Dienst van SURF
© 2025 SURF
In het hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van thema's en methodische benaderinswijzen van de belangrijkste kwalitatieve jeugdonderzoeken uit de jaren vijftig tot en met negentig van de vorige eeuw. Na een aanloopperiode in de jaren vijftig en zestig, die gekenmerkt wordt door een relatief theoriearme benadering en het gebruik van eenvoudige dataverwerkingstechnieken, volgde in de jaren zeventig een periode waarin surveyonderzoeken met kwantitatieve dataverzamelings- en verwerkingsmethoden domineerden. Vanaf de jaren tachtig vond er een opleving van het kwalitatieve jeugdonderzoek plaats. Er kwam meer aandacht voor theorievorming over de relatie tussen jeugd en samenleving en er ontstond een veelzijdigheid aan onderzoeksbenaderingen. Achtereenvolgens worden beschreven: longitudinaal onderzoek, intergenerationeel onderzoek, historisch jeugdonderzoek, intercultureel vergelijkend onderzoek, multicultureel onderzoek, beleidsondersteunend onderzoek. Voorts wordt een overzicht gegeven van de meest gebruikte onderzoeksinstrumenten en dataverwerkingsmethoden in kwalitatief jeugdonderzoek.Tot slot wordt aandacht besteed aan de voor- en nadelen van multidisciplinair en interdisciplinair versus monodisciplinair jeugdonderzoek.
Vergelijking van de plaats die seksualiteit inneemt in het leven van jongeren voor en na de seksuele revolutie. Intergenerationeel vergelijkend onderzoek.
Het gedachtegoed van het project ‘Naar Verantwoorde Rebellie’ vormt het fundament voor de bevindingen in dit whitepaper. Daarbij gaat het om inspiratie, tips en concepten die leiden tot rebelse initiatieven in de ouderenhuisvesting. Dat is geen overbodigheid, want er is een toenemende behoefte aan collectieve woonvormen voor ouderen die tussen zelfstandig wonen en verpleegzorg in zitten. Vooral voor ouderen met een laag en middeninkomen zijn de mogelijkheden beperkt. Het aanbod van geschikte tussenwoningen is simpelweg te summier (1). Dat vraagt dus om nieuwe initiatieven! Daarnaast hebben jongeren en starters het al geruime tijd erg lastig op de woningmarkt. De problematiek is bekend: het is haast een mission impossible om een betaalbare woning te kopen, en het meest deprimerende is dat de piek volgens de berekening van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties pas in 2024 wordt bereikt (2). Het is een urgent probleem, maar in de praktijk komt dat onvoldoende tot uiting. Deze groep heeft behoefte aan een helpende hand, en daarom wordt in dit whitepaper gekeken of de initiatieven voor ouderen ook voor jongeren en starters van waarde kunnen zijn. Sterker nog, of zij onderdeel van de oplossing kunnen worden. Helaas zijn we niet in de ban van ‘slechts’ een crisis, maar van meerdere crises. De woningcrisis wordt namelijk vergezeld door de klimaat- en coronacrisis, en op het moment van schrijven daar bovenop zelfs een koopkracht- en energiecrisis (3, 4, 5). Een hoop ingrediënten voor een boel ellende als we lukraak met onsamenhangende oplossingen aan komen zetten. Het is een complexe puzzel geworden die, onder tijdsdruk vanwege de klimaatdoelstellingen en groeiende onvrede, weloverwogen oplossingen vereist. Bij de bouw van toekomstige woningen moet er derhalve rekening gehouden worden met een plethora aan vereisten, die in dit whitepaper aan bod komen. In het vervolg wordt uiteengezet waar een geschikte tussenwoning aan dient te voldoen, evenals een denkrichting die beschrijft hoe een intergenerationele collectieve woonvorm kan worden vormgegeven. De lezer wordt meegenomen in een verhaal dat eerst de huidige marktsituatie en trends beschrijft, vervolgens de problemen en uitdagingen aankaart, om ten slotte een concrete oplossing aan te dragen. Hierbij wordt rekening gehouden met een veelvoud aan belangrijke variabelen zoals de locatie, voorzieningen, activiteiten, demografische kenmerken, en vorm- en zingeving van het wooncomplex (6). Het gaat nadrukkelijk om een denkrichting die op een inclusieve manier, en met inbegrip van hedendaagse toepassingen en best practices, een originele en vooral kwalitatief hoogwaardige oplossing biedt voor het beperkte woningaanbod. Creativiteit en woongenot staat in dit whitepaper centraal; de wensen van potentiële bewoners worden geïnventariseerd en meegenomen in de uiteindelijke oplossing. Door middel van gesprekken met experts worden echter ook de technische haalbaarheid en betaalbaarheid zo goed als mogelijk geborgd. De uiteenzetting leidt ten slotte tot een virtueel ontwerp dat als inspiratiebron fungeert voor zowel toekomstige bouwers als bewoners van soortgelijke wooncomplexen. Geïnteresseerden kunnen een virtuele tour van het intergenerationele woningcomplex volgen. Via de link op pagina 29 kunt u het concept bekijken.
