Dienst van SURF
© 2025 SURF
Lectorale rede, Groningen, 14-05-2013Welke effecten heeft de demografische verandering op ruimte en op het dagelijks leven van bewoners.
MULTIFILE
Op 8 maart van dit jaar hield Margo van Hartingsveldt, als opleidingsmanager Ergotherapie en lector Ergotherapie Participatie en Omgeving verbonden aan het kenniscentrum ACHIEVE van de faculteit Gezondheid van de Hogeschool van Amsterdam, haar lectorale rede. In dit artikel voor Ergotherapie Magazine geeft Margo hiervan een samenvattingIn deze rede staat gewoon doen, het dagelijks handelen van mensen, centraal.Dagelijks handelen is net als bewegen, voeding en het vermijden van genotsmiddeleneen belangrijke factor voor gezond leven.
Dit artikel stelt dat beleidsverandering binnen de Europese Unie (EU) ook voortkomt uit besluitvorming op dagelijks niveau. Om veranderingen aan te kunnen wijzen en te verklaren dient de traditionele rationele keuzetheorie en de oriëntatie op instrumenteel-strategisch handelen te worden aangevuld met een constructivistische zienswijze op discours als bron van verandering. Met de inzichten van constructivisten en communicatiewetenschappers wordt in dit artikel gekeken naar de voorwaarden en het zich voordoen van deliberatie als discursief proces dat beleidsverandering op dagelijks niveau bevordert. In dat verband is onderzoek verricht naar een tweetal besluitvormingsprocessen op het gebied van EU-justitiesamenwerking. De ene betreft een casestudie omtrent de onderhandelingen over de totstandkoming van het Europees Bewijsverkrijgingsbevel van 2008. De ander gaat over de onderhandelingen over een Raadsbesluit betreffende de toegang van politie tot het Visa Informatie Systeem. Uit beide casestudies blijkt dat onder bepaalde omstandigheden deliberatie uitmondend in beleidsverandering zich feitelijk heeft voorgedaan. ABSTRACT This paper argues that, in addition to the practice of strategic bargaining, one may very well find in the day-to-day running of the EU decision-making instances where changes in policy outcome result from occurrences of deliberation. Occurrences have indeed been signalled in both the 'EEW' and 'VIS' cases where negotiating parties engaged in reasoned exchanges of views that resulted in position shifts and even agreements on certain issues. Analysis of both cases demonstrates that in settings where the conditions of 'insulation','intensity' or 'access of non-state actors' were prominently present, deliberation and ensuing progress towards a more reasoned understanding of the issue concerned was more likely to occur. Furthermore, a certain detachment from technical detail, yet sufficient proximity to subject matter, absence of agenda constraints and small-group dynamics made it more likely that discussants were inclined to engage in more open-minded exchanges of views based on reason and argument. On balance, clearly identifiable occurrences of deliberation-promoting progress in decisionmaking have been found in the institutionally quite diversified and multifaceted environment of the EU. They can certainly be regarded as representative of other decision-making processes operating under similar conditions, processes of which the institutionally dense EU is particularly rich. In a way, the occurrences of deliberation identified constitute a path of progressive understanding that is bound to extend beyond the temporal boundaries of a specific decision-making procedure. Reasoned understandings on certain issues achieved in either the EEW or VIS process were likely to provide a fertile basis on which further reasoned discussion can evolve into other, future decision-making processes. As such the deliberative instances found in the EEW and the VIS cases are of all periods, including the post-Lisbon period, and should be examined as alternative sources of policy change in the EU, irrespective of the timeframe.
Slaapproblemen zijn een van de meest voorkomende bijkomende klinische aandoeningen bij autisme. Docenten in het Voortgezet Speciaal Onderwijs merken dat veel leerlingen met autisme problemen in de klas laten zien die zij toeschrijven aan deze slaapproblemen. De leerlingen komen te laat op school, zijn vermoeid, maken een sombere indruk en zijn snel geïrriteerd, wat soms uitmondt in verbale of fysieke agressie naar medeleerlingen of leerkrachten. Het schools functioneren heeft er duidelijk onder te lijden: de leerlingen kunnen zich slecht concentreren, slaan informatie minder goed op en krijgen hun taken niet af. In de periodes dat er sprake is van slaapproblemen neemt daarnaast ook het autistisch gedrag toe, waaronder stereotype en dwangmatig gedrag en overgevoeligheid voor omgevingsprikkels. Docenten geven aan behoefte te hebben aan een gedegen wetenschappelijk onderbouwde methode om in hun dagelijkse werk in de klas adequaat op de slaapgerelateerde problemen te kunnen anticiperen. Dit betekent dat zij inzicht moeten hebben in de relatie tussen de problemen die zij in de klas zien en het slaapgedrag thuis, zodat zij zowel in hun pedagogisch optreden als in hun communicatie met ouders gericht actie kunnen ondernemen. Het inzetten van een mobiele applicatie (app) zou hier mogelijk uitkomst kun bieden. Een app die dagelijks monitort op relevante aspecten van slaapgedrag en schoolfunctioneren zou de docent snel en gericht van de benodigde informatie kunnen voorzien om te kunnen handelen. Het huidige voorstel betreft de ontwikkeling en toetsing van een slaapinterventie-programma op basis van een dergelijke app, in co-creatie met de driehoek leerkracht-leerling-ouder. De centrale onderzoeksvraag hierbij is: hoe kan de inzet van een app - waarmee slaapgedrag en schoolfunctioneren dagelijks wordt gemonitord – de docent helpen om samen met leerlingen en ouders het slaapgedrag en het schoolfunctioneren van de leerlingen met een autismespectrumstoornis te verbeteren? In een effectonderzoek wordt uiteindelijk de werkzaamheid van dit slaapprogramma getoetst.
