Dienst van SURF
© 2025 SURF
Artikel in het blad: NVMBR Tijdens zwangerschap wordt terughoudend omgegaan met de verrichting van röntgenonderzoek m.n. vanwege de gevoeligheid van weefsels van het ongeboren kind voor ioniserende straling. Door regionale verschillen in praktijkvoering en technische en kennisontwikkelingen op radiologisch gebied ervaren MBB’ers onvoldoende houvast voor het uitvoeren van radiologisch onderzoek bij zwangeren met bijbehorende risicocommunicatie. Dit artikel rapporteert een mixed-methods onderzoek als bijdrage aan de ontwikkeling van een praktische leidraad door MBB’ers in de dagelijkse praktijk, waarin de ervaringen, perspectieven en wensen van vrouwen als het gaat om de risicocommunicatie over mogelijke effecten van röntgenstraling op het ongeboren kind zijn onderzocht.
Een fles rode wijn per dag drinken is ongezond, maar een glas per dag reduceert mogelijk de kans op hartkwalen. Dit is een voorbeeld van ‘hormese’: het verschijnsel dat een agens dat in grote hoeveelheden schadelijk is, bij lage doses juist gezond is. Iets vergelijkbaars geldt voor zonlicht: lage doses worden geassocieerd met positieve gezondseffecten, hoge doses met verbranden en een hogere kans op huidkanker. Er zijn onderzoekers die zich op het omstreden standpunt stellen dat ook ioniserende straling hormetische eigenschappen heeft. In dit artikel gaan we nader in op de verschillende standpunten omtrent lage-dosiseffecten, de argumenten voor en tegen hormese en de consequenties van recente inzichten.
Lectorale rede bij de aanvaarding van het ambt van lector Medische Technologie Medische Technologie is een zeer breed begrip dat reikt van infuuspompen tot operatierobots tot lineaire versnellers, et cetera. In het vorige hoofdstuk is al uit de doeken gedaan waar het lectoraat Medische Technologie zich specifiek op richt: medische beeldvorming, radiotherapie en ICT in de zorg. Dat is bij elkaar een zeer breed vakgebied waarvan het lectoraat niet alle facetten kan bestrijken. Daarom richt het lectoraat zich op ontwikkelingen op die terreinen die belangrijke veranderingen in het werkproces teweeg kunnen brengen. Dat zijn de onderwerpen die van belang zijn voor de toekomstige Zorgprofessional 2.0. Hieronder worden de verschillende vakgebieden nader geïntroduceerd en er worden een aantal voor de Zorgprofessional 2.0 belangrijke historische trends beschreven. Samenvattend kan gesteld worden dat het lectoraat Medische Technologie zich heeft ontwikkeld van een specialistisch op radiotherapie gericht lectoraat, naar een breder op medische beeldvorming, radiotherapie, ICT in de zorg en eHealth georiënteerd lectoraat dat op diverse, met name gezondheidszorggerelateerde, terreinen een bijdrage levert aan de opleidingen van Hogeschool Inholland. De bijdrage van het lectoraat Medische Technologie heeft daarbij als doel afstudeerders van diverse studierichtingen op te leiden tot wat in deze rede wordt aangeduid met Zorgprofessional 2.0. Hiermee wordt in deze rede een beroepsbeoefenaar bedoeld die openstaat voor (ICT/technische) innovatie, die zorgconsumenten daarover kan adviseren en die innovatie in de beroepspraktijk weet te implementeren. Praktijkgericht onderzoek speelt daarbij een centrale rol: het draagt bij aan de onderzoekende blik van de Zorgprofessional 2.0, aan het up-to-date houden van de kennis van docenten en studenten en aan de verbinding met het werkveld.
Dit project betreft de doorontwikkeling van eerdere projecten op het gebied van ontwerpen van producten met functionele oppervlakken. Het MKB heeft de sterke wens dat het reeds goed volwassen geworden Fablab Enschede uitgebreid wordt met een Expertisecentrum Functionele Oppervlakken voor kunststoffen. Dit expertisecentrum is een middel om toegepaste kennis te dissemineren onder zowel studenten als in het MKB. De reeds bestaande kennis zal in dit project worden uitgebreid met vier hoofdthema?s: " Kleinserie Statisch functionele oppervlakken " Grootserie Statisch functionele oppervlakken " Kleinserie Actief functionele oppervlakken " Grootserie Actief functionele oppervlakken Binnen ieder van deze hoofdthema?s wordt tenminste één toepassingscase onderzocht. Bestaande kennis op het gebied van Passief functionele oppervlakken, productietechnieken en basiskennis van bovenstaande thema?s zijn reeds in ruime mate voorhanden in o.a. het Fablab Enschede. Met beoogde ontwikkelingen wordt het mogelijk om producten met meer functionaliteit en meer intelligentie te ontwikkelen. Technologisch gezien passen de ontwikkelingen goed in de ambities van Saxion, HTSM ontwikkelingen en het mkb. Het resultaat van het project zal de oprichting zijn van een Expertisecentrum Functionele Oppervlakken, dat een uitbreiding wordt op het bestaande Fablab Enschede.
