Bachelor-studenten van de Hotel Management School Maastricht beginnen hun opleiding Hoger Hotelonderwijs met een semester Hotel Orientation. De module Hotel Orientation was ten tijde van het onderzoek opgebouwd uit blokken van drie weken waarin studenten zich theoretisch oriënteren en gedurende steeds een week praktijkervaring opdoen in Teaching Hotel Château Bethlehem. Zodoende maken zij kennis met alle afdelingen van het Teaching Hotel: de keuken, het restaurant, housekeeping, services en de receptie. De opleiders zien dat de praktijkweken voor de studenten een rijke leerervaring opleveren en willen meer inzicht krijgen in de leeropbrengsten om deze te kunnen benutten in het curriculum van de module en van de opleiding. Aan het Lectoraat Professionalisering van het Onderwijs is gevraagd onderzoek te doen voor afstemming van het curriculum op de leerervaringen in het Teaching Hotel. Aan de hand van een vooronderzoek, samen met medewerkers en studenten van de Hotel Management School hebben de onderzoekers de onderzoeksvraag geformuleerd: Welke perceptie hebben studenten van wat ze leren in Teaching Hotel Chateau Bethlehem? Er is voor gekozen om studenten aan de hand van drie thema’s te interviewen: leeropbrengsten uit de leeromgeving, uit de begeleiding en persoonlijke leeropbrengsten. In totaal zijn 19 interviews met studenten gehouden waarbij de interviewdata uiteindelijk zijn ingedeeld in twaalf leeropbrengsten, zoals operationele vaardigheden, visie op de bedrijfscultuur, teamwerk, rol van de begeleiders, verantwoordelijkheid nemen, professioneel zelfvertrouwen, socialisatie en leermotivatie. Voor deze leeropbrengsten is op basis van de uitspraken van studenten een beschrijvende definitie geformuleerd. De onderzoekers hebben de beschrijvingen van de leeropbrengsten met een overzicht van de deelaspecten en enkele citaten van studenten gepresenteerd in een werkconferentie met medewerkers die in de opleiding verantwoordelijk zijn voor het curriculum: het management van het Teaching Hotel, de Werkgroep Praktijkleren, de Curriculum Commissie en de Directeur. De deelnemers aan de conferentie waren blij verrast door de hoeveelheid leeropbrengsten en de positieve waardering van studenten voor de praktijkweken in het Teaching Hotel. De aanwezigen in de werkconferentie stelden vast dat het onderzoek hun signalen bevestigt en helpt om deze collectief bespreekbaar te maken. Het onderzoek laat zien dat het Teaching Hotel een belangrijke bijdrage levert aan de opleiding van eerstejaars studenten. De onderzoeksbevindingen hebben ertoe geleid dat de Werkgroep Praktijkleren de opdracht heeft gekregen om voorstellen voor het beter benutten van de leeropbrengsten te ontwikkelen.
Bachelor-studenten van de Hotel Management School Maastricht beginnen hun opleiding Hoger Hotelonderwijs met een semester Hotel Orientation. De module Hotel Orientation was ten tijde van het onderzoek opgebouwd uit blokken van drie weken waarin studenten zich theoretisch oriënteren en gedurende steeds een week praktijkervaring opdoen in Teaching Hotel Château Bethlehem. Zodoende maken zij kennis met alle afdelingen van het Teaching Hotel: de keuken, het restaurant, housekeeping, services en de receptie. De opleiders zien dat de praktijkweken voor de studenten een rijke leerervaring opleveren en willen meer inzicht krijgen in de leeropbrengsten om deze te kunnen benutten in het curriculum van de module en van de opleiding. Aan het Lectoraat Professionalisering van het Onderwijs is gevraagd onderzoek te doen voor afstemming van het curriculum op de leerervaringen in het Teaching Hotel. Aan de hand van een vooronderzoek, samen met medewerkers en studenten van de Hotel Management School hebben de onderzoekers de onderzoeksvraag geformuleerd: Welke perceptie hebben studenten van wat ze leren in Teaching Hotel Chateau Bethlehem? Er is voor gekozen om studenten aan de hand van drie thema’s te interviewen: leeropbrengsten uit de leeromgeving, uit de begeleiding en persoonlijke leeropbrengsten. In totaal zijn 19 interviews met studenten gehouden waarbij de interviewdata uiteindelijk zijn ingedeeld in twaalf leeropbrengsten, zoals operationele vaardigheden, visie op de bedrijfscultuur, teamwerk, rol van de begeleiders, verantwoordelijkheid nemen, professioneel zelfvertrouwen, socialisatie en leermotivatie. Voor deze leeropbrengsten is op basis van de uitspraken van studenten een beschrijvende definitie geformuleerd. De onderzoekers hebben de beschrijvingen van de leeropbrengsten met een overzicht van de deelaspecten en enkele citaten van studenten gepresenteerd in een werkconferentie met medewerkers die in de opleiding verantwoordelijk zijn voor het curriculum: het management van het Teaching Hotel, de Werkgroep Praktijkleren, de Curriculum Commissie en de Directeur. De deelnemers aan de conferentie waren blij verrast door de hoeveelheid leeropbrengsten en de positieve waardering van studenten voor de praktijkweken in het Teaching Hotel. De aanwezigen in de werkconferentie stelden vast dat het onderzoek hun signalen bevestigt en helpt om deze collectief bespreekbaar te maken. Het onderzoek laat zien dat het Teaching Hotel een belangrijke bijdrage levert aan de opleiding van eerstejaars studenten. De onderzoeksbevindingen hebben ertoe geleid dat de Werkgroep Praktijkleren de opdracht heeft gekregen om voorstellen voor het beter benutten van de leeropbrengsten te ontwikkelen.
