Dienst van SURF
© 2025 SURF
Deze bachelor scriptie is geschreven voor het afstudeeronderzoek dat deel uit maakt van de opleiding archeologie aan Hogeschool Saxion te Deventer. De auteur van deze scriptie is Hugo Pothof. Het doel van dit onderzoek was het ontwikkelen van een nieuwe methode voor het herkennen van afwijkende graven. Dit zijn graven van individuen die op een niet reguliere manier begraven zijn voor hun cultuur en/of tijdsperiode. Voor dit onderzoek is de volgende hoofdvraag opgesteld: Hoe kunnen afwijkende graven in begraafplaatsen uit de Late Middeleeuwen/Nieuwe tijd geïdentificeerd worden met behulp van statistische en ruimtelijke analyses? Het eerste gedeelte van dit onderzoek bestond uit het opstellen van de nieuwe methode. Hiervoor zijn analyses en criteria verzameld en opgesteld die gebruikt kunnen worden voor statistisch onderzoek voor het herkennen van afwijkende graven. Voor deze criteria zijn drie soort analyses gebruikt. Ten eerste is voor categorische data (teksten) gebruik gemaakt van percentuele begrenzingen om weinig voorkomende waarnemingen aan te duiden als afwijkende graven. Daarnaast zijn voor numerieke data (getallen) gebruik gemaakt van de outlier detection with IQR. De Find Outliers tool in ArcGIS kan automatisch ruimtelijk afwijkende polygonen herkennen. Met de programmeertaal R een script (code) geschreven die het mogelijk maakt om consistent en reproduceerbaar deze analyses uit te voeren. Ook kunnen met het script grafieken gemaakt worden van de data. Om de nieuwe methode te toetsen zijn in totaal vijf begraafplaatsen uit de gemeentes Zutphen en Doesburg geanalyseerd. Deze begraafplaatsen zijn allemaal christelijke begraafplaatsen uit de Late Middeleeuwen en het begin van de Nieuwe tijd. Daarnaast is ook één grote dataset gemaakt waarin alle grafdata staat. Deze is gebruikt om de begraafplaatsen met elkaar te vergelijken.
MULTIFILE
Factsheet RUIT-4. In het tweede onderzoek in het kader van RUIT-4 (studiejaar 2015-2016) werden de effecten onderzocht van de wijziging van de leeftijdgrens in de drank- en horecawet 2014 in gemeentes Almere, Huizen en Zeist. 90 Tweedejaars studenten Integrale Veiligheidskunde hebben in groepjes van 4 studenten enquêtes afgenomen bij jongeren. De inhoud en formulering van de enquête is vooraf afgestemd met de gemeenten die hebben meegedaan aan het onderzoek. Alle studenten hebben dezelfde vragenlijst gebruikt. Vervolgens is de informatie uit deze vragenlijst verwerkt in SPSS. Daarnaast is er een deskresearch gedaan om informatie over de gemeenten, de nieuwe wetgeving en de achterliggende theorie in kaart te brengen. Tot slot werden er ter aanvulling werden enkele gesprekken gevoerd met professionals uit het veld (zoals kroegeigenaren, medewerkers van jongerencentra etc., die een beeld zouden kunnen hebben van het drinkgedrag van jongeren). De uitkomsten van de enquête staan beschreven in de factsheet.
Met een Europees Parlementslid praten over de gemeenteraadsverkiezingen, is dat niet raar? Wat ons betreft niet. Zo’n 70% van het beleid dat in de Europese Unie wordt gemaakt sijpelt namelijk door naar het niveau van gemeenten. Met de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen in aantocht vonden we het hoog tijd om aandacht te besteden aan dit onderwerp. Hoe loopt de weg van Brussel naar de gemeenten en andersom? Europees Parlementslid van de VVD Caroline Nagtegaal is actief in haar thuisstad Rotterdam én in de Europese arena. Met haar verkennen we dit onderwerp.
