Dienst van SURF
© 2025 SURF
Participation in sport can positively impact young lives by promoting social development and also physical and mental health and well-being. However, several challenges related to sport participation still exist, such as dropout, health risks related to overtraining, and misconceptions about what evidence-based sport coaching knowledge is. The present chapter critically discusses the scientific and cultural premises on which current coach education in sport is based and offers reflections on how this education can be developed and improved. We suggest that current sports science models, characterised by separate siloes of knowledge, may limit holistic approaches to sports coaching. Additionally, these systems of knowledge are created by power dynamics that are explicitly and implicitly valued in coach education, leading to the production of normative ideas about sports coaching and athlete development. This limited view may lead to blind spots in coach expertise development and hinder the improvement of coaching and coach education. We conclude by sharing some ideas that may contribute to the transformation of coach education through the design of more transdisciplinary approaches in coaching courses.
LINK
Athlete development depends on many factors that need to be balanced by the coach. The amount of data collected grows with the development of sensor technology. To make data-informed decisions for training prescription of their athletes, coaches could be supported by feedback through a coach dashboard. The aim of this paper is to describe the design of a coach dashboard based on scientific knowledge, user requirements, and (sensor) data to support decision making of coaches for athlete development in cyclic sports. The design process involved collaboration with coaches, embedded scientists, researchers, and IT professionals. A classic design thinking process was used to structure the research activities in five phases: empathise, define, ideate, prototype, and test phases. To understand the user requirements of coaches, a survey (n = 38), interviews (n = 8) and focus-group sessions (n = 4) were held. Design principles were adopted into mock-ups, prototypes, and the final coach dashboard. Designing a coach dashboard using the co-operative research design helped to gain deep insights into the specific user requirements of coaches in their daily training practice. Integrating these requirements, scientific knowledge, and functionalities in the final coach dashboard allows the coach to make data-informed decisions on training prescription and optimise athlete development.
Deze handleiding hoort bij het onderdeel “Train-de-coach” van het professionaliseringsprogramma ’t PASST Samen. In ’t PASST Samen werken leerkrachten en jeugdhulpverleners (professionals) aan het versterken van hun handelen en hun interprofessionele samenwerkingsvaardigheden. Het doel daarvan is dat de betrokkenheid bij het leren van kinderen met een autismespectrumstoornis (ASS) vergroot wordt. Leerkrachten en jeugdhulpverleners ontwikkelen nieuwe kennis en vaardigheden die ze direct kunnen toepassen in hun werk. Hierdoor wordt hun handelingskracht om een integrale aanpak vorm te geven versterkt. Dit levert uiteindelijk tijdwinst op, omdat er preventief gewerkt wordt aan problemen die samenhangen met een verlaagde betrokkenheid (bijv. interactieproblemen). Hierdoor worden de kansen voor kinderen met ASS vergroot.’t PASST Samen is bedoeld voor leerkrachten en jeugdhulpverleners die met leerlingen met ASS werken én hun integrale aanpak voor deze leerling(en) willen versterken. De professionalisering is geschikt voor zowel ervaren als minder ervaren professionals. Van belang is dat de professional open staat voor: coaching en reflectie; het werken aan eigen leerdoelen en -vragen; uitwisselen van kennis en ervaringen met collega’s binnen en buiten de eigen organisatie en het delen van kennis en ervaringen met ouders. Naast de leerkracht/jeugdhulpverlener wordt ook een coach (bijvoorbeeld de gedragsdeskundige, beeldcoach, video-interactiebegeleider, intern begeleider) van de organisatie betrokken om de leerkracht/jeugdhulpverlener te ondersteunen. Van belang is dat de coach het als een uitdaging ziet de professionals van de organisatie te coachen. Daarnaast is de coach bereid om te participeren in de train-de-coach-sessies waarbij kennis en ervaringen worden opgefrist, gedeeld en toepasbaar gemaakt voor de eigen praktijk.Om veranderingen in het onderwijs en de jeugdhulpverlening te realiseren is het belangrijk om de organisatie mee te nemen in het leerproces: de collega’s en de leidinggevende. Zo kan het effect van de professionalisering vergroot worden. Voor meer informatie over ’t PASST Samen raadpleeg de Algemene Handleiding.
