gevestigde organisaties, zoals stichtingen of coöperaties.Een proces van bundeling op regionaal niveau is gaande, zoals blijkt uit de vorming van Us Kooperaasje, GReK en de Drentse Kei. Niet alle initiatieven zijn echter succesvol, er zijn ook groepen die er na korte tijd weer mee stoppen.
Over het Energieakkoord. In het energieakkoord voor duurzame groei is afgesproken dat in 2020 14 procent van de opwek hernieuwbaar moet zijn en in 2023 16 procent. De doelstelling is een uitdagende opgave waarbij de eerste vraag is: "Hoeveel hernieuwbare energie wordt er op dit moment opgewekt in Nederland?" Deze website geeft antwoord op de vraag voor de actueel opgewekte windenergie, zonne-energie en biogas.
LINK
As the impact of our actions on the climate become more and more clear and environmental awareness is rising, the quest for increasing efficiency and lower environmental impact becomes very important. Efficiency is particularly important in the field of electricity consumption, which keeps on rising as electrification of our transportation, houses, offices and more continues worldwide. These loads and sustainable sources have one thing in common: Direct Current. To successfully respond to this growing usage of direct current (DC) systems it is important to provoke an evolution in the provision of DC infrastructure. The goal of this paper is to create a methodology to calculate and evaluate the power losses in both traditional AC grids and DC microgrids. This is done through simulation models made by Caspoc, a software for modeling and simulating physical systems in analog/power electronics, electric power generation/conversion/distribution and mechatronics. The results are compared on the quantifiable indicator: energy savings. The impact of cable losses and different converters is calculated through the simulation. This methodology and simulation strategy can be the basis for the optimal grid design in other infrastructures and cases. The model will be validated with intensive tests of household equipment in a later stage of the project, this paper focuses on the model and methodology itself. DOI: 10.1109/DUE.2014.6827760
Het project "CompEfficient" onderzoekt het verbeteren van energie-efficiëntie in de productie van composietmaterialen, gebruikt in transport en bouw, zoals vliegtuigen, auto’s, treinen, en windturbines. Composieten zijn gunstig door hun lichtgewicht en sterke mechanische eigenschappen die bijdragen aan lagere CO2-emissies. Dit onderzoek focust op zowel biobased als hoogwaardige thermoplastische composieten, waarbij traditionele fabricagemethoden veel energie vereisen, resulterend in relatief hoge CO2-uitstoot. Geleid door Hogeschool Inholland, met industriële partners Eve Reverse en Cato Composites, streeft dit eenjarige project ernaar energie-efficiëntie te verhogen door het persproces - waarbij materialen worden verwarmd en gevormd - te optimaliseren. Dit omvat het verminderen van energieverlies bij het verwarmen en het drukzetten van materialen. Het project zal bestaande pers- en verwarmingsmethoden evalueren en nieuwe technologieën evalueren en testen in een labomgeving, met als doel het energieverbruik te minimaliseren terwijl de productkwaliteit gehandhaafd blijft. De verwachte uitkomsten zullen bredere implicaties hebben voor de industrie door bij te dragen aan duurzamere productieprocessen en het verminderen van de milieu-impact van de composietproductie. Deze innovaties zullen niet alleen van belang zijn voor de betrokken bedrijven maar kunnen ook internationaal worden toegepast, gezien de groeiende vraag naar energie-efficiënte en milieuvriendelijke productiemethoden. Dit project biedt een kans om de voetafdruk van de composietindustrie aanzienlijk te verminderen en ondersteunt de overgang naar meer duurzame industriële processen.
Lokale energieopslag staat nog in de kinderschoenen, in Nederland zijn er nog maar een handjevol voorbeelden te vinden. Een ‘buurtbatterij’ is duur in aanschaf en door dubbele belasting onaantrekkelijk in de exploitatie. Bovendien is er een aanzienlijk energieverlies per cyclus, zodat direct gebruik of levering aan het net de voorkeur heeft. Toch wordt gedacht dat energieopslag de toekomst heeft, en dat energiecoöperaties lokale ontwikkelingen kunnen stimuleren.In dit project zijn concrete projecten met (voorgenomen) energieopslag geïnventariseerd en is gekeken naar de factoren en voorwaarden voor een geslaagd energieopslagproject. Bovenaan de lijst van barrières staat de dubbele energiebelasting die betaald moet worden bij energieopslag. Er moet namelijk zowel bij het laden van de batterij als bij het leveren van de opgeslagen elektriciteit energiebelasting worden betaald. Ook de complexiteit van de regelgeving is een belemmering, bijvoorbeeld bij toepassing van de Experimentenregeling Elektriciteitswet, omdat erg veel kennis is vereist en er aanzienlijke risico’s moeten worden genomen. Een coöperatieve energieopslag bleek bij een studie naar de businesscase voor een project in het Westerkwartier financieel helaas niet haalbaar.Conclusie van het TopUp-project is dat de inbedding van energieopslag in lokale energiesystemen wordt vertraagd door de dubbele energiebelasting. Tegelijk worden nieuwe toepassingen voor (mobiele) accu’s gevonden, zoals blijkt uit een project met elektrische deelauto’s. Lokale energieopslag staat nog in de kinderschoenen, in Nederland zijn er nog maar een handjevol voorbeelden te vinden. Een ‘buurtbatterij’ is duur in aanschaf en door dubbele belasting onaantrekkelijk in de exploitatie. Bovendien is er een aanzienlijk energieverlies per cyclus, zodat direct gebruik of levering aan het net de voorkeur heeft. Toch wordt gedacht dat energieopslag de toekomst heeft, en dat energiecoöperaties lokale ontwikkelingen kunnen stimuleren.