Dienst van SURF
© 2025 SURF
We focus in the current study on associations between personality, multicultural attitudes, and perceived ethnic outgroup distance in the Netherlands. Data were collected among four different ethnic groups (from low to high in terms of ethnic hierarchy): Turkish/Moroccan-Dutch, Antillean/Surinamese-Dutch, Mixed Western immigrants, and Dutch majority group members. We found support for a mediation model in which in all groups multicultural attitudes mediate the relation between personality traits, education level, and age as antecedents, and outgroup distance as outcome; age was the only antecedent that also had a direct effect on outcome. Education was positively related to multiculturalism in the groups high in the hierarchy and unrelated in the groups low in the hierarchy. The association between multicultural attitudes and outgroup distance was negative and stronger for the groups higher in the ethnic hierarchy; hierarchy was unrelated to outgroup distance. Groups higher in the hierarchy scored lower on multicultural attitudes. It was concluded that multicultural attitudes and outgroup distance are important for understanding intergroup dynamics in ethnically diverse societies.
LINK
Public transgressions by group members threaten the public image of a group when outside observers perceive them as representative of the group in general. In three studies, we tested the effectiveness of rejection of a deviant group member who made a racist comment in public, and compared this to several other strategies the group could employ to protect their image. In Study 1 (N¼75) and Study 2 (N¼51), the group was judged less racist after rejecting the deviant than after claiming a non-racist position or not responding to the transgression. Perceived typicality of the deviant partially mediated this effect in Study 2. In Study 3 (N¼81), the group was judged least racist after forcing the deviant to apologize and as most racist after denying the severity of the transgression. Results also showed a negative side-effect of rejection. Perceived exclusion of the deviant contributed to a perception of the group as disloyal to its members, which resulted in a less favorable overall group evaluation. Potential benefits and risks of rejection, denial, and apologies are further discussed in the General Discussion.
Het doel van dit proefschrift betrof het verkennen van attituden en afwegingen rond taakherschikking tussen tandartsen en mondhygiënisten. Daarnaast werd nagegaan welke sociale kenmerken studenten toeschrijven aan elkaar, zichzelf en beide beroepsgroepen. Vervolgens werd het effect van een psychologische interventie in een onderwijssetting onderzocht op interprofessionele communicatie en percepties ten aanzien van interprofessionele taakverdeling. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende attituden ten opzichte van taakherschikking, vooral wat betreft de vrijgevestigde praktijk van mondhygiënisten. Dit laatste wordt het minst gewenst door tandartsen. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende afwegingen wanneer men een voor- of tegenstander is van dit beleid. De interprofessionele relatie tussen tandartsen en mondhygiënisten komt tot uiting in de attributie van specifieke sociale kenmerken. Tandheelkunde en mondzorgkunde studenten zijn beide de mening toegedaan dat tandartsen meer dominant zijn dan mondhygiënisten. Het faciliteren van interprofessionele groepsvorming kan zowel interprofessionele hiërarchie als tandarts-gecentreerde taakverdeling reduceren. Tijdens het eerste onderzoek (Hoofdstuk 2) werden verschillen tussen tandartsen en mondhygiënisten ontdekt ten aanzien van de taakuitbreiding van de mondhygiënist. De helft van alle tandartsen en de meeste mondhygiënisten hebben hierover een positieve attitude. Een interprofessionele kloof werd gevonden ten aanzien van de zelfstandige praktijkvoering van mondhygiënisten. Een minderheid van alle tandartsen heeft hierover een positieve attitude vergeleken met een meerderheid van alle mondhygiënisten. Dit suggereert dat de acceptatie van een zelfstandige mondhygiënist een groot obstakel is wanneer men taakherschikking wil implementeren. Tandartsen willen controle over de mondhygiënist behouden, daarom is het waarschijnlijk dat taakdelegatie boven taaksubstitutie wordt verkozen. Dit laatste betreft taakherschikking met professionele autonomie.