Dienst van SURF
© 2025 SURF
Emotional reactions to marketing stimuli are essential to tourist destination marketing, yet difficult to validly measure. A neuromarketing experiment was peformed to establish whether brain event-related potentials (ERPs), elicited by destination photos, can be used to evaluate the effectiveness of tourist destination marketing content in movies. Two groups of participants viewed pictures from the cities of Bruges and Kyoto. Prior to viewing the pictures, one group saw an excerpt from the movie In Bruges, which positively depicts Bruges’ main tourist attractions. The other group saw a movie excerpt that did not feature Bruges (the Rum Diary). An early emotional response was osberved to the subsequently presented Bruges pictures for the In Bruges group only; no reliable between-group differences were found in ERPs to pictures from Kyoto. In conclusion, EEG-based neuromarketing is a valuable tool for evaluating the effectiveness of destination marketing, and popular movies can positively influence affective destination image.
LINK
In de transitie naar duurzame voedselsystemen is de consumptie van duurzaam geproduceerd vlees een eerste stap. Vlees eten is diepgeworteld in onze eetcultuur. Het veranderen van eetpatronen naar minder vlees (flexitariërs), geheel geen vlees (vegetariërs, veganisten) of de overstap naar vleesvervangers/kweekvlees, vraagt tijd. Om op kortere termijn een verschil te maken, zal het stimuleren van de keuze van consumenten voor duurzaam geproduceerd vlees in belangrijke mate bijdragen aan de gewenste verandering richting ‘minder en beter’. In aanvulling op hedendaagse vervangingsstrategieën van retailorganisaties, beoogt dit project consumentenpull naar duurzame vleesproducten te realiseren. Dit vraagt om specifieke tactieken, wetende dat consumenten een intention-behaviour gap vertonen met betrekking tot duurzaamheid: de wil is er, maar vertaalt zich onvoldoende in koopgedrag. Dit komt doordat een sociaal dilemma optreedt: een ego-belang in strijd met een maatschappelijk belang. Om dit te overkomen, is een combinatie van intentiebeïnvloeding, bewijsvoering en gedragsbeïnvloeding nodig. Kennis hiervan is echter gefragmenteerd, onvoldoende doorgedrongen in de praktijk en niet specifiek genoeg om consumentengroepen met een latente vraag voldoende aan te spreken. DIERZAAM zal integrale (marketing)principes ontwikkelen voor duurzame gedragsverandering, om het marktaandeel van duurzame vleesproducten te vergroten en daarmee bij te dragen aan de transitie van het voedselsysteem. Met een Design Thinking aanpak ontwikkelen we een breed en diep beeld van consumentenmotivaties en -gedrag. Vanuit dit beeld worden iteratief interventies ontwikkeld: van idee naar prototype naar test bij die consumentensegmenten waar de relevantie, en daarmee mogelijke impact, het grootst is. De centrale onderzoeksvraag luidt: “Hoe kunnen positionerings-, waarborgings- en gedragsbeïnvloedende strategieën het koopgedrag van duurzaam vlees van specifieke consumentengroepen zodanig stimuleren dat een groter marktaandeel van duurzaam vlees wordt bereikt?” Het consortium achter dit voorstel bestaat uit diverse MKB-organisaties, zoals producenten van duurzame vleesproducten, marketing- en communicatiespecialisten, ketenpartners, brancheverenigingen en kennispartners op gebied van consumentenpsychologie, gedragsverandering en agrifood & business.
We propose to do an experimental study in which we will use 360 video and still photo simulations that portray varying levels of crowding. Simulations will be presented to 25 student participants and 25 older adult participants (65+; a lucrative tourist segment) in an experimental setting while signals of their emotional responses are recorded from their brain (EEG) and body (skin conductivity and heart rate) at our Experience Measurement Lab. A questionnaire will measure their intent to recommend and their willingness to pay for the ‘experiences’ (simulations) they have viewed. Analyses will determine optimal levels of crowding for the quality of the tourist experience, but also for income at the destination, accounting for the fact that a more crowded destination features more potential sources of income (visitors), but each a (possibly) different level of willingness to pay, including potential implications for local tourist taxes. Models will also account for possibly different processes in the two different age groups. Furthermore, modelling word-of-mouth/mouse marketing based on intent to recommend will also make it possible to predict how crowding affects demand long-term. Partner: KU Leuven.