Dienst van SURF
© 2025 SURF
Objective: To report the study protocol and baseline characteristics of a prospective cohort study to evaluate longitudinal recovery trajectories of patients recovering from COVID-19 who have visited a primary care allied health professional. Design: Report of the protocol and baseline characteristics for a prospective cohort study with a mixedmethods approach. Patients: Patients recovering from COVID-19 treated by primary care dietitians, exercise therapists, occupational therapists, physical therapists and/or speech and language therapists in the Netherlands. Methods: The prospective study will measure primary outcome domains: participation, health-related quality of life, fatigue, physical functioning, and costs, at baseline, 3, 6, 9 and 12 months. Interviews, on the patients' experiences with allied healthcare, will be held with a subsample of patients and allied health professionals. Results: The cohort comprises 1,451 patients (57% female, mean age 49 (standard deviation 13) years). Preliminary results for the study cohort show that 974 (67%) of the participants reported mild/moderate severity symptoms during the infection period and patients reported severe restrictions in activities of daily living compared with previous research in other patient populations. Both quantitative and qualitative, will provide insight into the recovery of patients who are treated by allied health professionals. Conclusion: In conclusion, this will be the first comprehensive study to longitudinally evaluate the recovery trajectories and related costs of patients recovering from COVID-19 who are treated by allied health professionals in the Netherlands. This study will provide evidence for the optimal strategy to treat patients recovering from COVID-19 infection, including which patients benefit, and to what extent, from treatment, and which factors might impact their recovery course over time. The preliminary results of this study demonstrated the severity of restrictions and complaints at the start of therapy are substantial.
Objective: To report the study protocol and baseline characteristics of a prospective cohort study to evaluate longitudinal recovery trajectories of patients recovering from COVID-19 who have visited a primary care allied health professional. Design: Report of the protocol and baseline characteristics for a prospective cohort study with a mixed-methods approach. Patients: Patients recovering from COVID-19 treated by primary care dietitians, exercise therapists, occupational therapists, physical therapists and/or speech and language therapists in the Netherlands. Methods: The prospective study will measure primary outcome domains: participation, health-related quality of life, fatigue, physical functioning, and costs, at baseline, 3, 6, 9 and 12 months. Interviews, on the patients’ experiences with allied healthcare, will be held with a subsample of patients and allied health professionals. Results: The cohort comprises 1,451 patients (57% female, mean age 49 (standard deviation 13) years). Preliminary results for the study cohort show that 974 (67%) of the participants reported mild/moderate severity symptoms during the infection period and patients reported severe restrictions in activities of daily living compared with previous research in other patient populations. Both quantitative and qualitative, will provide insight into the recovery of patients who are treated by allied health professionals. Conclusion: In conclusion, this will be the first comprehensive study to longitudinally evaluate the recovery trajectories and related costs of patients recovering from COVID-19 who are treated by allied health professionals in the Netherlands. This study will provide evidence for the optimal strategy to treat patients recovering from COVID-19 infection, including which patients benefit, and to what extent, from treatment, and which factors might impact their recovery course over time. The preliminary results of this study demonstrated the severity of restrictions and complaints at the start of therapy are substantial.
Background: Determining what constitutes an excellent allied health care professional (AHCP) is important, since this is what will guide the development of curricula for training future physical therapists, oral hygienists, speech therapists, diagnostic radiographers, and dietitians. This also determines the quality of care.Aim: To describe perspectives of AHCPs on which characteristics are commonly associated with an excellent AHCP.Methods: AHCPs’ perspectives were derived from three focus group discussions. Twenty-one health care professionals participated. The final analysis of the focus group discussions produced eight domains, in which content validity was obtained through a Delphi panel survey of 27 contributing experts.Results: According to the survey, a combination of the following characteristics defines an excellent AHCP: (1) cognizance, to obtain and to apply knowledge in a broad multidisciplinary health care field; (2) cooperativity, to effectively work with others in a multidisciplinary con¬text; (3) communicative, to communicate effectively at different levels in complex situations; (4) initiative, to initiate new ideas, to act proactively, and to follow them through; (5) innovative, to devise new ideas and to implement alternatives beyond current practices; (6) introspective, to self-examine and to reflect; (7) broad perspective, to capture the big picture; and (8) evidence-driven, to find and to use scientific evidence to guide one’s decisions.Conclusion: The AHCPs perspectives can be used as a reference for personal improvement for supervisors and professionals in clinical practice and for educational purposes. These perspectives may serve as a guide against which talented students can evaluate themselves.