LINK
Inzicht in de bedrijfsafvalstromen in steden, op basis van gecombineerde data en expertsessies met meerdere partijen in de bedrijfsafvalbranche en bij gemeentes. Er is in steden nauwelijks zicht op wat er aan bedrijfsafval vrijkomt, en hoe dit wordt ingezameld. De gegevens ontbreken, of zijn in handen van verschillende private partijen en worden onderling niet gedeeld. Hierdoor staan bereikbaarheid en ruimtegebruik onder druk en is er geen zicht op de potentie van circulaire modellen. Het doel van dit project is om inzicht te krijgen in bedrijfsafvalstromen in steden door data van meerdere bedrijfsafvalinzamelaars en gemeentes te combineren. Zowel inzamelaars (vanuit hun uitvoerende taak) als overheid (vanuit haar regulerende taak) hebben hier belang bij. De verkregen inzichten vormen de basis voor een dialoog over innovaties op het gebied van circulaire reststroom modellen. Met dit inzicht kunnen wiskundige modellen voor efficiëntere inzameling en benutting van reststromen in de circulaire stad worden ontwikkeld. Daarbij kan door monitoring van reststromen de druk van bedrijfsafvalinzameling op de leefomgeving worden verminderd met data gedreven logistieke modellen (zoals betere voertuigmodaliteit, afvalscheiding, routes). De kennis wordt samengebracht door- en gedeeld met deelnemende consortiumpartners, die tezamen het grootste deel van het bedrijfsafval inzamelen.
Professionals van woningbouwcorporaties en gemeentes die zich bezig houden met verduurzaming hebben vragen over hergebruik van afvalhout uit hun (renovatie) projecten. De doelstelling van dit voorstel is het onderzoeken van de mogelijkheden om hout te hergebruiken door gebruik te maken van innovatieve digitale productietechnieken, en om implementatiestrategieën hiervoor te ontwikkelen voor publieke organisaties in de bouwsector, in het bijzonder woningcorporaties en gemeentes. Strategieën omvatten concrete voorstellen om a) afvalhout van woningen in te zamelen en te verwerken; b) waarde toe te voegen aan houtafvalstromen door middel van digitale productie; c) de betrokkenheid en acceptatie van huurders te vergroten bij circulaire verwerking van hout in nieuwe toepassingen; en d) goede toepassingen voor een circulaire economie te realiseren. Het project onderzoekt aard en omvang van houtafvalstromen uit woningrenovatie en identificeert de mogelijkheden voor het hergebruik van specifieke fracties daarvan voor (lokale) toepassingen. Uit voorgaande projecten blijkt dat digitale productie mogelijkheden biedt om stedelijk afval om te zetten in zinvolle circulaire producten. Digitale productie maakt de (lokale) creatie van unieke prototypen en grootschalige toepassingen mogelijk. Het onderzoek wordt uitgevoerd in vier werkpakketten. De eerste identificeert de aard van huishoudelijk houtafval (volume, houtsoort, verzamelproces) door zorgvuldig cases van Ymere en Rochdale te bestuderen. Daarnaast worden er een raamwerk van indicatoren gedefinieerd om projectresultaten te kunnen evalueren. Het tweede werkpakket onderzoekt welke toepassingen kunnen worden bedacht, gegeven de beschikbare houtfracties. In het derde werkpakket wordt een aantal case studies uitgevoerd voor concrete projecten van de deelnemende woningcorporaties. Deze applicaties hebben als doel het potentieel van digitale productie met houtafval te laten zien, rekening houdend met het perspectief van bewoners. Het biedt belangrijke inzichten in de uitvoerbaarheid van concrete toepassingen uit teruggewonnen hout. In het vierde werkpakket worden alle projectbevindingen gecombineerd in een set implementatie strategieën voor publieke organisaties in het stedelijk domein.
Civic crowdfunding is een nieuw en snel groeiend instrument om buurtinitiatieven te financieren. Er bestaan echter nog veel vragen bij gebiedsprofessionals op het gebied van civic crowdfunding. Om maatschappelijke projecten te laten bloeien, moeten ze snel kunnen beoordelen of een project suc-cesvol kan worden en of de gemeente een rol kan nemen. Deze kennis ontbreekt nu. Er is te weinig bekend over welke crowdfunding initiatieven succesvol zijn en hoe gebiedsprofessionals een ge-meentelijke organisatie zo benaderen, dat ze snel en effectief voor bewoners kunnen optreden. Het onderzoek richt zich op nieuwe functies voor professionals binnen gemeenten, zoals gebieds-managers, gebiedsmakelaars en participatiemedewerkers. Zij zoeken in samenwerking met bewo-ners, (sociaal) ondernemers en maatschappelijke organisaties naar mogelijkheden om bewonersini-tiatieven te laten bloeien. Het onderzoek richt zich specifiek op de vraag hoe gebiedsprofessionals hun gemeentelijke organi-satie kunnen inrichten op deze vorm van burgerparticipatie en hoe zij kennis en menskracht kunnen mobiliseren in gebieden (civic crowdsourcing). Door het programma ontstaat een kennisnetwerk tussen Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Rotterdam, de VNG Academie, professionals bij ruim 14 gemeenten en de twee belangrijkste civic crowdfunding platforms in Nederland