Dienst van SURF
© 2025 SURF
Geen samenvatting beschikbaar
Refugees and internally displaced people who flee their homes due to environmental threats and far-going degradation which destroys their living conditions are not well-protected under international law. Refugee law focusses on political refugees. Establishing principals similar to the Responsibility to Protect (R2P) regime, (which is limited to genocide, war crimes, crimes against humanity and ethnic cleansing), could offer a solution for the lack of protection of environmental refugees. The obligation to establish this system could be based on the same obligation that forms the basis of the establishment of the R2P regime itself: the international obligation to prevent large scale suffering. This obligation corresponds with changed notions regarding state sovereignty and with the moral and legal obligations emanating from various human rights treaties. In first instance, according to R2P, the primary responsibility to take protective measures lies with the state itself. Secondly, the international community has a responsibility to assist. Lastly, the international community has a responsibility to respond duly and in a decisive manner when a state is unable or unwilling to provide protection for its citizens. The international community is equipped with a broad range of instruments under R2P that can be employed to protect environmental refugees. These instruments allow for custom-made solutions, which are absent in most traditional legal instruments
Naar aanleiding van wateroverlast in de Oosterpoortbuurt in de gemeente Groningen, 12 juli 2010, is een onderzoek opgesteld in samenwerking met de gemeente Groningen. In dit onderzoek staat de vraag, hoe om te gaan met extreme neerslag in stedelijk gebied, centraal. Uit de klimaat scenario’s, die door het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) zijn opgesteld, blijkt dat de buien intensiever worden. Om hier in de toekomst beter mee om te gaan, is er onderzoek gedaan naar het aanpakken van extreme neerslag in bestaand stedelijk gebied. Dit is gedaan aan de hand van de overlastsituatie rond de Meeuwerderweg, een straat in de Oosterpoortbuurt. Dit onderzoek is opgedeeld in een gebiedsgericht en een algemeen deel. In dit onderzoek is het gebied de Oosterpoortbuurt in de gemeente Groningen. Een buurt die eind 19e eeuw ontstaan is aan de zuidkant van de stad. Tegenwoordig wonen er ongeveer 5000 mensen. Het is een levendige wijk waar veel jonge mensen wonen en waar het cultureel centrum de Oosterpoort staat. Verderkenmerkt het gebied zich door relatief grote hoogteverschillen, een hoge grondwaterstand en veel verhard oppervlak. Dit veroorzaakte grote wateroverlast in de lager gelegen delen toen op 12 juli 44 millimeter water in één kwartier viel. In dit onderzoek is er onderzocht wie er aansprakelijk is voor wateroverlast in bestaand stedelijk gebied en wat er aan te doen is.De aansprakelijkheid bij schade door wateroverlast is vastgelegd in de Waterwet. Gemeenten hebben sinds 2008 een zorgplicht voor hemelwater. Dit houdt in dat gemeenten risicogebieden in kaart moeten brengen en daar een aanpak op maat voor moeten opstellen. Uit een uitgevoerde enquête blijkt dat veel buurtbewoner materiële schade hebben door wateroverlast. Slecht een klein deel declareert dit bij hun verzekeraar en dit wordt in de meeste gevallen gehonoreerd. De kans datde gemeente Groningen aansprakelijk wordt gesteld is klein, maar een aanpak is wel gewenst.In dit rapport is een aanpak opgesteld om wateroverlast in bestaand stedelijk gebied aan te pakken.
Aanleiding: Automatisering kan leiden tot beter gebruik van materialen en afval reduceren. Dit brengt verbeteringen met zich mee voor 'people, planet and profit' (PPP) - mensen, het milieu en de winst. Een specifieke vorm van automatisering, de ontwikkeling van zelfrijdende auto's en vrachtauto's, gaat snel. Maar om zelfrijdende voertuigen beschikbaar te maken is er nog veel onderzoek en ontwikkeling nodig op verschillende gebieden. Er zijn nog veel vragen te beantwoorden op het gebied van onder andere truckontwerp, betrouwbare software, aansprakelijkheid, trajectplanning en logistiek. Doelstelling Het doel van het Intralog-project is om voor de maatschappij en de private sector een significante bijdrage te leveren aan de mogelijkheden van zelfrijdende voertuigen in de commerciële transportsector. Het Intralog-project onderzoekt de toegevoegde waarde voor PPP van 'automated guided trucks' (AGT's) aan logistieke operaties bij distributiecentra en interterminal/intermodal traffic hubs. Dit gebeurt in twee stappen: 1) het identificeren van het potentieel met betrekking tot de vraag vanuit de logistieke omgeving; 2. het ontwerpen, realiseren, testen en valideren van mogelijke strategieën voor het implementeren van AGT's in een logistiek scenario. Beoogde resultaten Het concrete resultaat van het project bestaat uit onderzoekstools en hardware- en softwaremodellen voor Intralog. Deze bieden een goede mogelijkheid om de opgedane kennis te verspreiden. De projectdeelnemers zullen bijdragen aan workshops, tentoonstellingen en in Nederland georganiseerde symposia. De onderzoeksresultaten verspreiden ze op conferenties en door middel van publicaties in technische vakbladen. De uiteindelijke Intralog-resultaten worden gepresenteerd op een afsluitend congres. De resultaten zullen worden samengevat in een boekje.