Dienst van SURF
© 2025 SURF
Het industriële MKB ervaart in toenemende mate problemen met het aantrekken, opleiden en inzetbaar houden van medewerkers. De problematiek komt deels voort uit demografische omstandigheden, vergrijzing en ontgroening, en deels uit veranderende marktomstandigheden. De behoefte aan goed opgeleid personeel voor het industriële MKB is in 2004 systematisch in kaart gebracht en gepubliceerd . De behoefte aan HBO-ers is nog diepgaander geïnventariseerd via een onderzoek van enkele branches onder de paraplu van MKB-Nederland. De resultaten van beide onderzoeken worden bevestigd door het recent verschenen rapport van het ROA dat aangeeft dat voor de komende jaren grote tekorten verwacht worden voor de technische en industrieberoepen. Naast de demografische problematiek heeft het industriële MKB te maken met de veranderingen in de markt als gevolg van de mondialisering van de industriële productie, de veranderingen in de relaties tussen toeleveranciers en uitbesteders en het opereren in meerdere productieketens. Meer dan ooit is het noodzakelijk om tot strategische positiebepaling te komen voor elk industrieel MKB bedrijf en op basis van de daaruit voortvloeiende keuzen veranderingen door te voeren op het gebied van productvernieuwingen, aanpassing van productieprocessen en inzetbaarheid en productiviteit van werknemers. Een onderling samenhangende innovatie op deze drie onderdelen lijkt meer dan ooit noodzakelijk. Dat heeft ook gevolgen voor het opleiden van nieuwe vakmensen en voor het up-to-date houden van het vakmanschap van zittend personeel. Verder krijgt het industriële MKB in de komende jaren te maken met vernieuwing van het beroepsonderwijs, waarbij de eindtermen uit de leerplannen verdwijnen en plaats maken voor beschrijvingen van beroepscompetenties.
In dit artikel wordt aan de hand van enkele bekende en minder bekende theoretische marktingcommunicatie modellen uitgebreid ingegaan op de werking van sponsoring van sport.
Hoofdstuk 2 in Hoe de bal blijft rollen. Naar meer vitaliteit van voetbalverenigingen. Het begrip vitaliteit klinkt bekend. Iedereen knikt als het wordt gebruikt. Maar wat wordt ermee bedoeld? En hoe kan inzicht in dit thema verenigingen ondersteunen bij het verbeteren van hun functioneren? Deze vragen staan in dit hoofdstuk centraal. We zetten eerst uiteen dat het voor sportverenigingen die willen werken aan hun vitaliteit van belang is een omslag in denken te maken van vitaliteit als begrip naar vitalisering als proces. Vervolgens onderzoeken we welke factoren van belang zijn bij dat proces van vitalisering. Deze factoren bieden verenigingen handvatten om mee aan de slag te gaan.
Aangejaagd door hogere klanteisen, het snelle tempo van technologische ontwikkelingen en demografische verschuivingen en daaruit voortvloeiende toenemende personeelstekorten, staan mkb-bedrijven voor de uitdaging om te investeren in adaptiviteit en leervermogen van hun medewerkers. Mkb-bedrijven en hun medewerkers zullen steeds slimmer gebruik moeten maken van nieuwe technologie en zichzelf continu moeten doorontwikkelen. Vooral voor de groep praktisch opgeleide medewerkers ligt er een uitdaging om ze proactief te stimuleren en een cultuur te creëren waarin leren en ontwikkelen een vanzelfsprekend onderdeel is van het werk en waarbij de diversiteit aan menselijk kapitaal optimaal wordt benut (SER, 2021). In zo’n werkomgeving ontstaan steeds meer creatieve samenwerkingsprocessen tussen een verscheidenheid aan mensen binnen de organisatie, tussen bedrijven onderling en met onderwijsinstellingen. Veel mkb-bedrijven onderschrijven de noodzaak van zo’n leercultuur. Echter, deze bedrijven ervaren dat het hen zelf onvoldoende lukt om een leercultuur van de grond te krijgen. Het is lastig voor mkb-bedrijven om inzicht te krijgen in de eigen leercultuur en te achterhalen welke interventies passen om deze cultuur concreet te verbeteren. In dit project onderzoeken we samen met tien mkb-bedrijven hun leercultuur door middel van een gevalideerde leercultuurscan en door het toepassen en monitoren van passende interventies. We monitoren deze interventies op basis van de ‘realistic evaluation’ benadering en trachten daarmee te achterhalen welke interventies in de mkb-praktijk effectief zijn. Op basis van de onderzoeksresultaten ontwikkelen we een toolbox met een set van interventies voor de mkb-praktijk. Om dit te realiseren werken we intensief samen met kennispartners Hogeschool Saxion, Hogeschool Rotterdam en Universiteit Twente. Verder bestaat het consortium uit brancheorganisatie Bouwend Nederland, Stichting OOM (scholingsadviesbureau van sociale partners in de Metaalbewerking), Regio Zwolle – programma Human Capital Agenda, Centre of Expertise TechYourFuture, VNO-NCW en arbeidsmarktregio Zwolle. De effectieve interventies voor een leercultuur leiden tot (praktische) kennisontwikkeling voor mkb-bedrijven, onderwijs en wetenschap.