Dienst van SURF
© 2025 SURF
There are different strategies of curriculum implementation regarding ICT education in schools of social work. It concentrates on ICT as a content of social work education, not on educational technology. Theoretically, an integral approach of ICT teaching ( social informatics ) is considered an adequate strategy for an up to date social work education. In practice however, the institutes of vocational education do not arrive at a full integration of social informatics. Some conditions are discussed that support integration as an implementation strategy.
De HBO-i-domeinbeschrijving dient als functioneel kwalificatiekader voor hogescholen, gericht op de startbekwaamheid van ICT-professionals van de toekomst. In vrijwel elk facet van het maatschappelijke, zakelijke, sociale en persoonlijke leven speelt ICT een grote rol. ICT is niet alleen zelf een belangrijke sector van economische bedrijvigheid, het is ook een onmisbare motor voor innovatie in alle kennisintensieve domeinen in onze samenleving. Nederland heeft grote behoefte aan kwalitatief goed opgeleide ICT’ers. Het ICT-domein verbreedt en verdiept zich. Behalve dat de vraag naar ICT'ers toeneemt, neemt ook de specialisatie naar ICT-subdomeinen toe. Om in te kunnen spelen op nieuwe toepassingen, arbeidsmarktvragen, wensen en innovaties is regelmatige actualisering van de HBO-i-domeinbeschrijving noodzakelijk. Naast de ontwikkelingen in het ICT-domein, ontwikkelt ook het onderwijsveld zich. Zo is er in toenemende mate aandacht voor Associate Degree en Professional Master programma's en leidt focus op de match tussen werkveld en opleidingsdoelen tot extra aandacht voor professional skills.
De lerarenopleiding speelt een belangrijke rol bij de voorbereiding van leraren in opleiding op het gebruik van technologie voor onderwijzen en leren. Uit de literatuur blijkt echter dat lerarenopleiders vaak moeite hebben om een doeltreffende ICT-integratie te modelleren. De bereidheid om ICT in het onderwijs te gebruiken heeft betrekking op het verwerven van kennis, vaardigheden en attitudes over het gebruik van technologie voor onderwijzen en leren. Wanneer deze bereidheid tot uiting komt in het feitelijke gebruik van technologie in de klas, en het vermogen om op dit gebruik te reflecteren, past dit in de conceptualisering van 'didactische ICT-competentie'. Een curriculumherziening op vijf locaties van de Lerarenopleiding Basisonderwijs (Pabo) van Hogeschool Inholland in Nederland vormde de aanleiding voor deze studie. Het doel van dit onderzoek is het meten van de perceptie van leraren in opleiding van de strategieën die lerarenopleiders gebruiken om de ontwikkeling van effectief gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in de klas te ondersteunen. Het Synthesis of Qualitative Data (SQD) model definieert zes kernstrategieën voor de ondersteuning van leerkrachten in opleiding om ICT in het onderwijs te gebruiken, namelijk (1) rolmodellering; (2) reflectie over de rol van technologie;(3) leren van technologie door (her)ontwerpen van lessen; (4) samenwerken met collega's; (5) authentieke Teaching, Learning & Technology en (6) voortdurende feedback. De centrale vraag van dit onderzoek luidt: Hoe percipiëren leraren in opleiding van vijf lerarenopleidingen deze strategieën die lerarenopleiders gebruiken om de ontwikkeling van hun didactische ICT-competenties te ondersteunen? Er werd gebruik gemaakt van een mixed-methods onderzoeksopzet. De SQD-vragenlijst met 24 items (zespunts Likert-schaal) werd vertaald naar het Nederlands en uitgebreid met zes open vragen, die verdere uitwijding bij elk van de kernstrategieën mogelijk maakten. Vijf locaties van de Lerarenopleiding Basisonderwijs (Pabo) van Hogeschool Inholland in Nederland waren erbij betrokken. De strategieën "authentieke technologie-ervaring" en "rolmodellering door de lerarenopleider" worden het meest herkend. Het geven van voortdurende feedback was de minst erkende strategie omdat feedback vooral als summatief werd ervaren. De meerderheid van de lerarenopleiders werd niet herkend als rolmodel voor ICT-integratie. Lerarenopleiders in digitale geletterdheid echter wel. Hoewel de stages een ruimte bieden om te oefenen, worden de zittende leerkrachten niet erkend als inspirerende voorbeelden van ICT-integratie. Als leerkrachten in opleiding te weinig rolmodellen zien die vakspecifieke ICT-integratie tonen, ontwikkelen zij zelf geen doeltreffende ICT-integratie. Verder onderzoek zou zich moeten richten op de vraag hoe het aantal erkende strategieën kan verhoogd worden, te beginnen met het "geven van continue feedback".
