Dienst van SURF
© 2025 SURF
Athlete development depends on many factors that need to be balanced by the coach. The amount of data collected grows with the development of sensor technology. To make data-informed decisions for training prescription of their athletes, coaches could be supported by feedback through a coach dashboard. The aim of this paper is to describe the design of a coach dashboard based on scientific knowledge, user requirements, and (sensor) data to support decision making of coaches for athlete development in cyclic sports. The design process involved collaboration with coaches, embedded scientists, researchers, and IT professionals. A classic design thinking process was used to structure the research activities in five phases: empathise, define, ideate, prototype, and test phases. To understand the user requirements of coaches, a survey (n = 38), interviews (n = 8) and focus-group sessions (n = 4) were held. Design principles were adopted into mock-ups, prototypes, and the final coach dashboard. Designing a coach dashboard using the co-operative research design helped to gain deep insights into the specific user requirements of coaches in their daily training practice. Integrating these requirements, scientific knowledge, and functionalities in the final coach dashboard allows the coach to make data-informed decisions on training prescription and optimise athlete development.
Depression is a highly prevalent and seriously impairing disorder. Evidence suggests that music therapy can decrease depression, though the music therapy that is offered is often not clearly described in studies. The purpose of this study was to develop an improvisational music therapy intervention based on insights from theory, evidence and clinical practice for young adults with depressive symptoms. The Intervention Mapping method was used and resulted in (1) a model to explain how emotion dysregulation may affect depressive symptoms using the Component Process Model (CPM) as a theoretical framework; (2) a model to clarify as to how improvisational music therapy may change depressive symptoms using synchronisation and emotional resonance; (3) a prototype Emotion-regulating Improvisational Music Therapy for Preventing Depressive symptoms (EIMT-PD); (4) a ten-session improvisational music therapy manual aimed at improving emotion regulation and reducing depressive symptoms; (5) a program implementation plan; and (6) a summary of a multiple baseline study protocol to evaluate the effectiveness and principles of EIMT-PD. EIMT-PD, using synchronisation and emotional resonance may be a promising music therapy to improve emotion regulation and, in line with our expectations, reduce depressive symptoms. More research is needed to assess its effectiveness and principles.
There is a growing number of eHealth interventionsaiming at enhancing lifestyle to address obesity. However, theexisting interventions do not take the emotional aspects ofobesity into account. Forty percent of the overweight populationis an emotional eater. Emotional eaters gain weight because ofpoor emotion regulation, not just due to bad eating habits. Weaim at developing a personalised virtual coach ‘Denk je zèlf!’providing support for self-regulation of emotions for obeseemotional eaters. This paper presents a research study protocolon validating persuasive coaching strategies in emotionregulation, based on Dialectical Behaviour Therapy, ultimatelytargeting behaviour change. Our goal is to design a personalisedeCoaching framework, allowing us to optimally translatesuccessful behaviour change mechanisms and techniques, suchas dialectical strategies, into personalised persuasive coachingstrategies.
LINK
Chronische gewrichtsaandoeningen zijn veelvoorkomende aandoeningen waarmee patiënten bij de fysiotherapeut of oefentherapeut komen. Aandoeningen zoals artrose en reuma veroorzaken problemen in het dagelijks functioneren vanwege pijn en verminderde mobiliteit. Genezing is vaak niet mogelijk, maar het bevorderen van zelfmanagement kan verergering voorkomen. Oefentherapeuten en fysiotherapeuten spelen een centrale rol in het ondersteunen van zelfmanagement bij patiënten met gewrichtsaandoeningen. De inzet van online toepassingen, waaronder mobiele applicaties, en online platforms, die gericht zijn op het bevorderen van zelfmanagement (in dit voorstel gedefinieerd als Behavioral Intervention Technologies: BITs) kunnen patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen ondersteunen. Echter, voor veel professionals is het onduidelijk hoe BITs kunnen worden ingezet om zelfmanagement te vergroten en hoe dit gecombineerd kan worden met fysieke begeleiding. Daarom onderzoeken we in dit tweejarige project de manier waarop oefen- en fysiotherapeuten coaching op zelfmanagement via BITs kunnen vormgeven. In werkpakket 1 brengen we met een review, observaties en een concept mapping in kaart welke elementen en randvoorwaarden van BITs belangrijk zijn voor het bevorderen van zelfmanagement. Zodra we inzicht hebben in deze elementen en randvoorwaarden wordt in co-creatie met stakeholders toegewerkt naar beroepsrollen en beroepscompetenties die voorwaardelijk zijn voor het gebruik van BITs. Met de input van deze onderzoeksactiviteiten ontwikkelen we samen met de doelgroep de AmSOS methodiek die professionals helpt bij het gebruik van BITs om zelfmanagement te bevorderen bij patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen (WP2). Om te bepalen in hoeverre de methodiek bruikbaar is in de praktijk wordt in WP3 een haalbaarheidsstudie opgezet waarbij 25 eerstelijnsfysio- en/of oefentherapiepraktijken de AmSOS methodiek gaan gebruiken in de behandeling van patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen. Omdat gewrichtsaandoeningen een substantieel onderdeel zijn van de curricula, maar tegelijkertijd weinig aandacht wordt besteed aan technologie en zelfmanagement, ontwikkelen we in WP4 een onderwijsmodule voor scholing van studenten en praktiserende oefen- en fysiotherapeuten.
