Dienst van SURF
© 2025 SURF
Damping constitutes a major source of uncertainty in dynamic analysis and an open issue to experimental and analytical research. After a thorough review of the current views and approaches existing in literature on damping and its appropriate modelling, this paper focuses on the implications of the available modelling options on analysis. As result of a series of considerations, a damping modelling solution for nonlinear dynamic analyses of cantilever RC walls is suggested within the frame of Direct Displacement-Based Design, supported by comparative analyses on wall structures.
LINK
This paper describes the results of a second year Expo project team of Fontys Engineering, department Mechanical Engineering. During this research the design of a configurable damped spring design has been investigated. A calculation tool has been defined and validated using a Nylon 3D printed spring prototype. Also a theoretical design of a stainless steel spring has been made including stress calculations. Finally characterization tests on damping properties have been performed.
Dynamic stall phenomena bring risk for negative damping and instability in wind turbine blades. It is crucial to model these phenomena accurately to reduce inaccuracies in predicting design driving (fatigue) loads. Inaccuracies in currentdynamic stall models may be due to the facts that they are not properly designed for high angles of attack, and that they do not 10 specifically describe vortex shedding behaviour. The Snel second order dynamic stall model attempts to explicitly model unsteady vortex shedding. This model could therefore be a valuable addition to DNV GL’s turbine design software Bladed. In this thesis the model has been validated with oscillating airfoil experiments and improvements have been proposed for reducing inaccuracies. The proposed changes led to an overall reduction in error between the model and experimental data. Furthermore the vibration frequency prediction improved significantly. The improved model has been implemented in Bladed and tested 15 against small scale turbine experiments at parked conditions. At high angles of attack the model looks promising for reducing mismatches between predicated and measured (fatigue) loading. Leading to possible lower safety factors for design and more cost efficient designs for future wind turbines.
Klimaatverandering is van invloed op de functies en diensten van kustlandschappen. De IPPC rapporteert dat deze invloed nog sterk zal toenemen. Miljarden investeringen zijn nodig om functies te handhaven. Zeespiegelstijging, toenemende intensiteit en frequenties van stormen tast waterveiligheid aan. De stijging van de zee in combinatie met verwachte perioden van droogte is van invloed op verzilting en zoetwater beschikbaarheid voor allerlei functies. In combinatie met toenemende regenval in de herfst en winter is er invloed op productiviteit van landbouwgebieden te verwachten. Stijgende temperaturen, toenemende verdamping en veranderende waterhoeveelheid en -kwaliteit is daarbij ook van invloed op natuur en biodiversiteit. In dit voorstel ontwikkelen we een holistische benadering voor een landschap die de impact van klimaatverandering (op basis van downscaling) in beeld brengt op de ontwikkeling van de waterbalans en waterkwaliteit (zout-zoet, oppervlaktewater-grondwater). We werken aan een aanpak die zich richt op een sluitende zelfvoorzienende waterbalans door verkleinen van de vraag, vergroten van aanbod door verbeterde buffering in de bodem en hergebruik in relatie tot adaptatie of aanpassing van functies. Hierbij worden verschillende stakeholders betrokken. Het KIEM project start a) met een inventarisatie van de state-of-the-art en leidt tot b) een Demonstrator van deze innovatieve aanpak voor een geselecteerd Waddeneiland, c) een geactiveerd netwerk en d) de aanzet tot een subsidiabel voorstel voor daarop gebaseerd praktijkgericht onderzoek en onderwijs dat toepassing heeft op eilanden en dat opgeschaald kan worden naar kustlandschappen. De uitwerking van de Demonstrator wordt gekoppeld aan de bestaande Minor Sustainable Island Management die opgezet is om kosten-effectieve duurzame oplossingen met stakeholders te formuleren waarmee cruciale functies en diensten die het eiland-landschap levert kunnen worden gehandhaafd onder klimaatverandering.
De GreenPee is een combinatie van een urinoir en een plantenbak. De GreenPee is niet alleen mooi en functioneel, maar ook duurzaam en draagt bij aan een positieve omgevingsboodschap. Doordat de GreenPee niet hoeft te worden aangesloten op water of riool wordt het milieu veel minder belast. Daarnaast draagt de GreenPee bij aan een duurzame samenleving. De GreenPee vangt de urine op in een bak met geurabsorberende hennepvezel. Deze vezel, vermengd met de urine, vormt na compostering een fosfaatrijke biologische meststof welke gebruikt kan worden om op een natuurlijke wijze groenperken te bemesten. Een handig in-hydro systeem vangt regenwater op in een 30 liter reservoir, wat ervoor zorgt dat de planten bij droogte minimaal bewaterd hoeven te worden. Helaas blijkt het concept in de praktijk te hoge onderhoudskosten te hebben en tevens blijken composteringsbedrijven niet erg geinteresseerd te zijn in de verwerking en brengen (hoge) kosten in rekening. In dit KIEM GoChem project gaat de Universiteit van Amsterdam in samenwerking met MKB SEMiLLA Sanitation Hubs b.v. een proces ontwikkelen waarbij de urine wordt voorbehandeld met een speciaal ontwikkelde ureaseremmer. Hierdoor is de verwachting dat ammoniavorming achterwege blijft en de originele voedingsstoffen behouden blijven. De urine wordt vervolgens centraal via vacuumverdamping verwerkt tot 90% loosbaar water en 10% hoogwaardige, vloeibare meststof voor planten. Er is dan geen hennepvezel meer nodig in het proces en de urine uit de GreenPee kan eenvoudig verwerkt worden.