Om complexe maatschappelijke vraagstukken het hoofd te bieden is het een voorwaarde dat professionals op school, in de wijk en rond het gezin goed samenwerken. Dit vraagt om innovatie van de bestaande infrastructuur waarbinnen professionals worden opgeleid. Hierbij is de koppeling met onderzoek, specifiek rondom het thema ‘boundary crossing’, essentieel. Doel Het doel van het project is het creëren en onderzoeken van deze innovatieve opleidings-en professionaliseringsinfrastructuur door het vormgeven van professionele leernetwerken (PLN’s) in Utrecht en Amersfoort. Resultaten Binnen een PLN wordt een leer-en onderzoeksomgeving gecreëerd waarin opleiden, professionaliseren, onderzoeken en innoveren verbonden zijn: Studenten uit het sociaalpedagogisch en educatieve domein werken samen aan complexe vraagstukken en tonen hun leeruitkomsten Opleiders vormgeven de (blended) leeromgeving binnen het PLN Praktijkprofessionals werken binnen het PLN aan de verbetering van hun eigen professioneel handelen Onderzoekers verwerven kennis met betrekking tot boundary crossen en de inhoudelijke vraagstukken waaraan binnen het PLN wordt gewerkt. Podcast Een leven, een verhaal, een kind, maar met bijvoorbeeld de leerkracht, de zorgcoördinator, de psycholoog, de wijkagent, de jongerenwerker, de pedagoog cirkelen er soms wel tien professionals om dat kind heen. Naast natuurlijk de eigen familie en allemaal kijken ze door hun eigen bril. In de serie Bruggenbouwers en Grensverleggers kijken we naar wat de raakvlakken zijn tussen al die professionals en wat ze van elkaar kunnen leren. De serie volgt drie verhalen uit de praktijk waarbij de verschillende partijen betrokken zijn Met deze podcastserie willen we de dialoog op gang brengen over interprofessioneel samenwerken. Looptijd 01 september 2022 - 31 augustus 2025 Aanpak De PLN’s zullen worden ontwikkeld door het uitvoeren van participatief actieonderzoek. Aan de hand van concrete casuïstiek uit de dagelijkse praktijk van professionals (in opleiding) die deelnemen aan het PLN worden, kortcyclisch, de verschillende stappen van actieonderzoek doorlopen. Relevantie Het project levert inzicht op in hoe je op een revolutionare wijze kan kijken naar het opleiden van professionals binnen het educatieve, pedagogische en sociale domein. Downloads en links Cofinanciering Financiering komt vanuit de HU-Profileringsmiddelen (Expertisegebied Samen Lerend).
Om complexe maatschappelijke vraagstukken het hoofd te bieden is het een voorwaarde dat professionals op school, in de wijk en rond het gezin goed samenwerken. Dit vraagt om innovatie van de bestaande infrastructuur waarbinnen professionals worden opgeleid. Hierbij is de koppeling met onderzoek, specifiek rondom het thema ‘boundary crossing’, essentieel. Doel Het doel van het project is het creëren en onderzoeken van deze innovatieve opleidings-en professionaliseringsinfrastructuur door het vormgeven van professionele leernetwerken (PLN’s) in Utrecht en Amersfoort. Resultaten Binnen een PLN wordt een leer-en onderzoeksomgeving gecreëerd waarin opleiden, professionaliseren, onderzoeken en innoveren verbonden zijn: Studenten uit het sociaalpedagogisch en educatieve domein werken samen aan complexe vraagstukken en tonen hun leeruitkomsten Opleiders vormgeven de (blended) leeromgeving binnen het PLN Praktijkprofessionals werken binnen het PLN aan de verbetering van hun eigen professioneel handelen Onderzoekers verwerven kennis met betrekking tot boundary crossen en de inhoudelijke vraagstukken waaraan binnen het PLN wordt gewerkt. Looptijd 01 september 2022 - 31 augustus 2025 Aanpak De PLN’s zullen worden ontwikkeld door het uitvoeren van participatief actieonderzoek. Aan de hand van concrete casuïstiek uit de dagelijkse praktijk van professionals (in opleiding) die deelnemen aan het PLN worden, kortcyclisch, de verschillende stappen van actieonderzoek doorlopen. Relevantie Het project levert inzicht op in hoe je op een revolutionare wijze kan kijken naar het opleiden van professionals binnen het educatieve, pedagogische en sociale domein. Downloads en links Cofinanciering Financiering komt vanuit de HU-Profileringsmiddelen (Expertisegebied Samen Lerend).