Dienst van SURF
© 2025 SURF
Hoewel het belang van een inclusieve arbeidsmarkt door beleidsmakers, werkgevers en werknemersgroot wordt geacht, blijken aspecten als gender, etniciteit, migratieachtergrond, geloof, seksuele oriëntatie, lichamelijke of psychische beperking nog altijd een rol te spelen in de kansen op een soepele in- en doorstroom op de Nederlandse arbeidsmarkt. Veel werkgevers kiezen, al dan niet bewust, in de praktijk liever voor iemand die lijkt op de bestaande ‘normmedewerker’, dan voor iemand wiens zichtbare of minder zichtbare kenmerken van dit bestaande normbeeld afwijken. Het streven naar meer inclusie staat hierdoor lang niet altijd garant voor een inclusieve werkomgeving. Kortom, organisaties willen diverser worden, maar in de praktijk lukt dat (nog) niet.
Veel scholen hebben te maken met een lerarentekort. Om nieuwe leraren aan te trekken en huidige leraren te behouden, is het belangrijk om te zorgen voor een fijn leer- en werkklimaat. Van grote invloed hier op is een inclusieve cultuur. Een inclusieve cultuur draagt bij aan een gevoel van verbondenheid en biedt bovendien meer ruimte voor diversiteit in het team. Dit is een kans, omdat een divers lerarenteam een beter afspiegeling is van de maatschappij en een verrijkend voorbeeld voor de leerlingen. We leggen in dit artikel uit wat je als schoolleider en bestuurder kunt doen om een inclusieve cultuur te bevorderen en we lichten een tool toe, waarmee schoolleiders eenvoudig hun school kunnen analyseren en een actieplan maken, toegespitst op hun eigen situatie.
Het Nederlandse Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap faciliteert de alliantie ‘Divers voor de klas’ om een vierjarig project uit te voeren gericht op meer diverse en inclusieve lerarenopleidingen. Door te streven naar een inclusieve cultuur wordt beoogd dat meer studenten uit minderheidsgroepen voor een lerarenopleiding kiezen en doorstromen naar het onderwijs, waardoor het lerarentekort wordt verkleind. Een nulmeting laat zien dat studenten die een inclusieve cultuur op de lerarenopleiding ervaren, eerder verwachten in het onderwijs te gaan werken. Dit wijst erop dat een inclusieve cultuur mogelijk kan bijdragen aan minder uitval van studenten en meer studenten zich verbinden aan het onderwijs, wat uiteindelijk kan bijdragen aan het verkleinen van het lerarentekort. Het project ambieert een meer diverse instroom en inclusieve cultuur bij de negen deelnemende lerarenopleidingen te bevorderen. Werk maken van inclusie is een gevoelige en complexe ambitie, met als risico dat men blijft hangen in beschuldigingen als niet de goede taal wordt gebruikt. Om constructief en structureel aan een inclusieve cultuur te werken, zijn eerst de concepten inclusieve cultuur en diversiteit helder gedefinieerd en is in de literatuur nagegaan hoe diversiteit en inclusie versterkt kunnen worden. Op basis hiervan is een online werkomgeving ontwikkeld. Gebruikerservaringen met de werkomgeving laten zien dat deze leidt tot het ontwikkelen van een visie, gemeenschappelijke taal en bewustwording bij alle medewerkers binnen de opleiding en tot een concreet actieplan. Tijdens dialoogsessies met de negen lerarenopleidingen wordt duidelijk hoe gevoelig het werken aan inclusie ligt en wat in de specifieke context remmend is en vragen oplevert. Er ontstaat ruimte voor zelfreflectie bij alle betrokkenen. Een gedeeld inzicht uit de dialoogsessies is dat een inclusieve en diverse opleiding vraagt om een opleidingsbrede aanpak en nauwe samenwerking met opleidingsscholen. De combinatie van de werkomgeving, kennissessies en dialoogsessies dragen bij aan het delen van concrete inzichten en handvatten om daadwerkelijk met elkaar aan de slag te gaan. Het project is, gezien deze eerste ervaringen met de opzet en de sterke aanwas van het aantal lerarenopleidingen, een veelbelovend praktijkvoorbeeld waarmee uiteindelijk het lerarentekort kan worden tegengegaan.
