Het doel van dit onderzoek is om de vraag vanuit de FoodValley naar gekwalificeerd ICT-personeel naar opleidingsniveau voor de jaren 2016 – 2018 in kaart te brengen, de uitstroom van gediplomeerden op mbo-niveau 3/ 4 en hbo-niveau in of in de nabijheid van de FoodValley vast te stellen en aan de hand van deze gegevens te kijken hoe vraag en aanbod op elkaar afgestemd zijn.
Herontwerp moet leiden tot een breder en meer gevarieerd ict-aanbod, waarin niet meer alleen monodisciplinaire opleidingen zitten, maar ook opleidingen met elementen van andere disciplines erin, nieuwe, aantrekkelijke afstudeervarianten of geheel nieuwe opleidingen. Zo zijn er opleidingen ontstaan op het snijvlak van ict en een andere discipline zoals gezondheidszorg, kunst en communicatie. Dergelijke snijvlakopleidingen blijken aantrekkelijk voor een grotere groep meisjes en jongens. Een voorbeeld is de opleiding Communicatie en Multimedia Design (CMD), die zich bevindt op het snijvlak van ict, communicatie en design. De CMD-opleidingen trekken vanaf de start in 2001 een hoger percentage vrouwelijke studenten dan vele andere hbo ict-opleidingen. Ook jongens die anders niet voor een ict-opleiding gekozen zouden hebben, kiezen voor CMD. Ondanks de positieve geluiden laten de instroomcijfers zien dat zowel voor de CMD-opleidingen als voor HT het lastig is om meer dan 20% meisjes te werven. Nader onderzoek is nodig om te achterhalen hoe dit percentage verhoogd kan worden. Desondanks blijft de instroom van CMD hoger dan van de traditionele ict-opleidingen. Dat is reden genoeg om deze ict-variant nader te beschouwen. Dit document beschrijft achtereenvolgens de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het (hoger) onderwijs die de ict-variant CMD positioneren en rechtvaardigen. Hierna volgt een praktijkvoorbeeld van de ontwikkeling van een dergelijke snijvlakopleiding: de opleiding ICT Media Design bij Fontys Hogescholen in Eindhoven. Deze casus kan als voorbeeld dienen voor andere hogescholen die overwegen een ict-snijvlakopleiding te ontwerpen en in te voeren.
Herontwerp moet leiden tot een breder en meer gevarieerd ict-aanbod, waarin niet meer alleen monodisciplinaire opleidingen zitten, maar ook opleidingen met elementen van andere disciplines erin, nieuwe, aantrekkelijke afstudeervarianten of geheel nieuwe opleidingen. Zo zijn er opleidingen ontstaan op het snijvlak van ict en een andere discipline zoals gezondheidszorg, kunst en communicatie. Dergelijke snijvlakopleidingen blijken aantrekkelijk voor een grotere groep meisjes en jongens. Een voorbeeld is de opleiding Communicatie en Multimedia Design (CMD), die zich bevindt op het snijvlak van ict, communicatie en design. De CMD-opleidingen trekken vanaf de start in 2001 een hoger percentage vrouwelijke studenten dan vele andere hbo ict-opleidingen. Ook jongens die anders niet voor een ict-opleiding gekozen zouden hebben, kiezen voor CMD. Ondanks de positieve geluiden laten de instroomcijfers zien dat zowel voor de CMD-opleidingen als voor HT het lastig is om meer dan 20% meisjes te werven. Nader onderzoek is nodig om te achterhalen hoe dit percentage verhoogd kan worden. Desondanks blijft de instroom van CMD hoger dan van de traditionele ict-opleidingen. Dat is reden genoeg om deze ict-variant nader te beschouwen. Dit document beschrijft achtereenvolgens de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het (hoger) onderwijs die de ict-variant CMD positioneren en rechtvaardigen. Hierna volgt een praktijkvoorbeeld van de ontwikkeling van een dergelijke snijvlakopleiding: de opleiding ICT Media Design bij Fontys Hogescholen in Eindhoven. Deze casus kan als voorbeeld dienen voor andere hogescholen die overwegen een ict-snijvlakopleiding te ontwerpen en in te voeren.
