Dienst van SURF
© 2025 SURF
Kenniscentrum Educatie rapportnummer 16-03 In de regio Utrecht-Amersfoort hebben vijf academische basisscholen vanaf het schooljaar 2012-2013 deelgenomen aan het vierjarige schoolverbeteringsproject: het Academische Opleidingsscholen project (AOS-project). Het uiteindelijke doel van het project was de scholen te leren systematisch en doelgericht te werken aan schoolontwikkeling. Om dit doel te realiseren is nauw samengewerkt tussen het kenniscentrum van de Hogeschool Utrecht, Instituut Theo Tijssen, het bestuur en de scholen. Deze rapportage is een bijlage bij het onderzoeksrapport dat verschenen is over het project: Op basis van data de schoolontwikkelingsagenda bepalen (2016). In deze rapportage zijn de vijf casebeschrijvingen opgenomen, die zijn geschreven door de coördinatoren van de deelnemende scholen in samenwerking met een docent van de Hogeschool Utrecht. Het doel van de casebeschrijvingen is om zicht te krijgen op het verloop van het implementatieproces op de individuele scholen. Iedere school beschrijft de resultaten die zijn behaald, de successen die zijn geboekt, maar ook de knelpunten die ze hebben ervaren tijdens de uitvoering van het project op de school.
In december is de nieuwe aanvraagronde gesloten voor scholen die de ambitie hebben om onderzoek een vaste plek te geven in hun ontwikkeling. Deze academische opleidingsscholen willen door onderzoek de school binnen te halen, hun aanpak en werkwijze onderbouwen en nieuwe inzichten binnen halen. De opkomst van academische scholen past in een bredere beweging waarin de ontwikkeling van onderwijsaanpakken meer en meer neergelegd wordt op de plek waar dat hoort: namelijk bij de leraren die dat onderwijs uiteindelijk vorm geven. Dit proces krijgt op verschillende manieren vorm: door onderzoek naar effectiviteit van aanpakken zodanig op te zetten dat het meer direct aansluit bij vragen en concerns van leraren en het zodanig te rapporteren dat het beter toegankelijk is voor leraren en makkelijker te vertalen naar de eigen onderwijspraktijk. Maar ook door leraren uit te dagen tot het zelf doen van onderzoek naar de eigen school- en lespraktijk. Dit onderzoek doet verslag van beide manieren om onderzoek relevant voor de school te laten zijn. Allereerst gaat het in dit onderzoek om leraren binnen (academische) basisscholen die in ontwikkelgroepen gebruik maken van een onderzoeksmatige aanpak om hun onderwijs te verbeteren. Een boeiend en spannend proces dat nieuwe vaardigheden van leraren vraagt en een nieuwe cultuur binnen de scholen waar ze werken. Tegelijk is dit onderzoek een analyse van de wijze waarop dit proces verloopt, van wat schoolleiders en onderzoeksbegeleiders ondernemen om leerkrachten te ondersteunen in het onderzoeks- en ontwikkelproces en hoe leerkrachten die ondersteuning ervaren. Het onderzoek is uitgevoerd door Tonny Bruin, ondersteuner en adviseur van De Activiteit, expertisecentrum voor ontwikkelingsgericht onderwijs en gedurende het onderzoek lid van de kenniskring van het lectoraat Leren & Innoveren van de HvA. Daarmee gaat het dus om een onderzoek ‘van buiten’ en komt de vraag op in hoeverre dit onderzoek mank gaat aan een ‘kloof tussen onderwijs en onderzoek’. Tonny heeft verschillende maatregelen genomen om de kloof zo goed mogelijk te dichten: Allereerst komt de aanleiding voor het onderzoek vanuit de scholen zelf. Drie van de vier scholen in dit onderzoek maken deel uit van de Stichting ASKO, een bestuur voor katholiek onderwijs in Amsterdam. De OGO-scholen binnen ASKO hebben al enige jaren de status van academische opleidingsschool en proberen daarmee onderzoek een integraal onderdeel te laten zijn van het proces van onderwijsontwikkeling. In dat proces gaat het enerzijds om de vraag hoe effectief het onderwijs bijdraagt aan het leren van leerlingen en hoe dat verbeterd kan worden, maar dus ook om de vraag hoe effectief het onderzoek bijdraagt aan onderwijsverbetering en aan het leren van leerkrachten binnen de school en hoe dat verbeterd kan worden. De scholen zijn daarmee dragers van de onderzoeksvraag. Daarnaast is voor het onderzoek gebruik gemaakt van een theoretisch kader dat aansluit bij de taal en de concepten die de scholen hanteren, namelijk een theoretisch kader dat afkomstig is uit de cultuurhistorische stroming, die ook de grondslag vormt voor het OGO-onderwijs. Daarmee sluit de taal van het onderzoek zoveel mogelijk aan bij de taal van de leerkrachten. Tenslotte is het onderzoek zoveel mogelijk in dialoog met de betrokkenen uitgevoerd. Door focusgesprekken met onderzoeksgroepen, interviews met schoolleiders en onderzoeksbegeleiders en door discussie met de betrokkenen over de betekenis van de uitkomsten heeft het onderzoek geleid tot versterking van eigenaarschap en tot nieuwe inzichten bij de betrokkenen. In die zin heeft het onderzoek de betrokkenen geïnspireerd en was het aanleiding tot nieuwe impulsen in het leerproces binnen de scholen
