Dienst van SURF
© 2025 SURF
Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit Utrecht op gezag van de rector magnificus, prof. dr. H.R.B.M. Kummeling, ingevolge het besluit van het college voor promoties in het openbaar te verdedigen op vrijdag 1 december 2023 des middags te 12.15 uur.
Boven titel staat vermeld: De symbiose van biologie en technologie. Zowel vanuit het Applied Science onderwijs als vanuit het werkveld kwam er meer vraag om biologische expertise toe te voegen aan het bestaande lectoraat Thin Films & Functional Materials.
Dubbel-essay van de Vereniging Hogescholen : een essay van Carola Hageman met de titel 'Wie schrijft die blijft : open access publiceren van praktijkgericht onderzoek' en een essay van Daan Andriessen met de titel 'Werk aan de winkel : uitdagingen voor de volgende 15 jaar praktijkgericht onderzoek in het hbo'
LINK
Wetenschappers gebruiken bioorthogonale klikreacties tussen trans-cyclooctenen (TCOs) en tetrazines (Tz) om geheel nieuwe geneesmiddelen te ontwikkelen waarmee heel gericht cruciale biologische doelmoleculen kunnen worden geraakt, zodat ziektes op een veel selectievere manier kunnen worden behandeld. Recentelijk heeft de Radboud Universiteit een nieuw TCO-derivaat ontwikkeld en geoctrooieerd dat beschikt over twee orthogonale handvatten, goede stabiliteit, een snelle klik-kinetiek en een biocompatibele “click-to-release” functionaliteit. Bovendien kan deze TCO in een efficiënte synthese met hoge zuiverheid geproduceerd worden in tegenstelling tot vergelijkbare gepubliceerde stoffen. Binnen dit KIEM project zullen ‘ready-to-use’ TCO-producten ontwikkeld worden, gebaseerd op dit nieuwe TCO-derivaat. Dit is belangrijk om de drempel te verlagen voor onderzoekers om deze nieuwe technologie te benutten in hun toepassingen en versnelt daarmee de ontwikkeling van “slimme” geneesmiddelen of materialen. De werkzaamheden in dit project zullen bestaan uit literatuuronderzoek, synthetisch ontwerp van TCO-derivaten, chemische synthese, onderzoek naar de eigenschappen van de stoffen en contact leggen met potentiele gebruikers. De beoogde projectresultaten zijn chemische methoden om geactiveerde TCOs te synthetiseren, 5–10 geactiveerde eindproducten, inzicht in de chemie van TCOs, inzicht in de kinetiek en stabiliteit van de nieuwe TCOs en nieuwe samenwerkingen. In dit project wordt samengewerkt tussen de Radboud Universiteit en het biotechnologiebedrijf Synvenio. Binnen de synthetisch organische chemie afdeling van de Radboud Universiteit is de eerdergenoemde nieuwe TCO ontwikkeld. Synvenio is een jong biotechnologiebedrijf dat bioactieve stoffen beschikbaar maakt voor biochemisch- en biomedische onderzoekers. Het team bestaat uit chemici met veel affiniteit met biochemie, waaronder een van de uitvinders van de nieuwe TCO.