Aanleiding Elk kind heeft recht op onderwijs dat hem helpt zich in eigen tempo en naar eigen aanleg te ontplooien. De organisatie van het onderwijs, in de klas en op schoolniveau, is niet adequaat ingericht voor onderwijs dat recht doet aan verschillen. Passend onderwijs vraagt veel van de leraren. Zij verwachten dat ict hen kan helpen beter te differentiëren. Maar hoe vinden ze de goede ict-middelen en hoe moeten ze deze inzetten voor de verschillende leerlingen? Doelstelling De centrale vraag in dit project is: Hoe kunnen we maatwerk met ict vormgeven op basis van het onderwijsconcept en welke implicaties heeft dit voor de uitwerking daarvan in de klas (microniveau) en voor de organisatie van het onderwijs in de school (mesoniveau)? Om deze vraag te beantwoorden ontwikkelt en onderzoekt het multidisciplinaire projectteam een hybride spelsimulatie 'iXpeditie Maatwerk'. De simulatie combineert digitale en face-to-facesituaties. Daarmee kunnen (aankomend) onderwijsprofessionals handelingsbekwaam worden om deze vragen voor hun eigen praktijk systematisch te beantwoorden. Het team bestaat uit onderzoekers, experts, ict-ontwikkelaars, professionals en eindgebruikers. Beoogde resultaten Naast nieuwe kennis levert het project de volgende concrete resultaten op: " een spelsimulatie gericht op maatwerk met ict, met handleiding; " concrete tools en voorbeelden voor leraren om een gezamenlijke visie op maatwerk met ict te ontwikkelen; " een innovatief curriculumonderdeel voor de lerarenopleiding door de inzet van een hybride spelsimulatie. Het projectteam verspreidt de ontwikkelde kennis actief via de iXperium-website, iXperium-programma's, bijdragen aan nationale en internationale congressen, publicaties in vakbladen en wetenschappelijke publicaties.
KnowledgeFlows in Marine Spatial Planning - Sharing Innovation in Higher Education(KnowledgeFlows) aims at further enforcing the European higher education community to meet the growing demands for knowledge, skills and innovation within the still emerging field of marine or maritime spatial planning (MSP).Marine Spatial Planning (MSP) is an emerging governmental approach towards a more effective use of the sea. MSP is of great interest in Europe and can be considered a societal process to balance conflicting interests of maritime stakeholders and the marine environment. Many different activities take place at sea, ranging from shipping, fisheries, to offshore wind energy activities. Simultaneously, new and evolving policies focus on strategies to integrate different marine demands in space and resources. MSP is now legally binding in the EU and is much needed approach to manage and organize the use of the sea, while also protecting the environment.KnowledgeFlows will contribute to the development of new innovative approaches to higher education and training on MSP by means of problem-based learning schemes, transdisciplinary collaboration, and advanced e-learning concepts. KnowledgeFlows builds on results from former project outputs (Erasmus+ Strategic Partnership for Marine Spatial Planning SP-MSP), such as the online learning platform MSP Education Arena (https://www.sp-msp.uol.de).The strategic partnership consists of a transnational network of experts both in research and in practice based in the north Atlantic, Baltic Sea and North Sea Regions including Aalborg University (DK, lead partner), The University of Oldenburg (D), the University of Liverpool (U.K.), the University of Nantes (F), the Leibniz Institute for Baltic Sea Research (D), the Breda University of Applied Sciences (NL), University of Ulster (U.K.), and the Finnish Environment Institute (FI). Gothenburg University, also being a higher education organisation, will be associated partner.Furthermore, three international organisations, the Marine Spatial Planning Research Network, the Baltic inter-governmental VASAB and the pan-Nordic Nordregio will be involved in the partnership as associated organisations deeply rooted in the MSP community of practice.The further improvement of curricula, exchange of knowledge and experts, and transparency and recognition of learning outcomes to reach higher qualifications in MSP are key components of KnowledgeFlows. A mutual learning environment for MSP higher education will enable problem-driven innovation among students and their educators from