Dit promotieonderzoek richt zich op de relatie tussen de inclusieve stad en de “culturele commons”. Dit verwijst naar collectieve, culturele praktijken die op initiatief van burgers worden genomen buiten, in en tussen markt en overheid. Het onderzoek wil nagaan hoe wijkcultuurhuizen in Utrecht kunnen bijdragen aan een meer inclusieve stad door te werken met culturele commons en ‘commoning’ principes.Doel Het promotieonderzoek wil een bijdrage leveren aan het bevorderen van een cultuur inclusieve stad Utrecht door de relatie tussen wijkcultuurhuizen en culturele commons te onderzoeken. Het promotieonderzoek levert bovendien een bijdrage aan actualisering van het bachelor- en masteronderwijs van Social Work en Community Development. Resultaten Het promotieonderzoek levert een wetenschappelijke onderbouwing voor de professionalisering van de wijkcultuurhuizen en van interne processen van culturele commons. Luister hieronder en via je favoriete podcastapp de podcastaflevering van Lessen uit #HUonderzoek waarin Aart vd Maas en Appie Alferink van Stichting ZIMIHC het hebben over hoe culturele commons en wijkcultuurhuizen kunnen zorgen voor meer verbinding en een antwoord kunnen zijn op polarisatie. Looptijd 01 december 2019 - 01 december 2023 Aanpak In het promotieonderzoek worden meerdere onderzoeksmethoden gecombineerd: beschrijvend onderzoek, verdiepend literatuuronderzoek en een participatief actieonderzoek naar de commoning principes van culturele commons en de betekenis daarvan voor de professionele aanpak van wijkcultuurhuizen. In dit promotietraject wordt nadrukkelijk naar mogelijkheden gezocht om studenten als medeonderzoekers te verbinden aan het promotieonderzoek. Interesse? Mail aart.vandermaas@hu.nl. In de media De idee van ‘common’ kan ruimte geven aan inwoners van een stad om zelf vorm en betekenis te geven aan de samenleving via het delen en beheren van gemeenschappelijke materiële en/of immateriële hulpbronnen, vertelt Aart van der Maas aan Residenties in Utrecht.
Dit promotieonderzoek richt zich op de relatie tussen de inclusieve stad en de “culturele commons”. Dit verwijst naar collectieve, culturele praktijken die op initiatief van burgers worden genomen buiten, in en tussen markt en overheid. Het onderzoek wil nagaan hoe wijkcultuurhuizen in Utrecht kunnen bijdragen aan een meer inclusieve stad door te werken met culturele commons en ‘commoning’ principes.Doel Het promotieonderzoek wil een bijdrage leveren aan het bevorderen van een cultuur inclusieve stad Utrecht door de relatie tussen wijkcultuurhuizen en culturele commons te onderzoeken. Het promotieonderzoek levert bovendien een bijdrage aan actualisering van het bachelor- en masteronderwijs van Social Work en Community Development. Resultaten Het promotieonderzoek levert een wetenschappelijke onderbouwing voor de professionalisering van de wijkcultuurhuizen en van interne processen van culturele commons. Luister hieronder en via je favoriete podcastapp de podcastaflevering van Lessen uit #HUonderzoek waarin Aart vd Maas en Appie Alferink van Stichting ZIMIHC het hebben over hoe culturele commons en wijkcultuurhuizen kunnen zorgen voor meer verbinding en een antwoord kunnen zijn op polarisatie. Looptijd 01 december 2019 - 01 december 2023 Aanpak In het promotieonderzoek worden meerdere onderzoeksmethoden gecombineerd: beschrijvend onderzoek, verdiepend literatuuronderzoek en een participatief actieonderzoek naar de commoning principes van culturele commons en de betekenis daarvan voor de professionele aanpak van wijkcultuurhuizen. In dit promotietraject wordt nadrukkelijk naar mogelijkheden gezocht om studenten als medeonderzoekers te verbinden aan het promotieonderzoek. Interesse? Mail aart.vandermaas@hu.nl. In de media De idee van ‘common’ kan ruimte geven aan inwoners van een stad om zelf vorm en betekenis te geven aan de samenleving via het delen en beheren van gemeenschappelijke materiële en/of immateriële hulpbronnen, vertelt Aart van der Maas aan Residenties in Utrecht.
Dit promotieonderzoek richt zich op de relatie tussen de inclusieve stad en de “culturele commons”. Dit verwijst naar collectieve, culturele praktijken die op initiatief van burgers worden genomen buiten, in en tussen markt en overheid. Het onderzoek wil nagaan hoe wijkcultuurhuizen in Utrecht kunnen bijdragen aan een meer inclusieve stad door te werken met culturele commons en ‘commoning’ principes.