Movebite aims to combat the issue of sedentary behavior prevalent among office workers. A recent report of the Nederlandse Sportraad reveal a concerning trend of increased sitting time among Dutch employees, leading to a myriad of musculoskeletal discomforts and significant health costs for employers due to increased sick leave. Recognizing the critical importance of addressing prolonged sitting in the workplace, Movebite has developed an innovative concept leveraging cutting-edge technology to provide a solution. The Movebite app seamlessly integrates into workplace platforms such as Microsoft Teams and Slack, offering a user-friendly interface to incorporate movement into their daily routines. Through scalable AI coaching and real-time movement feedback, Movebite assists individuals in scheduling and implementing active micro-breaks throughout the workday, thereby mitigating the adverse effects of sedentary behavior. In collaboration with the Avans research group Equal Chance on Healthy Choices, Movebite conducts user-centered testing to refine its offerings and ensure maximum efficacy. This includes testing initiatives at sports events, where the diverse crowd provides invaluable feedback to fine-tune the app's features and user experience. The testing process encompasses both quantitative and qualitative approaches based on the Health Belief Model. Through digital questionnaires, Movebite aims to gauge users' perceptions of sitting as a health threat and the potential benefits of using the app to alleviate associated risks. Additionally, semi-structured interviews delve deeper into user experiences, providing qualitative insights into the app's usability, look, and feel. By this, Movebite aims to not only understand the factors influencing adoption but also to tailor its interventions effectively. Ultimately, the goal is to create an environment encouraging individuals to embrace physical activity in small, manageable increments, thereby fostering long-term engagement promoting overall well-being.Through continuous innovation and collaboration with research partners, Movebite remains committed to empowering individuals to lead healthier, more active lifestyles, one micro-break at a time.
In Nederland worden ongeveer 1,9 miljoen honden gehouden als gezelschapsdier, daarnaast worden ze in toenemende mate ingezet in dierondersteunde interventies. Alhoewel de effectiviteit van de inzet van dieren bij deze interventies vanuit wetenschappelijke studies beperkt is wordt de toegevoegde waarde van dieren door therapeuten, coaches en cliënten onderstreept. De inzet van honden bij Animal Assisted Interventions (AAI) is een dyadische gebeurtenis waarbij de belangen van zowel het dier als de cliënt continu in ogenschouw genomen moeten worden. Een gebrek aan een wetenschappelijk onderbouwd kader voor AAI kan leiden tot praktische, ethische en veiligheidsrisico’s voor therapeuten, begeleiders en cliënten. Gesprekken met aanbieders van interventies beamen de sterke groei en laten zien dat er in de branche een beweging en verlangen bestaat tot professionalisering en samenwerking. Iedere organisatie houdt zijn eigen, deels op ervaring berustende, richtlijnen aan op gebied van welzijn en ethiek. Er is behoefte aan een transparante en goed onderbouwde werkwijze waarmee het welzijn van honden in de praktijk van dierondersteunde interventies gewaarborgd kan worden. Het doel van dit project is om een bijdrage te leveren aan het professionaliseren van het werkveld door inzicht te geven in de impact die dierondersteunde interventies op honden kunnen hebben, welke waarden en normen we daarvoor willen hanteren en hoe ethische vraagstukken bespreekbaar gemaakt kunnen worden. Om dit te bewerkstelligen wordt er een methode ontwikkeld om de belasting van de honden tijdens een sessie te monitoren, inclusief digitaal scoringsformulier. De huidige belasting in de praktijk wordt in kaart gebracht en er worden met behulp van professionals grenswaarden voor de mate van belasting bepaald. Om tot een ethisch afwegingskader te komen worden praktijkcasussen, waarbij het belang van de zorgbehoevende mens conflicteert met het welzijn van de hond, geanalyseerd. Dit proces staat onder begeleiding van deskundigen op het gebied van dierethiek.