Dienst van SURF
© 2025 SURF
Sports constitute a basis of fun for many (young) people and can contribute to important social developments. Sport can also yield opposite results:: arrogance, bullying, (sexual) intimidation, discrimination. Effects are largely influenced by the context of (youth) sport participation. In facing the reality of organized sport, creating a safe and pedagogical environment is not a priori inherent in sports. Many sports associations and clubs still primarily and too often focus on issues like schedules, organizing training and competitions, being financially sound and ensuring the continuity of their organizations. Specific policies for the prevention of harassment and abuse in sport hardly ever reach a local level. Experts speak of an implementation issue. In search for innovative approaches, Positive Behavior Support (PBS) was also introduced in the sport context. In this article, the preliminary evaluation of first experiences with PBS in local sport clubs (which are mostly run by volunteers) is described on the basis of seven insights. Conclusions can be drawn that PBS can be a guiding principal in sport clubs with organizational strength, although it needs specific translation within the context of sport. Further research is required to determine those significant adjustments.
The Sport Empowers Disabled Youth 2 (SEDY2) project encourages inclusion and equal opportunities in sport for youth with a disability by raising their sports and exercise participation in inclusive settings. The SEDY2 Inclusion Handbook is aimed at anybody involved in running or working in a sport club, such as a volunteer, a coach, or a club member. The goal of the handbook is to facilitate disability inclusion among mainstream sport providers by sharing SEDY2 project partners’ best practices and inclusive ideas.
Aim of this study is to understand which approach (expert or process orientated) sport club consultants use in succesfully raising the organizational capacity of voluntary sport clubs in the northern part of the Netherlands. Around 130 professional sport club consultants are active in the northern part of the Netherlands, but it is not clear which approach they use in raising the organizational capacity of the clubs within a specific context and if this approach is effective. Theoretical backgroundA sport club with great organizational capacity has the ability to offer their sport, now and in the future, in a sustainable and socially responsible way to (potential) members. Dutch voluntary sport clubs (VSCs) are facing several challenges in perceived consumerist behavior by members (Van der Roest, 2015), demands by the government to attribute to the social policy agenda (Coalter, 2007) and declining number of members in complex contexts (Wollebæk, 2009). Between 300-500 sport club consultants, mostly funded by local governments or sport associations, are tasked to raise the organizational capacity of these VSCs in the Netherlands. Most consultants play an expert role delivering generic interventions on specific topics as recruiting volunteers, sponsorships or positive behavior support. The other consultants play a process consultation role in which a holistic strategic change approach is used for more sustainable organizational development (Schein, 1999). The context of the organizations (VSC’s) is determining which approach is the best in developing the organizational capacity. But most of the time consultants use the same, mostly expert role, in consulting the organizations (Boonstra & Elving, 2009). Therefore it is not clear which approach (expert or process orientated) sport club consultants in the Netherlands use in raising the organizational capacity of VSC’s in different contexts. Methodology, research design, and data analysisThe study will be conducted from March 2017 till the end of July 2017 in the northern part of the Netherlands. In March we have started with identifying successful sport club consultants in three steps: these steps show a qualitative description of the current competences, approaches and interventions (repertoire) as seen by the sport club consultants in our target group:1) A group of experts have been gathered to formulate criteria for the competences, approaches and interventions of a successful process orientated sport club consultant. 2) The criteria from step 1 are validated by theory about organizational development and consulting of organizations. Thereafter the criteria are processed into a digital survey 3) The survey has been send to n=130 sport club consultants in the northern part of the Netherlands. 4) Based on the output of the survey, profiles will be developed of different types sport club consultants (process orientated, mediator, supporter, coach, expert) and the approaches per type of consultant. For each profile a ranking will be made based on which criteria (from step 1) the consultants meet. This ranking will be used to make a selection of successful sport club consultants to conduct research in five multiple case studies. From June on multiple case studies will be conducted in which five process consultants are working with a VSC. A case study protocol will be developed that observe the consultant in three sessions at the club. In addition interviews will be conducted with the consultant, the board of the club, and other relevant stakeholders. With a cross-case synthesis patterns will be developed in the way the consultants worked and how these approaches were interpreted and valued by the various stakeholders. Results, discussion, and implications/conclusionsIn the expected results both approaches and interventions (repertoire) of the consultant as their competences and qualities are analyzed which will result in the profiling of the active sport club consultants. We also gain insights in which approach of the sport club consultants is the most effective in raising the organizational capacity of a VSC in a given context. New insights on how consultants can successfully contribute to the sustainable organizational development of VSCs will be presented.