MULTIFILE
Dit project beoogt de toekomst als kompas te gebruiken en te verbinden met handelen in het heden. Een transmediale toolkit wordt hiervoor ontwikkeld die ontwerpgericht toekomstdenken met stakeholders in een maatschappelijk vraagstuk faciliteert. Een vraagstuk waarop de toolkit wordt toegepast in dit project is de energietransitie in de gebouwde omgeving. Doel Doel van dit project is de onderzoeksmethode door te ontwikkelen in een toekomstbestendige, elkaar versterkende online en offline vorm (transmediale toolkit), die stakeholders rondom een maatschappelijk vraagstuk faciliteert om toekomstdenken te gebruiken om tot radicale, breed gedragen innovaties te komen. Relevantie en impact De beroepspraktijk vraagt om methoden die participatie bij wijkgerichte energietransitie koppelen aan andere maatschappelijke opgaven. Er wordt gezocht naar manieren om de energietransitie te verbinden met werken aan een duurzame leefomgeving, ook door bewoners zelf. Er is behoefte om los te komen van het korte termijn denken. De uitdaging daarbij is om mogelijke toekomsten te verbinden met handelen in het heden, zodat we tot radicale vernieuwing komen. Aanpak De meeste methoden voor visievorming extrapoleren lineair het verleden via het heden naar de toekomst. ‘Probing the future’ breekt met die continuïteit door een sprong in de verre toekomst te nemen. Verbeeldingskracht, reframing en speculatief ontwerpen worden ingezet om een spectrum van mogelijke toekomsten voorstelbaar te maken. Resultaten Een hybride (online/offline) toolkit die te gebruiken is in het onderwijs en in organisaties, en in processen waarbij ook non-professionals betrokken worden. De tool wordt intergenerationeel inzetbaar, zodat studenten samen met (non)professionals uit verschillende leeftijdscategorieën van elkaar kunnen leren. Instrumenten in de toolkit richten zich op: Onderzoeken van vroege signalen van verandering met betrekking tot het vraagstuk: Ontwikkelen alternatieve toekomstscenarios; Bouwen van probes: interactieve en ervaarbare visualisaties van toekomstscenario’s die uitnodigen tot dialoog; Analyseren van reacties en inzichten uit de dialoog; Formuleren van praktische experimenten in de nabije toekomst om te ‘prikken in het systeem’. Looptijd 01 december 2020 - 30 november 2021 Relatie onderzoek, praktijk en onderwijs Als strategisch ontwerpdenkers bij de Hogeschool Utrecht (HU) gebruiken we dit toekomstdenken al langer als onderzoeksmethode om complexe vraagstukken samen met overheden, burgers en andere relevante organisaties in beweging te krijgen en in het onderwijs leiden we studenten Communicatie en Multimedia Design erin op. Cofinanciering Het onderzoek wordt gefinancierd door de NWO. Dossiernummer: KIEM.K20.01.037 Meer informatie
Dit project beoogt de toekomst als kompas te gebruiken en te verbinden met handelen in het heden. Een transmediale toolkit wordt hiervoor ontwikkeld die ontwerpgericht toekomstdenken met stakeholders in een maatschappelijk vraagstuk faciliteert. Een vraagstuk waarop de toolkit wordt toegepast in dit project is de energietransitie in de gebouwde omgeving. Doel Doel van dit project is de onderzoeksmethode door te ontwikkelen in een toekomstbestendige, elkaar versterkende online en offline vorm (transmediale toolkit), die stakeholders rondom een maatschappelijk vraagstuk faciliteert om toekomstdenken te gebruiken om tot radicale, breed gedragen innovaties te komen. Relevantie en impact De beroepspraktijk vraagt om methoden die participatie bij wijkgerichte energietransitie koppelen aan andere maatschappelijke opgaven. Er wordt gezocht naar manieren om de energietransitie te verbinden met werken aan een duurzame leefomgeving, ook door bewoners zelf. Er is behoefte om los te komen van het korte termijn denken. De uitdaging daarbij is om mogelijke toekomsten te verbinden met handelen in het heden, zodat we tot radicale vernieuwing komen. Aanpak De meeste methoden voor visievorming extrapoleren lineair het verleden via het heden naar de toekomst. ‘Probing the future’ breekt met die continuïteit door een sprong in de verre toekomst te nemen. Verbeeldingskracht, reframing en speculatief ontwerpen worden ingezet om een spectrum van mogelijke toekomsten voorstelbaar te maken. Resultaten Een hybride (online/offline) toolkit die te gebruiken is in het onderwijs en in organisaties, en in processen waarbij ook non-professionals betrokken worden. De tool wordt intergenerationeel inzetbaar, zodat studenten samen met (non)professionals uit verschillende leeftijdscategorieën van elkaar kunnen leren. Instrumenten in de toolkit richten zich op: Onderzoeken van vroege signalen van verandering met betrekking tot het vraagstuk: Ontwikkelen alternatieve toekomstscenarios; Bouwen van probes: interactieve en ervaarbare visualisaties van toekomstscenario’s die uitnodigen tot dialoog; Analyseren van reacties en inzichten uit de dialoog; Formuleren van praktische experimenten in de nabije toekomst om te ‘prikken in het systeem’. Looptijd 01 december 2020 - 30 november 2021 Relatie onderzoek, praktijk en onderwijs Als strategisch ontwerpdenkers bij de Hogeschool Utrecht (HU) gebruiken we dit toekomstdenken al langer als onderzoeksmethode om complexe vraagstukken samen met overheden, burgers en andere relevante organisaties in beweging te krijgen en in het onderwijs leiden we studenten Communicatie en Multimedia Design erin op. Cofinanciering Het onderzoek wordt gefinancierd door de NWO. Dossiernummer: KIEM.K20.01.037 Meer informatie