The results will be consensus between departments of physiotherapy universities of allied health care about learning outcomes CommunicationThere is no consensus between Dutch Physiotherapy departments on learning outcome of bachelors
Het is essentieel dat cliënten na een opname in een ziekenhuis of revalidatiecentrum blijven werken aan een actieve leefstijl die bijdraagt aan preventie, participatie en kwaliteit van leven. Hoewel gezondheid en gedrag primair de verantwoordelijkheid is van mensen zelf, is niet iedereen in staat na thuiskomst het geleerde zelfstandig voort te zetten. Na een opname wordt de transitie naar de thuissituatie door patiënten als moeilijk ervaren, soms met achteruitgang en heropnames als gevolg. Zorgprofessionals herkennen dit ook en willen de transitie naar huis beter vormgeven. De centrale vraag die Hogeschool Leiden (Lectoraat Eigen Regie bij Fysiotherapie en Beweegzorg), Haagse Hogeschool (Lectoraat Revalidatie en Technologie), Hanze Hogeschool (Lectoraat Healthy Ageing, Allied Health & Nursing Care), zorginstellingen Basalt (revalidatiecentrum) en Nij Smellinghe (ziekenhuis) en fysiotherapiepraktijken Medifit en Havenfysio (MKB-bedrijf) willen beantwoorden is: WAT is, gezien vanuit het perspectief van de ervaringsdeskundige cliënt, bepalend voor het fysiek actief blijven en integreren van duurzaam beweeggedrag in de eigen thuissituatie tot 1 jaar na transitie vanuit de intramurale zorg. Vanuit positieve gezondheid wordt breed onderzocht hoe mensen de fysieke, sociale en emotionele uitdagingen in relatie tot fysieke activiteit hebben benaderd en ervaren in hun thuissituatie na intramurale zorgopname. Cliënten wordt gevraagd naar hun meest waardevolle en frustrerende ervaringen en activiteiten met betrekking tot fysiek actief blijven in de eerste 3 tot 12 maanden na thuiskomst. Door het gebruik van storytelling worden de ervaringsdeskundigheid en dieperliggende motivaties van cliënten centraal gesteld binnen hun persoonlijke thuissituatie. We brengen vervolgens beïnvloedbare factoren van fysieke activiteit in de thuissituatie van mensen in kaart vanuit de perspectieven positieve gezondheid, eigen regie en gedrag. Op basis van de bevindingen wordt in co-creatie een innovatieve interventie agenda opgeleverd over hoe de betrokken partners fysieke activiteit in de thuissituatie kunnen ondersteunen en hoe de samenwerking in de zorgketen beter georganiseerd kan worden.
Ouderen hebben bij een stijgende leeftijd een grotere kans op frailty (kwetsbaarheid), een toestand van verminderde reservecapaciteit die ontstaat door afname van fysieke, psychologische en sociale capaciteit. Een relatief kleine aandoening of gebeurtenis kan een sterke achteruitgang in functioneren en zorgafhankelijkheid veroorzaken, waardoor ernstige complicaties kunnen ontstaan, zoals valincidenten, ziekenhuisopname en vroegtijdig overlijden. Het is daarom van belang dat (toekomstige) zorgverleners vroegtijdig en adequaat ingrijpen om frailty te voorkomen/verminderen. Dit project is ingebed in het Centre of Expertise Healthy Ageing (speerpunt FRAILTY), het Lectoraat Healthy Ageing, Allied Health Care and Nursing (LAHC) en het SPRONG-onderzoeksprogramma FAITH, welke focust op frailty. Praktijkpartners maken structureel onderdeel uit van FAITH en van het lectoraat. Het onderzoek sluit aan bij bestaande innovatie-/kenniswerkplaatsen waarin onderwijs, onderzoek en praktijk al samenwerken. Op dit moment worden o.a. de behoeften van werkveldpartners geïnventariseerd door een student aan de hand van interviews. Er zijn veel instrumenten voorhanden om de frailty status van een cliënt te bepalen. Echter deze worden in de praktijk vaak niet gebruikt. De (toekomstige) professional beoordeelt frailty soms helemaal niet of alleen globaal op eigen oordeel. Het gevolg hiervan is dat de cliënt niet optimaal behandeld wordt met alle medische en economische (kosten) gevolgen van dien. Het doel van dit project is om: • Het professioneel handelen te versterken door het concept frailty toepasbaar te maken voor de zorgpraktijk en het zorgonderwijs • Toepasbare assessmenttools te ontwikkelen waarmee frailty beoordeeld kan worden en leidend kunnen zijn in de keuze voor interventies en dit te implementeren in het onderwijs • Te analyseren wat de kostenbesparing is voor de gezondheidszorg als de professional het bruikbare meetinstrument of set instrumenten tijdig en optimaal inzet vergeleken met de huidige situatie waarin dit niet gebeurt (zoals boven beschreven). Bedoeling is om de postdoc-positie na 2 jaar te continueren en structureel te maken.