Dienst van SURF
© 2025 SURF
Dit rapport heeft tot doel om inzicht te verschaffen in initiatieven die ondernemers reeds hebben ondernomen op het gebied van verhoging van bewustwording en draagvlak voor vogels en vogelbescherming onder hun gasten of buren en/of welke ideeën zij hierbij hebben. Daarom is een steekproef uitgevoerd onder ondernemingen uit verschillende sectoren in het Nederlandse Waddengebied en is gevraagd welke specifieke invulling zij geven aan vogels en/of vogelbescherming in hun bedrijfsvoering, op welke manier(en) zij (indirect) bewustwording creëren van, en draagvlak voor, vogels en/of vogelbescherming in het Waddengebied onder hun gasten, bezoekers, buren en/of klanten, waar ze tegenaan lopen op dat gebied en welke adviezen zijn hebben voor natuurorganisaties en collega ondernemers. Deze vragen moeten ons inzicht geven in wat ondernemers doen op gebied van vogelbeleving en vogelbescherming en hoe zij bijdragen aan meer bewustwording van vogels en draagvlak voor vogelbescherming onder zowel bewoners als bezoekers in het Waddengebied.
In het project Wij & Wadvogels worden enerzijds diverse inspanningen geleverd om noodzakelijke kwaliteitsverbetering in het Waddengebied voor broedende, rustende en foeragerende vogels te bewerkstelligen. Dat zijn bijvoorbeeld ingrepen in het landschap die gedaan worden, zoals het aanleggen van vogeleilandjes of verkweldering. Anderzijds wordt er in het project gericht op de uitbreiding en verbetering van mogelijkheden voor natuur- en vogelrecreatie, zodat bewoners en bezoekers het Waddengebied en haar soortenrijkdom optimaal kunnen beleven. Vogelbescherming Nederland, Waddenvereniging, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Landschap Noord-Holland, It Fryske Gea, Het Groninger Landschap, Rijkswaterstaat, provincies Noord-Holland, Fryslân en Groningen participeren in het project. In latere fasen sluiten mogelijk andere partners daarbij aan, zoals gemeenten, particuliere grondeigenaren, Agrarische Natuurverenigingen en waterschappen. Het European Tourism Futures Institute (ETFI) draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de monitoring onder bezoekers, bewoners en ondernemers in het Waddengebied.
Met 59 mensen uit het werkveld van het (agrarisch) natuurbeheer en diverse onderzoekers was de bijeenkomst Wintervoedsel voor akkervogels (dd.13 januari 2022) geslaagd. Jules Bos (Vogelbescherming Nederland) heeft verteld over de ervaringen en resultaten van het beheer van wintervoedselakkers in Noord-Limburg. Hierna heeft Bauke Koole laten zien hoe je met behulp van doelsoortenmonitoring het akkervogelbeheer kan evalueren en verbeteren. De bijeenkomst was georganiseerd door Hogeschool Van Hall Larenstein en BoerenNatuur (vanuit het LIFE IP All4Biodiversity project).
MULTIFILE
In Nederland wordt op grote schaal gebruik gemaakt van bestrijdingsmiddelen. Tegelijkertijd is er zowel onduidelijkheid als zorg over de verspreiding van deze stoffen in onze leefomgeving en de gevolgen voor de volksgezondheid. De maatschappelijke druk om ten aanzien van bestrijdingsmiddelen het voorzorgsbeginsel toe te passen groeit. Om effecten te kunnen bestuderen is het noodzakelijk om te weten in hoeverre bestrijdingsmiddelen in onze directe leefomgeving voorkomen. De koolmees kan ons hierbij helpen. Deze vogel komt vrijwel overal voor in natuur, platteland en stad. Gedurende het broedseizoen verzamelt een koolmees in zijn directe omgeving, die ook vaak onze directe leefomgeving is, nestmateriaal en duizenden rupsen. Hierbij komen lokaal aanwezige bestrijdingsmiddelen in de koolmezen, hun eieren en jongen terecht. Dit maakt de koolmees een uitermate geschikte soort om de verspreiding van bestrijdingsmiddelen in heel Nederland in kaart te brengen. In ‘Meet de Mees - de koolmees als biomonitoring tool voor de verspreiding van bestrijdingsmiddelen (MdM)’ verzamelen we met behulp van een citizen science approach niet-uitgekomen eieren en dode jonge koolmezen die na afloop van het broedseizoen achterblijven. De hierin aanwezige bestrijdingsmiddelen worden geanalyseerd met een speciaal hiervoor ontwikkelde methode gebaseerd op vloeistofchromatografie gekoppeld aan massaspectrometrie (LC-MS). We zullen onze data vergelijken met de Bestrijdingsmiddelenatlas om te beoordelen of koolmeesgegevens kunnen bijdragen aan een beter inzicht in de bestrijdingsmiddelenverspreiding. Overheden, zoals de gemeente Leiden, kunnen de projectresultaten inzetten om beleid te ontwikkelen gericht op het verminderen van bestrijdingsmiddelgebruik, het bevorderen van biodiversiteit en het ondersteunen van een gezondere leefomgeving. Vogelbescherming Nederland zal dit op landelijk niveau coördineren via haar uitgebreide netwerk en publieke betrokkenheid. Om duurzaam gebruik van de onderzoeksresultaten te garanderen zal het MdM-consortium een biobank voor eieren en nestjongen van koolmezen aanleggen ten behoeve van toekomstig onderzoek naar de aanwezigheid, transmissieroutes en effecten van bestrijdingsmiddelen in relatie met biodiversiteit en volksgezondheid.
Vogels verspreiden zaden, bestuiven planten en ruimen de natuur op; ze zijn onmisbaar voor een gezond ecosysteem. Van groot maatschappelijk belang is het beschermen van bedreigde dieren; biodiversiteit zorgt voor een gezond klimaat in Nederland. Voor de bescherming van vogels worden nesten gedetecteerd en geregistreerd. Boeren worden vervolgens geïnformeerd over de aanwezigheid van nesten op hun land zodat ze de nesten niet vernietigen tijdens hun agrarische werkzaamheden. Boeren worden in Nederland gecompenseerd voor de bescherming van nesten waardoor economische belangen samenkomen met het behoud van de natuur. In dit project wordt met behulp van technologische innovatie de samenwerking tussen boeren en natuur- en vogelbescherming verstevigd: drones worden gecombineerd met artificiële intelligentie om in samenwerking met vrijwilligers de monitoring van nesten uit te voeren. Dit helpt de Bond Friese VogelWachten (BFVW) om met het huidige aantal vogelwachters meer nesten te kunnen opsporen, de natuur doordat meer detectie leidt tot hogere broedsucces van vogels, en de boer kan met de drone meer financiële compensatie bemachtigen. Het consortium bestaat uit BFVW, NHL Stenden Lectoraat Computer Vision & Data Science en het drone bedrijf Aeroscan, die gezamenlijk de technische haarbaarheid willen onderzoeken om de business-case te ondersteunen. Met deze technologie kan de BFVW efficiënter en vooral effectiever nesten in kaart brengen. In de toekomst worden de resultaten van dit project breder ingezet door dit consortium. Binnen natuurbehoud en biodiversiteit zijn er veel andere uitdagingen waarvoor de, in dit project ontwikkelde, kennis ingezet kan worden.