research and governance also involving stakeholders. Related activities on intellectual outputs, multiplier events and lecturing will be carried out by all participating organisations.The intellectual outputs are related to three major contributions to the European higher education landscape:1) an advanced level international topical MSP course (Step-up MSP)2) digital learning facilities and tools (MSP Education Arena)3) designing problem-based learning in MSP (MSP directory)The advanced level inter-institutional topical MSP course will include different teaching and training activities within a problem-based learning environment. Digital learning facilities enabling communication and training will include a further enrichment of the MSP Education Arena platform for students, practitioners and lecturers for including modules forcollaborate learning activities, documentation and dissemination, mobilisation/recruitment, thesis opportunities, placements/internships. Designing problem-based learning in MSP will include topics as; the design of didactics and methods; guidance for lecturers, supervisors and students; evaluation and quality assurance; assessment.Five multiplier events back to back or as part of conferences within the MSP community will be organised to mainstream the outputs and innovative MSP didactics among other universities and institutions.Different teaching and training activities feeds into the intellectual output activities, which will include serious gaming sessions (MSP Challenge (http://www.mspchallenge.info/) and others), workshops, excursions, courses/classes as well as a conference with a specific focus on facilitating the exchange of innovative ideas and approaches among students at bachelor´s, master´s and doctoral level and the MSP community of practice.Project management meetings (twice a year) will assure coherence in project planning and implementation. As the core focus of the strategic partnership is on collaboration, mutual learning, and innovation among educators, students, and practitioners in order to meet actual and future needs regarding knowledge exchange and training within the MSP community, the project will be designed to have long lasting effects.Results
Pijn treft veel mensen en veroorzaakt niet alleen veel persoonlijk leed, maar sluit grote groepen mensen uit van maatschappelijke participatie en brengt dientengevolge ook hoge kosten voor de samenleving met zich mee. Momenteel is het thema ‘pijn’ evenwel slechts gefragmenteerd in het onderwijscurriculum van zorgverleners binnen de HAN opgenomen. Docenten zijn vaak onvoldoende onderlegd op het gebied van pijn en beschikbare richtlijnen worden onvoldoende in de praktijk gebruikt. Ook praktijkgericht onderzoek naar preventie en behandeling van pijn wordt onvoldoende opgezet. Deze postdoc aanstelling biedt een unieke kans om het thema ‘Intensieve pijnzorg’ voor verpleegkundigen en paramedici verder te ontwikkelen en te verbinden in zowel het onderwijs als het praktijkgerichte onderzoek. Hierbij kan worden aangesloten bij wat de afgelopen jaren is ontwikkeld aan onderwijs en onderzoek door de kandidaat zelf. De kandidaat bevindt zich in de unieke positie waarin zij haar functie als docent en coördinator in Bachelor, post-hbo en Master van de Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN) combineert met zowel een functie als onderzoeker en verpleegkundig pijnexpert aan het Radboudumc, als met een functie als voorzitter van de afdeling Pijnverpleegkundigen van Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN). De kandidaat beschikt over een uitgebreid nationaal en internationaal netwerk waarin zij een voortrekkende rol vervult. De activiteiten van de kandidaat zullen in de postdoc periode zijn gericht op onderzoek naar preventie van acute en chronische postoperatieve pijn met daaraan verbonden complicaties en het verbeteren van onderwijs over pijn. Deze activiteiten passen bij de activiteiten van het HAN kenniscentrum Duurzame Zorg en meer specifiek het Lectoraat Acute Intensieve Zorg (LAIZ) en zwaartepunt Health. De HAN is tevens de enige opleider in Nederland die op (post-)hbo niveau opleidingen en cursussen aanbiedt op het thema pijn voor verpleegkundigen. Hierin wordt, evenals voor het onderzoek, nauw samengewerkt met het Radboud Expertisecentrum Pijn en Palliatieve Geneeskunde (REPPG).