In November 2019, scholars and practitioners from ten higher education institutions celebrated the launch of the iKudu project. This project, co-funded by Erasmus [1], focuses on capacity development for curriculum transformation through internationalisation and development of Collaborative Online International Learning (COIL) virtual exchange. Detailed plans for 2020 were discussed including a series of site visits and face-to-face training. However, the realities of the COVID-19 pandemic disrupted the plans in ways that could not have been foreseen and new ways of thinking and doing came to the fore. Writing from an insider perspective as project partners, in this paper we draw from appreciative inquiry, using a metaphor of a mosaic as our identity, to first provide the background on the iKudu project before sharing the impact of the pandemic on the project’s adapted approach. We then discuss how alongside the focus of iKudu in the delivery of an internationalised and transformed curriculum using COIL, we have, by our very approach as project partners, adopted the principles of COIL exchange. A positive impact of the pandemic was that COIL offered a consciousness raising activity, which we suggest could be used more broadly in order to help academics think about international research practice partnerships, and, as in our situation, how internationalised and decolonised curriculum practices might be approached. 1. KA2 Erasmus+ Cooperation for innovation and the exchange of good practices (capacity building in the field of Higher Education)
Zorg voor mensen met autisme is vaak zeer complex. De begeleiding en behandeling van een aanzienlijk deel van deze mensen verloopt over verschillende echelons en maakt levensloopbenadering binnen netwerkzorg noodzakelijk. Nog te vaak is er sprake van stagnatie van behandeling en begeleiding, omdat er te weinig aansluiting werd gevonden bij de actuele leefwereld van de persoon met autisme. De hoogspecialistische zorg wordt hier veelvuldig mee geconfronteerd. Vooral bij de hbo-professionals in de hoogspecialistische zorg (sociotherapeuten, maatschappelijk werkers, verpleegkundigen) is er daarom een grote behoefte aan een wetenschappelijk onderbouwde werkwijze om vanuit de belevingswereld van de persoon met autisme te kunnen werken. Een dergelijke werkwijze zou de handelingsbekwaamheid beduidend vergroten door o.a. het niet-normatief bespreken van moeilijkheden bij het functioneren in de maatschappij en het samen zoeken naar oplossingen en toekomstperspectief. De persoon met autisme zal door beter begrip van zijn belevingswereld bovendien meer gemotiveerd zijn voor het volgen van de behandel- en trainingsprogramma’s, en daarmee het behandelresultaat verbeteren. Vanuit hun expertise is het juist aan hoogspecialistische centra om deze werkwijze te ontwikkelen, in samenspraak met hun netwerkpartners. Met de methodieken Appreciative Inquiry en Realistische Impact Evaluatie ontwikkelt het lectoraat Volwaardig Leven met Autisme samen met drie hoogspecialistische instellingen voor autisme (Leo Kannerhuis, Dimence, Karakter) en hun zorgnetwerken een werkwijze die is gebaseerd op de Enactive Mind (EM) theorie. De kern van het huidige project is gebaseerd op een alternatieve benadering van autisme, een benadering die de problematiek niet binnen de persoon met autisme legt maar tussen de persoon met autisme en zijn omgeving. Het beschouwt autisme als een interactiefenomeen. Centraal in het onderzoek staat de vraag welke procedures, methodieken en instrumenten de hbo-professionals daarbij kunnen ondersteunen, zodat de persoon met autisme na de behandeling beter functioneert in een voor hem betekenisvol en beter afgestemd (zorg)netwerk.
