Dienst van SURF
© 2025 SURF
In 2014 heeft Hogeschool Inholland samen met het RIVM voor het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een pilotproject uitgevoerd. In dit project hebben studenten Medische Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken dosismetingen uitgevoerd bij 8 ziekenhuizen en deze getoetst aan de Diagnostische Referentieniveaus (DRN’s). In alle gevallen bleken de toetsingswaarden lager dan het DRN en in de meeste gevallen ook lager dan de streefwaarde. De verschillen in doses tussen de ziekenhuizen waren maximaal een factor 2-3. Opvallend genoeg werden in een enkel geval soortgelijke verschillen binnen 1 ziekenhuis aangetroffen. In 2015 wordt dit project uitgebreid en gaan de Fontys Hogeschool en de Hanzehogeschool meedoen.
In 2022 is het tien jaar geleden dat de vigerende Diagnostische ReferentieNiveaus (DRN’s) werden vastgesteld door de NCS (NCS, 2012). Er is in die tien jaar veel gebeurd: er is onderzoek gedaan in binnen- en buitenland, er zijn praktijkervaringen opgedaan en er zijn nieuwe inzichten ontstaan. De geesten lijken nu rijp te zijn voor een volgende stap: een update van de waarden, methoden en aantallen DRN’s. Dit artikel geeft een overzicht van wat er sinds 2012 in Nederland met de DRN’s is gebeurd en hoe de toekomst van de DRN’s er uit lijkt te gaan zien.
In 2015 hebben studenten Medische Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken (MBRT) van Hogeschool Inholland, de Hanzehogeschool en de Fontys Paramedische Hogeschool dosismetingen uitgevoerd bij 21 ziekenhuizen en deze getoetst aan de Diagnostische Referentieniveaus (DRN’s) en vergeleken met de streefwaarden. Het project werd uitgevoerd in opdracht van het RIVM en gefinancierd door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Uit de toetsingen blijkt dat de DRN’s voor de röntgenopnamen bij volwassenen (X thorax, X bekken, CAG en mammografie) zelden worden overschreden en dat de streefwaarden vaak worden gehaald. Sterker nog, de 75-percentielwaarden van de gevonden waarden geven aanleiding sommige DRN’s te verlagen tot de streefwaarde. Bij de CT verrichtingen komen iets vaker overschrijdingen van streefwaarden en DRN’s voor, m.n. bij CT pulmonale angiografie (CTPA) en CT abdomen.