This research paper presents a Screening Room tool, inspired from the Film and TV industry, that is then applied to the game industry. The work involved the creation and development of several in-game prototypes of a Screening Room tool within the game engine Unity 5. The iterative development involved usability testing and benchmarking against an example of current game development quality assurance processes that use BugZilla. The prototype resulting from the third iteration was then tested within a commercial games company CodeGlue and it was found that an overall time saving of approximately 500% was made whilst usability being arguably better for bug finding staff whilst similar to more complex for the bug fixing staff.
A substantial amount of studies have addressed the influence of sound on human performance. In many of these, however, the large acoustic differences between experimental conditions prevent a direct translation of the results to realistic effects of room acoustic interventions. This review identifies those studies which can be, in principle, translated to (changes in) room acoustic parameters and adds to the knowledge about the influence of the indoor sound environment on people. The review procedure is based on the effect room acoustics can have on the relevant quantifiers of the sound environment in a room or space. 272 papers containing empirical findings on the influence of sound or noise on some measure of human performance were found. Of these, only 12 papers complied with this review's criteria. A conceptual framework is suggested based on the analysis of results, positioning the role of room acoustics in the influence of sound on task performance. Furthermore, valuable insights are pre- sented that can be used in future studies on this topic. Whi le the influence of the sound environment on performance is clearly an issue in many situations, evidence regarding the effectiveness of strategies to control the sound environment by room acoustic design is lacking and should be a focus area in future studies.
Dit project richt zich op de ontwikkeling van de biotechnologische en chemische procesvoering om op basis van mycelium een alternatief voor leer te produceren. In vergelijking met leer is het voordeel van mycelium dat geen runderen nodig zijn, de productie kan plaatsvinden onder industriële condities en met gebruik van reststromen, de CO2 uitstoot alsook hoeveelheid afval verlaagd wordt, en het gebruik van toxische stoffen zoals chroom wordt vervangen door biobased alternatieven. In het project zullen de procescondities worden bepaald die leiden tot de vorming van optimaal mycelium. Daartoe zullen twee verschillende schimmels worden gekweekt in bioreactoren bij de Hogeschool Arnhem Nijmegen (HAN), waarbij specifiek de effecten van de procescondities (temperatuur, pH, shear, beluchting) en de samenstelling van het kweekmedium op groei van het mycelium en materiaal eigenschappen zullen worden onderzocht. De meest optimale condities zullen vervolgens worden opgeschaald. Op het op deze wijze verkregen materiaal zal Mylium BV een aantal nabehandelingsstappen uitvoeren om de sterkte, elasticiteit, en duurzaamheid van het product te vergroten. Daartoe worden biobased plasticizers, cross-linkers en/of flexibility agents gebruikt. Het resulterende eindproduct zal middels specifiek fysieke testen vergeleken worden met leer alsook worden voorgelegd aan mogelijke klanten. Indien beide resultaten positief zijn kan het betreffende proces na het project verder worden opgeschaald voor toepassing naar de markt.
Zorg op maat voor patiënten met het post-intensive care syndroom: Dankzij verbeteringen in de zorg overleven steeds meer Intensive Care (IC) patiënten een levensbedreigende ziekte. De keerzijde is dat steeds meer patiënten met langdurige lichamelijke en mentale klachten als gevolg van het Post-Intensive Care Syndroom (PICS) uit het ziekenhuis worden ontslagen. Positieve gezondheid: een nieuw concept met focus op de kracht en eigen regie van mensen: In 2012 introduceerde arts onderzoeker Huber een nieuwe definitie van gezondheid, namelijk “Gezondheid als het vermogen van mensen zich aan te passen en een eigen regie te voeren in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven”. Het concept Positieve gezondheid bevordert persoonsgerichte zorg en sluit goed aan bij wat voor de patiënt belangrijk is. Patiënten na een IC opname willen thuis een eigen regie kunnen voeren: De meeste patiënten met PICS ontvangen na ontslag uit het ziekenhuis fysiotherapie bij een 1e lijns fysiotherapeut. Deze ontvangen niet alle noodzakelijke informatie van het ziekenhuis over het ziekteverloop van de patiënt en zijn onvoldoende bekend met de gevolgen van PICS. Feitelijk heeft het zorgveld te maken met een nieuw ziektebeeld waarvoor nog geen revalidatiebehandeling bestaat. De diversiteit aan klachten worden niet op een juiste manier geïnterpreteerd en/of in een logische volgorde geadresseerd in een behandelplan. Bij PICS komen de dimensies van het concept van Huber naar voren en zal de zorgverlener – primair de fysiotherapeut - in overleg met de patiënt de terreinen moeten identificeren waarop ondersteuning noodzakelijk is. Het doel van dit RAAK project is om in een Community of Practice van professionals, studenten en patiënten een transmuraal fysiotherapieprogramma te ontwikkelen om patiënten die met PICS naar huis worden ontslagen optimaal te ondersteunen. Aan het einde van het project is een fysiotherapieprogramma ontwikkeld voor PICS en geïmplementeerd volgens het concept ‘Positieve gezondheid’. Daarnaast is kennis over de behandeling van patiënten met PICS gedissemineerd binnen de 1e lijns fysiotherapie en het (post)HBO onderwijs.