Verschillende maatschappelijke veranderingen dwingen de bouwbranche tot innovaties. Ondanks de potentie op het vlak van circulariteit en duurzaamheid van 3D-printen met kunststoffen kent deze technologie nog nauwelijks toepassingen in de bouw. Redenen hiervoor zijn achterblijvende materiaaleigenschappen en het verschil in cultuur tussen de bouwwereld en kunststofverwerkende industrie. Het bedrijf Phidias, richt zich op innovatieve en creatieve vastgoedconcepten. Samen met Zuyd Hogeschool (Zuyd) willen zij onderzoek doen naar het printen van bouwelementen waarbij de meerwaarde van 3D-printen wordt gezien in het combineren van materiaaleigenschappen. Zuyd heeft afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar het ontwikkelen van materialen voor 3D-printen (o.a. 2014-01-96 PRO). De volgende fase is de opgedane kennis toe te passen voor specifieke applicaties, in dit geval om de vraag van het MKB bedrijf Phidias te beantwoorden. Vanuit een ander MKB-bedrijf, MaukCC, ontwikkelaar van 3D printers, komt de vraag om de afstemming tussen materialen en hardware te optimaliseren. De combinatie van beide vragen uit het werkveld en de expertise bij Zuyd heeft geleid tot dit projectvoorstel. In deze pilotstudie ligt de focus voornamelijk op het 3D printen van één specifiek bouwkundig element met meerdere eigenschappen (bouwfysisch en constructief). De combinatie van eigenschappen wordt verkregen door gebruik te maken van twee (biobased) kunststoffen waarbij tevens een variatie wordt aangebracht in de geprinte structuren. Op deze manier kunnen grondstoffen worden gespaard. Het onderzoek sluit aan bij twee zwaartepunten van Zuyd, namelijk “Transitie naar een duurzaam gebouwde omgeving” en “Life science & materials”. De interdisciplinaire aanpak, op het grensvlak van de lectoraten “Material Sciences” (Gino van Strydonck) en “Sustainable Energy in the Built Environment” (Zeger Vroon) staat garant voor innovatief onderzoek. Integratie van onderwijs en onderzoek vindt plaats door studenten samen met een coach (docent) en ervaren professional aan dit onderzoek te laten werken in Communities for Development (CfD’s).
Nederland kent ongeveer 220.000 bedrijfsongevallen per jaar (met 60 mensen die overlijden). Vandaar dat elke werkgever verplicht is om bedrijfshulpverlening (BHV) te organiseren, waaronder BHV-trainingen. Desondanks brengt slechts een-derde van alle bedrijven de arbeidsrisico’s in kaart via een Risico-Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) en blijft het aandeel werknemers met een arbeidsongeval hoog. Daarom wordt er continu geïnnoveerd om BHV-trainingen te optimaliseren, o.a. door middel van Virtual Reality (VR). VR is niet nieuw, maar is wel doorontwikkeld en betaalbaarder geworden. VR biedt de mogelijkheid om veilige realistische BHV-noodsimulaties te ontwikkelen waarbij de cursist het gevoel heeft daar echt te zijn. Ondanks de toename in VR-BHV-trainingen, is er weinig onderzoek gedaan naar het effect van VR in BHV-trainingen en zijn resultaten tegenstrijdig. Daarnaast zijn er nieuwe technologische ontwikkelingen die het mogelijk maken om kijkgedrag te meten in VR m.b.v. Eye-Tracking. Tijdens een BHV-training kan met Eye-Tracking gemeten worden hoe een instructie wordt opgevolgd, of cursisten worden afgeleid en belangrijke elementen (gevaar en oplossingen) waarnemen tijdens de simulatie. Echter, een BHV-training met VR en Eye-Tracking (interacties) bestaat niet. In dit project wordt een prototype ontwikkeld waarin Eye-Tracking wordt verwerkt in een 2021 ontwikkelde VR-BHV-training, waarin noodsituaties zoals een kantoorbrand worden gesimuleerd (de BHVR-toepassing). Door middel van een experiment zal het prototype getest worden om zo voor een deel de vraag te beantwoorden in hoeverre en op welke manier Eye-Tracking in VR een meerwaarde biedt voor (RI&E) BHV-trainingen. Dit project sluit daarmee aan op het missie-gedreven innovatiebeleid ‘De Veiligheidsprofessional’ en helpt het MKB dat vaak middelen en kennis ontbreekt voor onderzoek naar effectiviteit rondom innovatieve-technologieën in educatie/training. Het project levert onder meer een prototype op, een productie-rapport en onderzoeks-artikel, en staat open voor nieuwe deelnemers bij het schrijven van een grotere aanvraag rondom de toepassing en effect van VR en Eye-Tracking in BHV-trainingen.