Academisch geschoolde leerkrachten kunnen in het primair onderwijs op allerlei manieren bijdragen. Scholen maken echter nog onvoldoende gebruik van hun kennis en kunde. Dit project richt zich op de ontwikkeling van een gemeenschap van studenten en opleiders met de focus op het vergroten van de onderzoekende cultuur binnen de opleidingsscholen en -instituten.Doel Dit project wil bijdragen aan: Het vergroten van de onderzoekende cultuur binnen scholen en opleidingsinstituten Het versterken van de positie van de academische leerkracht binnen de Opleidingsschool Utrecht-Amersfoort De vier werelden (hogeschool, studenten, universiteit en werkveld) dichter bij elkaar te brengen. Resultaten Dit onderzoek werkt toe naar de volgende beoogde opbrengsten (ondersteund vanuit het PRIME framework; zie Greven & Andriessen, 2019): Ten behoeve van kennisontwikkeling ontwikkelen we een beknopte en toegankelijke onderzoeksrapportage. Ten behoeve productontwikkeling ontwikkelen we tools/activiteiten om community vorming bij studenten en opleiders van de academische lerarenopleiding te stimuleren. Ten behoeve van persoonsontwikkeling willen we een bijdrage leveren aan gemeenschapsvorming van studenten en opleiders binnen de academische lerarenopleiding. Ten behoeve van systeemontwikkeling ontwikkelen we een bijdrage aan de positie van de academische leerkracht binnen Opleidingsschool Utrecht-Amersfoort. Looptijd 01 maart 2022 - 01 maart 2023 Aanpak We maken gebruik van een participatieve actieonderzoeksgerichte methode: we betrekken studenten en opleiders van de academische lerarenopleiding actief in het onderzoeksproces. Verder zijn de onderzoeksactiviteiten niet alleen gericht op het vergaren van kennis, maar ook op het verbeteren van het handelen. Downloads en links
Academisch geschoolde leerkrachten kunnen in het primair onderwijs op allerlei manieren bijdragen. Scholen maken echter nog onvoldoende gebruik van hun kennis en kunde. Dit project richt zich op de ontwikkeling van een gemeenschap van studenten en opleiders met de focus op het vergroten van de onderzoekende cultuur binnen de opleidingsscholen en -instituten.
Academisch geschoolde leerkrachten kunnen in het primair onderwijs op allerlei manieren bijdragen. Scholen maken echter nog onvoldoende gebruik van hun kennis en kunde. Dit project richt zich op de ontwikkeling van een gemeenschap van studenten en opleiders met de focus op het vergroten van de onderzoekende cultuur binnen de opleidingsscholen en -instituten.Doel Dit project wil bijdragen aan: Het vergroten van de onderzoekende cultuur binnen scholen en opleidingsinstituten Het versterken van de positie van de academische leerkracht binnen de Opleidingsschool Utrecht-Amersfoort De vier werelden (hogeschool, studenten, universiteit en werkveld) dichter bij elkaar te brengen. Resultaten Dit onderzoek werkt toe naar de volgende beoogde opbrengsten (ondersteund vanuit het PRIME framework; zie Greven & Andriessen, 2019): Ten behoeve van kennisontwikkeling ontwikkelen we een beknopte en toegankelijke onderzoeksrapportage. Ten behoeve productontwikkeling ontwikkelen we tools/activiteiten om community vorming bij studenten en opleiders van de academische lerarenopleiding te stimuleren. Ten behoeve van persoonsontwikkeling willen we een bijdrage leveren aan gemeenschapsvorming van studenten en opleiders binnen de academische lerarenopleiding. Ten behoeve van systeemontwikkeling ontwikkelen we een bijdrage aan de positie van de academische leerkracht binnen Opleidingsschool Utrecht-Amersfoort. Looptijd 01 maart 2022 - 01 maart 2023 Aanpak We maken gebruik van een participatieve actieonderzoeksgerichte methode: we betrekken studenten en opleiders van de academische lerarenopleiding actief in het onderzoeksproces. Verder zijn de onderzoeksactiviteiten niet alleen gericht op het vergaren van kennis, maar ook op het verbeteren van het handelen. Downloads en links