Sportclubs hebben door de coronamaatregelen een stuk lagere omzet omdat hun stadion maar rond de voor 23% kan worden bezet. Sports Alliance heeft een oplossing ontwikkeld waarmee automatisch een optimalere stadionbezetting kan worden bepaald, maar om hiermee daadwerkelijk een optimale bezetting te halen in de praktijk is up-to-date informatie van de individuele bezoekers nodig. Een onhandelbare situatie wanneer het gaat om duizenden bezoekers per wedstrijd. Dit is alleen te realiseren d.m.v. een conversational agent die automatisch gesprekken afhandelt, gecombineerd met herkenning van "actionable results" en automatische afhandeling in de betrokken systemen, zoals ticketing. Een dergelijk systeem dat om kan gaan met ad-hoc wijzigingen biedt ook buiten de huidige situatie meerwaarde voor de clubs, bijv. rond de standaard 10-15% no-shows. In dit project doen we het nodige vooronderzoek en ontwikkelen we een eerste proof-of-concept van een dergelijk systeem. Ook ontwikkelen we de vervolgaanvraag incl. verdere uitbreiding van het consortium.
Er ontstaan in Nederland veel blessures als gevolg van overbelasting in alle lagen van de sport. Hoe kunnen deze blessures worden voorkomen? Insteek van dit project is het gebruik van (sensor)technologie en big data analyse voor het vroegtijdig detecteren van signalen van overbelasting en daarmee het voorkomen van blessures. Een grote hoeveelheid technologie wordt momenteel al gebruikt voor het meten aan sporters (quantified self). Professionele sportclubs investeren in dure systemen. Diepte-interviews tonen echter aan dat er twee grote problemen zijn: ten eerste de grote hoeveelheid data en ten tweede de kennis voor een juiste interpretatie van de data benodigd voor een omzetting naar een trainingsadvies. Computermodellen opgebouwd uit systematische data-analyse van de enorme hoeveelheden trainingsdata en aangevuld met domeinkennis kunnen deze problemen oplossen. Er is behoefte aan een systeem waarin informatie uit verschillende bronnen in één systeem wordt opgeslagen en toegankelijk gemaakt om vervolgens geïntegreerd geanalyseerd te kunnen worden. Individuele profielen moeten gebouwd worden uit de data voor een snelle, automatische interpretatie. Hiermee kan grensbewaking voor overbelasting plaatsvinden en kunnen trainingsaanpassingen gedaan worden waar nodig. Vanuit deze behoefte richt het project zich op de praktijkvraag “Hoe kunnen we een praktisch toepasbaar gereedschap ontwikkelen dat valide de externe en interne trainingsbelasting kan meten, de (para)medische staf en/of fysiek trainer helpt bij het detecteren van (potentiële) overbelasting en daarmee helpt bij het plegen van de juiste interventies voor het voorkomen van blessures?”. Het principe van een dergelijke ‘belastingmonitor’ is al aangetoond. Voor een volwaardig prototype zal echter zowel het computermodel als de gebruikersapplicatie technisch gezien moeten worden doorontwikkeld, geoptimaliseerd, uitgebreid en vooral getest. Daar richten de onderzoeksvragen van dit project zich op. De focus ligt in eerste instantie op het (betaalde) voetbal, maar kan ook naar andere teamsporten en de breedtesport vertaald worden.
Maatschappelijke ontwikkelingen zorgen ervoor dat de rol en bijdrage van de creatieve professional verandert. Niet alleen moet hij met steeds minder financiering toe, tegelijkertijd wordt er maatschappelijk een steeds grote beroep op hem gedaan. Gemeentes hebben hierin een grote rol. Steeds meer sturen zij hun cultuurbeleid vanuit de maatschappelijke meerwaarde van de creatieve industrie voor o.a. de domeinen gezondheid, welzijn en zorg. Juist zij zijn zich ervan bewust dat een weerbare en flexibele samenleving ontstaat wanneer mensen zich verbonden en gehoord voelen in juist die domeinen. Het is daarbij voor gemeentes van groot belang dat organisaties en zelfstandige ondernemers in deze sector inzicht hebben in de impact die ze veroorzaken en dat ze kunnen samenwerken om op die manier slagvaardiger een innovatieve, inclusieve en reflectieve samenleving te laten ontstaan en daarmee bijdragen aan het maatschappelijk verdienvermogen. In het versplinterde landschap in de regio van menig dorp en stad verhinderen goede samenwerking en een gezamenlijke focus op de regionale context vaak de innovatieve slagkracht van de creatieve industrie. Zo ook in de context van gemeente Het Hogeland. In deze aanvraag wordt een traject ontwikkeld waarin mkb cultuurorganisaties, amateurclubs en gesubsidieerde organisaties beter in staat worden gesteld om met elkaar deze rol op zich te nemen. In samenwerking met VRIJDAG Advies wordt in een traject van vier stappen met de deelnemers van dit platform in oprichting een ‘Sociaal Cultureel Waarden Canvas’ ontwikkeld, fungerend als empowerend instrument binnen dit platform. Het canvas kan beschouwd worden als een Key Enabling Methodology (KEM) vanuit een artistieke invalshoek met een academische methodische grondslag. VRIJDAG Advies heeft de intentie om deze aanpak ook in te zetten in andere contexten waarin het net als in Het Hogeland de bedoeling is dat verschillende culturele organisaties vanuit eigenheid en vanuit het appèl van de samenleving gaan samenwerken.