Eén van de centrale producten die het project ‘ICT en Domotica bij Transitieplanning voor mensen met autisme’ heeft opgeleverd is een transitieplan voor het begeleiden van jongeren met autisme naar meer zelfstandigheid op de domeinen wonen, leren en werken (van de Wijdeven, 2013; zie: http://www.han.nl/onderzoek/werkveld/onderwerpen/zelfredzamer-door-ict). Het transitieplan diende als basis voor de inzet van de ICT-middelen. De kernvisie was dat men ICT-middelen niet per betrokken organisatie moet inzetten, maar dat de ICT-middelen ondersteunend moeten zijn voor het persoonlijk plan van de jongeren met autisme. Vanuit deze visie is een methodiek ingezet waarmee de jongere met zijn/haar sociale netwerk tot een plan komt dat leidend zou moeten zijn voor de behandel- en ondersteuningsplannen van de betrokken organisaties: Person Driven Planning (PDP). Als uitvloeisel van dit plan is een aansluitende pilot uitgevoerd waarin de visie en methodiek van PDP succesvol is toegepast bij de doorstroom van jongeren van het behandelcentrum Dr. Leo Kannerhuis (LKH) naar het RIBW Arnhem en Veluwe Vallei. In een HAN-lectoraatonderzoek onder medewerkers die met deze nieuwe werkwijze aan de slag gingen kwamen een aantal aanbevelingen naar voren die de PDP-toepassing aanzienlijk zouden verbeteren. Een belangrijk knelpunt was dat medewerkers een aanspreekpunt miste voor de toepassing van de methodiek. Hierover volgde in het eindrapport van de pilot het volgende advies: Kennis en ervaring bundelen en concentreren in een Expertteam van “naturals en learners” uit de betrokken organisaties, met praktische en inhoudelijke ondersteuning van docenten, studenten en onderzoekers van de HAN binnen het concept van de Leerwerkplaats. Het Expertteam dient als vraagbaak en aanspreekpunt voor de medewerkers van LKH en RIBW. Het Expertteam monitort de ondersteunende instrumenten (GAS, ORS & SRS, Quli), ondersteunt medewerkers in het gebruik en ontwikkelt waar nodig. Het Expertteam heeft een trekkersrol vanuit eenzelfde visie op netwerkzorg, toegepast door alle medewerkers van beide organisaties. Het lectoraat Levensloopbegeleiding bij Autisme is betrokken, niet alleen vanuit onderwijsoogpunt, maar ook m.b.t. onderzoek en innovatie. Tevens wordt aanbevolen om de werkwijze uit te breiden naar 1) andere afdelingen binnen de jongerenlijn van het LKH, en 2) andere uitstroompartners van het LKH (zoals Siza, Plurijn, Zorgburo de Liemers, Woonzorgnet, School de Brouwerij, Kristallis school, gemeenten). Voordat dit mogelijk is moet het Expertteam daadwerkelijk worden geformeerd met medewerkers uit de organisaties en docenten, studenten en onderzoekers van de HAN. Er moet tot een gezamenlijke werkwijze van het Expertteam worden gekomen die wordt beschreven in een handleiding, die vervolgens kan worden toegepast bij toetreding van nieuwe netwerkpartners, of in contexten waarin ook met de PDP-methodiek in een zorgnetwerk wordt gewerkt (ook met andere doelgroepen).
Breda University of Applied Sciences, Master Imagineering programme students and FHGR, University of Graubuenden, Chur, students from the Digital Business Management, Bachelor programme follow a joint module that has three specific virtual components of interaction: the Experience Design Course, he Ideation Block (Design Hackathon) and the Sustainability and Impact generation (Implementation phase). Further on the joint interaction consists of: joint online lectures and workshops (on a weekly basis); joint online assignments (on a bi-weekly basis) supported by meet-up’s and consultancy sessions and joint online collaborative creative sessions and presentations (regularly).The content that the International Virtual Collaboration encompasses is: The VUCA world we are currently living in (Volatile, Uncertain, Complex and Ambiguous). Tools to innovate and flourish within and beyond VUCA; Experience and Transformation design through business and social canvas modeling; Innovation games and Appreciative Inquiry and Social and business impact generation and assessment.The final joint output that the students (in groups) create (the project is running until mid-January 2023 and then analysis and data processing until March 2023) will be a design concept/model for a specific case/organization with strategic implementation plan and recommendation report.