Examining in-class activities to facilitate academic achievement in higher educationThere is an increasing interest in how to create an effective and comfortable indoor environment for lecturers and students in higher education. To achieve evidence-based improvements in the indoor environmental quality (IEQ) of higher education learning environments, this research aimed to gain new knowledge for creating optimal indoor environmental conditions that best facilitate in-class activities, i.e. teaching and learning, and foster academic achievement. The academic performance of lecturers and students is subdivided into short-term academic performance, for example, during a lecture and long-term academic performance, during an academic course or year, for example. First, a systematic literature review was conducted to reveal the effect of indoor environmental quality in classrooms in higher education on the quality of teaching, the quality of learning, and students’ academic achievement. With the information gathered on the applied methods during the literature review, a systematic approach was developed and validated to capture the effect of the IEQ on the main outcomes. This approach enables research that aims to examine the effect of all four IEQ parameters, indoor air quality, thermal conditions, lighting conditions, and acoustic conditions on students’ perceptions, responses, and short-term academic performance in the context of higher education classrooms. Next, a field experiment was conducted, applying the validated systematic approach, to explore the effect of multiple indoor environmental parameters on students and their short-term academic performance in higher education. Finally, a qualitative case study gathered lecturers’ and students’ perceptions related to the IEQ. Furthermore, how these users interact with the environment to maintain an acceptable IEQ was studied.During the systematic literature review, multiple scientific databases were searched to identify relevant scientific evidence. After the screening process, 21 publications were included. The collected evidence showed that IEQ can contribute positively to students’ academic achievement. However, it can also affect the performance of students negatively, even if the IEQ meets current standards for classrooms’ IEQ conditions. Not one optimal IEQ was identified after studying the evidence. Indoor environmental conditions in which students perform at their best differ and are task depended, indicating that classrooms should facilitate multiple indoor environmental conditions. Furthermore, the evidence provides practical information for improving the design of experimental studies, helps researchers in identifying relevant parameters, and lists methods to examine the influence of the IEQ on users.The measurement methods deduced from the included studies of the literature review, were used for the development of a systematic approach measuring classroom IEQ and students’ perceived IEQ, internal responses, and short-term academic performance. This approach allowed studying the effect of multiple IEQ parameters simultaneously and was tested in a pilot study during a regular academic course. The perceptions, internal responses, and short-term academic performance of participating students were measured. The results show associations between natural variations of the IEQ and students’ perceptions. These perceptions were associated with their physiological and cognitive responses. Furthermore, students’ perceived cognitive responses were associated with their short-term academic performance. These observed associations confirm the construct validity of the composed systematic approach. This systematic approach was then applied in a field experiment, to explore the effect of multiple indoor environmental parameters on students and their short-term academic performance in higher education. A field study, with a between-groups experimental design, was conducted during a regular academic course in 2020-2021 to analyze the effect of different acoustic, lighting, and indoor air quality (IAQ) conditions. First, the reverberation time was manipulated to 0.4 s in the intervention condition (control condition 0.6 s). Second, the horizontal illuminance level was raised from 500 to 750 lx in the intervention condition (control condition 500 lx). These conditions correspond with quality class A (intervention condition) and B (control condition), specified in Dutch IEQ guidelines for school buildings (2015). Third, the IAQ, which was ~1100 ppm carbon dioxide (CO2), as a proxy for IAQ, was improved to CO2 concentrations under 800 ppm, meeting quality class A in both conditions. Students’ perceptions were measured during seven campaigns with a questionnaire; their actual cognitive and short-term academic performances were evaluated with validated tests and an academic test, composed by the lecturer, as a subject-matter-expert on the taught topic, covered subjects discussed during the lecture. From 201 students 527 responses were collected and analyzed. A reduced RT in combination with raised HI improved students’ perceptions of the lighting environment, internal responses, and quality of learning. However, this experimental condition negatively influenced students’ ability to solve problems, while students' content-related test scores were not influenced. This shows that although quality class A conditions for RT and HI improved students’ perceptions, it did not influence their short-term academic performance. Furthermore, the benefits of reduced RT in combination with raised HI were not observed in improved IAQ conditions. Whether the sequential order of the experimental conditions is relevant in inducing these effects and/or whether improving two parameters is already beneficial, is unknownFinally, a qualitative case study explored lecturers’ and students’ perceptions of the IEQ of classrooms, which are suitable to give tutorials with a maximum capacity of about 30 students. Furthermore, how lecturers and students interact with this indoor environment to maintain an acceptable IEQ was examined. Eleven lecturers of the Hanze University of Applied Sciences (UAS), located in the northern part of the Netherlands, and twenty-four of its students participated in three focus group discussions. The findings show that lecturers and students experience poor thermal, lighting, acoustic, and IAQ conditions which may influence teaching and learning performance. Furthermore, maintaining acceptable thermal and IAQ conditions was difficult for lecturers as opening windows or doors caused noise disturbances. In uncomfortable conditions, lecturers may decide to pause earlier or shorten a lecture. When students experienced discomfort, it may affect their ability to concentrate, their emotional status, and their quality of learning. Acceptable air and thermal conditions in classrooms will mitigate the need to open windows and doors. This allows lecturers to keep doors and windows closed, combining better classroom conditions with neither noise disturbances nor related distractions. Designers and engineers should take these end users’ perceptions into account, often monitored by facility management (FM), during the renovation or construction of university buildings to achieve optimal IEQ conditions in higher education classrooms.The results of these four studies indicate that there is not a one-size fits all indoor environmental quality to facilitate optimal in-class activities. Classrooms’ thermal environment should be effectively controlled with the option of a local (manual) intervention. Classrooms’ lighting conditions should also be adjustable, both in light color and light intensity. This enables lecturers to adjust the indoor environment to facilitate in-class activities optimally. Lecturers must be informed by the building operator, for example, professionals of the Facility Department, how to change classrooms’ IEQ settings. And this may differ per classroom because each building, in which the classroom is located, is operated differently apart from the classroom location in the building, exposure to the environment, and its use. The knowledge that has come available from this study, shows that optimal indoor environmental conditions can positively influence lecturers’ and students’ comfort, health, emotional balance, and performance. These outcomes have the capacity to contribute to an improved school climate and thus academic achievement.
