Dienst van SURF
© 2025 SURF
Een inclusieve arbeidsmarkt is nog belangrijker geworden sinds de invoering van het VN-Verdrag Handicap. Switchen tussen arbeidsmatige dagbesteding en beschut werk kan daarbij belangrijk zijn. Wat zijn de ervaringen hiermee?
Sinds 14 juli 2016 is het VN-Verdrag Handicap van kracht in Nederland. Dit verdrag biedt gemeenten de mogelijkheid om de integratie te realiseren tussen de verschillende beleidsterreinen binnen het sociaal domein, om zo te komen tot een inclusieve samenleving waarin iedereen mee kan doen. Onderdeel van dit verdrag is het realiseren van een inclusieve arbeidsmarkt door het ondersteunen van mensen met een beperking bij arbeidsparticipatie. Op grond van artikel 27 van het verdrag hebben personen met een handicap, net als iedereen, het recht om met werk dat zij zelf hebben gekozen in hun levensonderhoud te voorzien. Arbeidsmarkt en werkomgeving horen niemand uit te sluiten en moeten toegankelijk zijn voor personen met een handicap. Bij het lectoraat Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt van het Marian van Os Centrum voor Ondernemerschap en in samenwerking met de gemeente Appingedam is onderzoek gedaan naar de consequenties hiervan voor de werkprocessen van gemeenten.
Ondernemers krijgen niet de ruimte om op hun eigen manier invulling te geven aan werkplekken voor mensen met een beperking. Daartoe zijn vooral sociale ondernemingen heel goed in staat en dat waren zij ook al voordat de verplichtende regels er kwamen.
LINK
Het project 'CAR(E)TOGRAPHY: Kunst en zorg in kaart' richt zich op de wisselwerking tussen kunst en zorg, waarbij beide sectoren elkaar verrijken en vernieuwen. In de zorg wordt steeds meer geëxperimenteerd met kunst als een manier om vernieuwing te brengen. Omgekeerd zouden de kunstenaars en ontwerpers ook van zorgprofessionals kunnen leren over zorgdragen, communiceren in een non-verbale context en het belang van proces boven het eindresultaat. Een inspirerend voorbeeld van zo’n samenwerking tussen kunst en zorg is te vinden bij Reinaerde De Heygraeff, waar het programma Re-creatie kunstenaars, ontwerpers, zorgprofessionals en cliënten samenbrengt. Op deze beschutte woonzorglocatie wonen ruim 160 mensen met een ernstige verstandelijke en/of lichamelijke beperking. Hier wordt al sinds 2018 geëxperimenteerd met de integratie van kunst en creativiteit in de dagelijkse zorgpraktijk, wat heeft geleid tot een duurzame transdisciplinaire samenwerking. Desondanks blijft het een uitdaging om de exacte werking van kunst in de zorg te begrijpen. Welke elementen zijn essentieel voor succesvolle samenwerkingen? Wat kunnen we leren van initiatieven zoals Re-creatie? En hoe kunnen we deze kennis delen met andere zorginstellingen en kunstpraktijken? Om deze vragen te beantwoorden, zetten we in dit project artistieke mapping methoden in om de interactie tussen kunst en zorg (en de complexiteit daarvan) te onderzoeken, documenteren en delen. Het doel is om de gemeenschap die op De Heygraeff is ontstaan beter te begrijpen en expliciet te maken hoe kunst en zorg met elkaar interageren. Door dit letterlijk in kaart te brengen, creëert CAR(E)TOGRAPHY een gedetailleerd beeld van de complexe wisselwerking tussen kunst en zorg. Dit maakt niet alleen een diepgaand begrip van de situatie mogelijk, maar maakt de bevindingen ook bruikbaar voor anderen die in vergelijkbare praktijken werken. De gemaakte kaarten functioneren dus uiteindelijk als documentatie- en navigatiemiddel in het grensgebied tussen kunst en zorg.
De kweek van algen, zeewier en schelpdieren kan een bijdrage leveren aan de wereldwijde behoefte aan gezond en duurzaam geproduceerd voedsel. In Nederland worden vooralsnog voornamelijk schelpdieren, zoals mosselen en oesters, gekweekt. De schelpdiercultuur concentreert zich op beschutte locaties; in de Waddenzee en Zeeuwse Delta. Doordat de beschikbare ruimte op deze locaties ten volle benut wordt, is er behoefte aan kweekruimte op de Noordzee. Locaties op volle zee zijn dynamisch en daardoor lastig te bereiken. Eén van de uitdagingen om de transitie van kweek in beschutte gebieden naar kweek op open zee te kunnen maken, is het op afstand monitoren van de productie op kweeklocaties. Inzicht in de groei en omstandigheden ter plekke zijn van groot belang voor kwekers om tijdig beheersmaatregelen te kunnen uitvoeren. Daarnaast is er een effect op de productie van factoren zoals de grootte van het uitgangsmateriaal, aantal schelpen per systeem, en het type systeem, maar ook van tussentijdse beheersmaatregelen en het oogstmoment. Voor kwekers is het belangrijk deze effecten van verschillende scenario’s te kunnen doorrekenen, hiermee krijgen ze inzicht in hun bedrijfseconomische mogelijkheden en rendabiliteit. In dit project wordt hiertoe een productievoorspelmodel ontwikkeld waarbij de productie afhankelijk van verschillende kweek- en oogstscenario’s in vrijwel ‘real time’ kan worden gevolgd. Daarnaast beoogt dit project de schelpdiersector inzicht te geven in de juridische haalbaarheid van opschalen van LTA op zee, en de Rijksoverheid aanknopingspunten te bieden voor het realiseren van de beleidsambities met betrekking tot aquacultuur op zee. Dit gebeurt aan de hand van een governance- en beleidsanalyse. Het onderzoek naar de bedrijfsmogelijkheden, rendabiliteit en het juridische kader van kweek op open zee, vindt plaats door onderzoekers van de HZ University of Applied Sciences (penvoerder) en Hogeschool Van Hall Larenstein in samenwerking met kwekers, hun belangenbehartigers, mbo-instellingen Scalda en Friese Poort en overheid.