In Overvecht zijn door de uitstroom uit opvang- en zorginstellingen steeds meer mensen komen wonen die begeleiding en ondersteuning nodig hebben. Dat heeft gevolgen voor de sociale samenhang in deze wijk waar al bovengemiddeld veel sociale problemen spelen. In de Ontwikkelwerkplaats Goede Buren Overvecht hebben we onderzocht hoe goed burencontact bevorderd kan worden.Doel Het project had tot doel kennis te ontwikkelen en te delen rond een aantal experimentele projecten die erop zijn gericht burencontact te versterken. Het gaat hier in het bijzonder om contacten tussen mensen met en zonder een vorm van ondersteuning. Aanpak Combinatie van uitwisselings- en leerbijeenkomsten én onderzoek: onderzoek voedt de bijeenkomsten (en vice versa) Deelname van bewoners, beroepskrachten werkzaam in de wijk, studenten en onderzoekers Gedeeld eigenaarschap: samen leren van en met elkaar Kortom: in de ontwikkelwerkplaats draaide het om ontmoeten en verbeteren van sociale investeringen en praktijken. Experimentele projecten In de ontwikkelwerkplaats stonden onder andere centraal: Nieuwe Buren & integrale aanpak Vulcanusdreef Sociaal Renoveren Flatcoach De rol van professionals bij bevorderen burencontact Versterking samenwerking professionals Resultaten Het project heeft verschillende inzichten opgeleverd. Wij delen ze op deze pagina via een infographic, verschillende video's en artikelen én producten die gedeeld zijn op het slotsymposium. Film Burencontact op de Vulcanusdreef Sinds 2018 hebben alle betrokken organisaties, op initiatief van woningcorporatie Woonin, hard gewerkt om de leefbaarheid op de Vulcanusdreef te verbeteren. Een belangrijk onderdeel van de aanpak was de instroom van zogenaamde Nieuwe Buren, jonge huurders die een actieve bijdrage leveren aan het versterken van burencontact in de flat. Een van deze jongeren heeft als afronding van zijn HBO opleiding Social Work onderzoek gedaan naar de aanpak die is gehanteerd op de Vulcanusdreef. De video hieronder geeft een impressie van de aanpak en resultaten. Het belang van burencontact in Overvecht Dit filmpje is gemaakt door en met buurtbewoners van Overvecht in samenwerking met 4e jaars studenten Social Work van de HU. Deze studenten deden mee in de Ontwikkelwerkplaats Goede Buren Overvecht. Zij gingen in de wijk op zoek naar wat buurtbewoners verstaan onder prettig burencontact. Buurtbewoner Hassan maakt filmpjes terwijl hij met buurtbewoners praat. Looptijd 01 januari 2020 - 31 december 2025 Artikelen over goede buren Relevantie/impact Het project draagt bij aan het versterken van de kennis en vaardigheden van professionals gericht op het werken aan inclusieve buurten. Jaarlijks werken studenten Social Work en de master Community Development mee aan het project. Downloads en links Cofinanciering De Ontwikkelwerkplaats Goede Buren wordt mogelijk gemaakt door de Gemeente Utrecht, het Agis-zorginnovatiefonds, het Oranjefonds en een bijdrage van alle deelnemende organisaties.