Due to the existing pressure for a more rational use of the water, many public managers and industries have to re-think/adapt their processes towards a more circular approach. Such pressure is even more critical in the Rio Doce region, Minas Gerais, due to the large environmental accident occurred in 2015. Cenibra (pulp mill) is an example of such industries due to the fact that it is situated in the river basin and that it has a water demanding process. The current proposal is meant as an academic and engineering study to propose possible solutions to decrease the total water consumption of the mill and, thus, decrease the total stress on the Rio Doce basin. The work will be divided in three working packages, namely: (i) evaluation (modelling) of the mill process and water balance (ii) application and operation of a pilot scale wastewater treatment plant (iii) analysis of the impacts caused by the improvement of the process. The second work package will also be conducted (in parallel) with a lab scale setup in The Netherlands to allow fast adjustments and broaden evaluation of the setup/process performance. The actions will focus on reducing the mill total water consumption in 20%.
Production processes can be made ‘smarter’ by exploiting the data streams that are generated by the machines that are used in production. In particular these data streams can be mined to build a model of the production process as it was really executed – as opposed to how it was envisioned. This model can subsequently be analyzed and stress-tested to explore possible causes of production prob-lems and to analyze what-if scenarios, without disrupting the production process itself. It has been shown that such models can successfully be used to diagnose possible causes of production problems, including scrap products and machine defects. Ideally, they can even be used to model and analyze production processes that have not been implemented yet, based on data from existing production pro-cesses and techniques from artificial intelligence that can predict how the new process is likely to be-have in practice in terms of data that its machines generate. This is especially important in mass cus-tomization processes, where the process to create each product may be unique, and can only feasibly be tested using model- and data-driven techniques like the one proposed in this project. Against this background, the goal of this project is to develop a method and toolkit for mining, mod-elling and analyzing production processes, using the time series data that is generated by machines, to: (i) analyze the performance of an existing production process; (ii) diagnose causes of production prob-lems; and (iii) certify that a new – not yet implemented – production process leads to high-quality products. The method is developed by researching and combining techniques from the area of Artificial Intelli-gence with techniques from Operations Research. In particular, it uses: process mining to relate time series data to production processes; queueing networks to determine likely paths through the produc-tion processes and detect anomalies that may be the cause of production problems; and generative adversarial networks to generate likely future production scenarios and sample scenarios of production problems for diagnostic purposes. The techniques will be evaluated and adapted in implementations at the partners from industry, using a design science approach. In particular, implementations of the method are made for: explaining production problems; explaining machine defects; and certifying the correct operation of new production processes.
In recent years, disasters are increasing in numbers, location, intensity and impact; they have become more unpredictable due to climate change, raising questions about disaster preparedness and management. Attempts by government entities at limiting the impact of disasters are insufficient, awareness and action are urgently needed at the citizen level to create awareness, develop capacity, facilitate implementation of management plans and to coordinate local action at times of uncertainty. We need a cultural and behavioral change to create resilient citizens, communities, and environments. To develop and maintain new ways of thinking has to start by anticipating long-term bottom-up resilience and collaborations. We propose to develop a serious game on a physical tabletop that allows individuals and communities to work with a moderator and to simulate disasters and individual and collective action in their locality, to mimic real-world scenarios using game mechanics and to train trainers. Two companies–Stratsims, a company specialized in game development, and Society College, an organization that aims to strengthen society, combine their expertise as changemakers. They work with Professor Carola Hein (TU Delft), who has developed knowledge about questions of disaster and rebuilding worldwide and the conditions for meaningful and long-term disaster preparedness. The partners have already reached out to relevant communities in Amsterdam and the Netherlands, including UNUN, a network of Ukrainians in the Netherlands. Jaap de Goede, an experienced strategy simulation expert, will lead outreach activities in diverse communities to train trainers and moderate workshops. This game will be highly relevant for citizens to help grow awareness and capacity for preparing for and coping with disasters in a bottom-up fashion. The toolkit will be available for download and printing open access, and for purchase. The team will offer training and facilitate workshops working with local communities to initiate bottom-up change in policy making and planning.