Aanleiding van project FUNCY is dat producten steeds kleiner worden en tegelijkertijd meer functies en elektronica bevatten. Voorbeelden van functies zijn zelfreinigend, esthetisch, elektrisch geleidend, antibacterieel en röntgenstraling-absorberend. Ook worden product vaak gepersonaliseerd naar wens van de gebruiker. Zo kan een product desgewenst van verschillende functies worden voorzien. Om de functies een plek te geven is in FUNCY toegepast onderzoek gedaan naar het ontwerpen en aanbrengen van functionele oppervlaktes. Door eigenschappen enkel aan te brengen daar waar ze nodig zijn, worden materiaal, volume en vaak kosten bespaard. Denk aan het direct aanbrengen van elektronische componenten op een behuizing, ter vervanging van een printplaat (PCB). Er is onderzocht welke technieken (binnenkort) beschikbaar zijn, en getest op applicatiemogelijkheden en eigenschappen. Er zijn verschillende bedrijfscases gedaan, waaronder een intelligente bouwhelm, een zelfreinigende security casing en gepersonaliseerde röntgenstraling-absorberende gezichtsbescherming. De kennis die is opgedaan in dit project is beschikbaar gekomen via www.funcy.nl en in het in dit project gerealiseerde OppervlakteLab. In dit OppervlakteLab kan men zelf aan de slag met de beschikbare onderzochte technieken om een eigen product van functionele oppervlakte te voorzien. De faciliteiten zijn onder andere een coronapen voor een verbeterde hechting op kunststof, een vapor smoother om 3D prints van ABS glad en glanzend af te werken, coatings om waterafstotende oppervlaktes te maken, elektrisch geleidende- folie en 3D print filamenten, een galvaniseer-set en een zeefdruk om geleidende inkt aan te brengen.
Katheterablatie is een medische ingreep om een abnormale elektrische verbinding te onderbreken of om een structuur in het hart zodanig te wijzigen dat geen ritmestoornissen meer optreden. Hartritmestoornissen kunnen leiden tot hartfalen of hartstilstand. Katheterablatie is een zeer effectieve methode om hartritmestoornissen te verhelpen die in Nederland gemiddeld 30 keer per dag uitgevoerd. Katheterablatie wordt uitgevoerd met röntgendoorlichting om de positie van de katheter te controleren. De röntgenstraling is schadelijk voor zowel de patiënt als de operateur. Het Haga ziekenhuis in Den Haag heeft een nieuwe unieke faciliteit waar ablaties uitgevoerd kunnen worden in een MRI scanner. Met dit project willen we onderzoeken hoe de positie en vorm van het uiteinde van de katheter ook tijdens een ablatie in de MRI real-time bepaald kan worden, zodat de operateur de operatie efficiënt kan laten verlopen. Optische sensoren lenen zich hier heel goed voor omdat ze niet verstoord worden door het sterke magneetveld van de MRI. Er bestaan systemen die met behulp van glasvezels de vorm en positie van katheters kunnen weergeven, maar deze zijn zeer kostbaar en niet toegespitst op het gebruik bij disposable ablatie-katheters in een MRI. In dit project onderzoeken wij de potentie van een voor deze toepassing specifieke glasvezel-gebaseerde oplossing, waarmee alleen de vorm van het uiteinde van de katheter wordt gemeten en gevisualiseerd, en die bruikbaar is in combinatie met een MRI. Het beoogde resultaat is een prototype van een systeem dat tegen lagere kosten met optische sensoren de vorm en positie van de katheter in een MRI kan weergeven. De projectpartners dragen met hun expertise bij aan de realisatie van dit prototype: fotonica in medische toepassingen (Haagse Hogeschool), sensoren gebaseerd op FBGs (VanderHoekPhotonics), en de medische praktijk en testfaciliteiten (Haga Ziekenhuis ablatiecentrum).