Dit project beoogt kennisontwikkeling over randvoorwaarden voor het ontwerp van een (blended) scholingsprogramma voor eerstelijns fysiotherapeuten die toegerust worden voor de inzet van de recent ontwikkelde innovatieve Backing Approach bij patiënten met chronische lage rugpijn (CLRP). De Backing Approach beoogt het (her)nemen van eigen regie over dagelijks functioneren met lage rugpijn en berust op twee pijlers: i) een cognitieve gedragstherapeutische benadering die patiënten inzicht verschaft in beïnvloedende factoren op lage rugpijn en ii) de inzet van eHealth om patiënten te kunnen e-coachen in hun eigen leefomgeving. Anders dan de traditionele biomedische benadering waarbij de therapeut doorgaans de regie heeft, is de Backing Approach gebaseerd op het biopsychosociale model, waarbij expliciet de behoeften van de patiënt worden betrokken ten behoeve van zorg-op-maat. Dat vergt andere kennis en een andere attitude van fysiotherapeuten ten aanzien van ‘rugzorg’. Educatie kan bijdragen aan de cultuuromslag ten behoeve van transitie naar persoonsgerichte zorg. Een reeds ontwikkelde blended Backing-training bleek niet te voorzien in benodigde kennis en kunde van eerstelijns fysiotherapeuten om de Backing Approach te kunnen inzetten in trials met patiënten. De betrokken fysiotherapeuten gaven aan dat inhoud, technologie, toetsing en wijze van feedback van het initieel ontwikkelde blended trainingsprogramma onvoldoende bijdroeg aan educatie ten behoeve van het vereiste kennis- en vaardigheidsniveau. Temeer daar de innovatieve interventie een andere kijk op zorginhoud en een bepaalde mate van digitale vaardigheden vergt. In dit project wordt participatief actie-onderzoek gebruikt: eerstelijns fysiotherapeuten onderzoeken samen met docent-onderzoeker en ontwikkelaars in een cyclisch proces wat randvoorwaarden zijn voor een gebruiksvriendelijke, toegankelijke en effectieve training. De deliverables van het project betreffen kennis over randvoorwaarden voor een blended trainingsprogramma voor fysiotherapeuten en een concepttrainingsprogramma dat aan deze voorwaarden voldoet. De uitkomsten vormen een onderlegger voor een beoogde RAAK-mkb aanvraag gericht op randvoorwaarden voor effectieve blended scholingsprogramma’s voor eerstelijns fysiotherapeuten.
De docent/onderzoeker rol is de belangrijkste, echter ook minst goed gefaciliteerde, rol binnen de hogeschool. De docent/onderzoeker moet continue schakelen tussen de onderwijs-urgentie (teamleider) en de langere termijn onderzoeksprioriteit (lector). De docent/onderzoeker heeft praktisch gezien twee werkgevers. Het RAAK-Postdoc project HENC beoogd een pragmatische grondlegger te ontwikkelen voor de duurzame inbedding van PhDs in deze docent/onderzoeker rol. Henk Kortier fungeert hierbij als initiator, (mede) ontwikkelaar en eerste (proef-)persoon. Het onderzoek dat onderdeel vormt van deze aanvraag beoogt de valorisatie van het op 09-feb-2018 afgesloten biomedisch wetenschappelijk PhD onderzoek van Henk Kortier. De modulaire robotica technieken die Henk gaat door ontwikkelen hebben spin-off naar de drie Saxion onderzoek domeinen Area’s & Living (drones), Smart Industry (grondrobots) en Health & Wellbeing (opruimrobot). De onderwijsactiviteiten richten zich op een, nieuw te ontwikkelen, module binnen de opleiding mechatronica, met als doel concrete invulling te geven aan de noodzakelijke vernieuwing en integratie van onderzoek en onderwijs. Met het onderwijs en onderzoeksteam van mechatronica is hierover op 23 april jl. een inventarisatie workshop gehouden, ondersteund door de teamleider onderwijs en lector. Door een matrix-analyse zijn de belangrijkste punten gedefinieerd en worden de belangrijkste redenen voor PhD om als docent/onderzoeker te blijven fungeren ontwikkeld, getest, uitgevoerd en uitgerold. Op deze wijze geeft het project concreet invulling aan het Saxion beleid om PhDs te kunnen laten werken aan het onderzoek en via onderwijsvernieuwing de resultaten naar onderwijs vloeien. Naast de onderwijs-onderzoeks integratie component wordt er binnen de module een lespakket ontwikkeld ter behoeve van het autonoom functionerende robots. Dit pakket wordt ontwikkeld vanuit zowel een operator als engineering oogpunt en zal derhalve de opleiding mechatronica overstijgen. Dit maakt het pakket breed inzetbaar binnen de verschillende opleidingen van de academie Life Science, engineering and Design en Creative Technologievan Saxion maar ook voor hogescholen elders.