Dienst van SURF
© 2025 SURF
Voor het begeleiden van studenten met psychische beperkingen bestaat geen standaardprocedé. Iedere student is uniek en brengt zijn eigen mogelijkheden en belemmeringen met zich mee. Dit geldt zeker voor jongeren met een bipolaire stoornis. In dit artikel formuleert HBO-docent Helmut Boeijen, mede op basis van zijn eigen ervaringen met een bipolaire student, handvatten voor hun begeleiding.
De geestelijke gezondheidszorg is op veel vlakken in beweging. Financiële herstructurering heeft grote impact op vorm en inhoud van de zorg. Een groeiend aantal zorgvragers zonder uitbreiding van financiële middelen vraagt om innovatie en effectieve interventies. De visie op psychiatrie verandert waarbij meer aandacht komt voor de gevolgen van psychiatrische symptomen op het functioneren. De focus wordt verlegd van ziekte naar positieve gezondheid waarmee thema’s als bevorderen van zelfmanagement en herstelondersteunende zorg centraal komen te staan. Deze veranderingen hebben grote impact op de zorg voor mensen met een psychische kwetsbaarheid en vraagt daarmee andere competenties van professionals. Het lectoraat Zorg & Innovatie in de Psychiatrie richt zich op het ontwikkelen en onderzoeken van effectieve interventies die bijdragen aan het verbeteren van de zorg voor mensen met een psychische kwetsbaarheid binnen deze veranderende context
Het project ‘Bijzondere Begeleiding’ speelde zich af van begin 2017 tot medio 2018 in de gemeente Wijk bij Duurstede. Onderdeel van dit project was de pilot VAK werk(t). Doel van deze pilot was om lokaal een gezamenlijke integrale werkwijze te ontwikkelen voor de dienstverlening aan inwoners met een gespecialiseerde begeleidingsbehoefte en daarmee o.a. ook de indicatiestelling te vereenvoudigen en de administratieve belasting te verminderen en beter gebruik te kunnen maken van het lokale netwerk.
Veel essentiële beroepen kampen met een nijpend tekort aan medewerkers. Momenteel bestaat er een tekort van ongeveer 15.000 verpleegkundigen, oplopend naar 100.000 in 2030. Van startende verpleegkundigen verlaat 15% binnen twee jaar het zorgberoep, onder andere als gevolg van mentale overbelasting. Uitval door mentale overbelasting treft ook politiemensen. De politieorganisatie staat de komende jaren voor de uitdaging om 17.000 politiemensen erbij te krijgen. Het reduceren van mentale overbelasting van zorgprofessionals en politiemensen is cruciaal omdat een tekort van hen de samenleving hard treft. Dit postdoc-programma heeft als doel inzichtelijk te maken hoe de transitiefase van opleiding naar loopbaanstart voor professionals in essentiële beroepen beter kan worden ingericht, om mentale overbelasting te voorkomen en duurzame inzetbaarheid te vergroten. Onderzoeksvraag: Wat is de optimale samenstelling van transitieprogramma’s voor startende professionals in essentiële beroepen (zoals zorginstellingen en politie-eenheden), die bijdragen aan vermindering van werkstress, mentale overbelasting en geestelijke gezondheidsproblemen en aan bevordering van duurzame inzetbaarheid? Daartoe wordt een inventariserend onderzoek uitgevoerd - samen met zorginstellingen en de politieorganisatie - naar inhoud van en ervaringen met interventies die beginnende professionals ondersteunen tijdens de overgang van opleiding naar loopbaanstart (transitieprogramma’s). De uitkomsten hiervan vullen we aan met resultaten uit systematisch literatuuronderzoek. Opbrengsten: - Tweetal artikelen over transitie-interventies in zorginstellingen en in politie-eenheden; - Realist review naar mogelijk werkzame componenten van transitieprogramma’s voor verpleegkundigen en hun theoretische onderbouwing; - Update van model voor werk gerelateerde risico- en beschermende factoren voor politiemensen; - Gap-analyse met vergelijking van internationale literatuur (realist review en update literatuuronderzoek naar risicofactoren en beschermende factoren) met de huidige praktijk; - Blauwdruk voor (de componenten van) optimale transitieprogramma’s voor zorginstellingen en politie-eenheden; - Voorstel voor vervolgonderzoek gericht op effectiviteit van volgens blauwdruk ontwikkelde transitieprogramma’s; - Onderwijsmodules en verdere input voor opleidingen Human Resource Management (HRM), Verpleegkunde en de Minor Arbeid, Gezondheid en Welzijn.
In het RAAK-PRO project Design Your Life wordt een methode ontwikkeld (hierna: DYL-methode) die zorgprofessionals in de Geestelijke Gezondheidszorg (GGz) helpt jongvolwassenen met autisme te begeleiden in het samenstellen van hun eigen, op maat gesneden ondersteunende technologie. Het project sluit aan bij de maatschappelijke ambitie om zelfredzaamheid en participatie van jongvolwassenen met autisme te vergroten. Deze groep heeft potentie en ambities, maar laat ook schooluitval zien, werkeloosheid, en moeite met zelfstandig leven. Zorgprofessionals zoeken mogelijkheden de eigen regie te versterken, o.a. door het begeleiden in persoonsgedreven toekomstplanning, en het inrichten van een ondersteunende leefomgeving. Daarbij wordt steeds vaker gezocht naar ondersteunende technologie. Terwijl het aanbod aan apps, wearables, internet-of-things en robots snel groeit, strandden initiatieven nog te vaak. Generieke oplossingen sluiten vaak niet goed aan bij de diversiteit aan individuele behoeften. Zorgprofessionals en cliënten vinden moeilijk hun weg in het enorme aanbod. Het blijkt lastig de zorgbehoefte te vertalen in een geschikte technologische oplossing. Gedeeld begrip en nauwe samenwerking tussen cliënten, begeleiders, zorgbeleidsmakers en aanbieders zijn nodig om innovaties duurzaam in te zetten in de zorg en begeleiding. Via tien casestudies wordt de DYL-methode ontwikkeld. Zorgprofessionals begeleiden hiermee cliënten in het selecteren en inrichten van de technologie die bij hen past. Hierbij worden co-design en design thinking methoden toegepast. Naast de technologische oplossing helpt de DYL-methode ook bij gedeeld inzicht met betrekking tot de capaciteiten, persoonlijke doelen en ondersteuningsvraag van de cliënt. De methode wordt in een evaluatiestudie gevalideerd. Onderzocht wordt of de aanpak cliënten ondersteunt in hun ontwikkeling naar zelfstandigheid, hoe professionals de aanpak kunnen integreren in hun dagelijks werk, en hoe de methode duurzaam verankerd kan worden in zorgorganisaties. Ten slotte worden beroepscompetenties ontwikkeld. Met de kennis uit dit project worden zorgprofessionals beter toegerust om middels persoonlijke technologie de zelfredzaamheid en eigen regie van cliënten te versterken.
Het afgelopen decennium is het aantal daklozen in Nederland verdubbeld tot ruim 36.000 in 2020. Deze mensen leven in een extreme vorm van bestaansonzekerheid, waarbij basale levensvoorwaarden als eten, drinken, toegang tot sanitair en een slaapplek niet vanzelfsprekend zijn. De bestaande aanpak van het daklozenvraagstuk – ook wel ‘housing first’ genoemd – richt zich op het vinden van opvang of reguliere woonruimte. De plek waar daklozen terecht kunnen voor tijdelijk onderdak en voor begeleiding – de Maatschappelijke Opvang (MO) – kent momenteel echter lange wachtlijsten. In grote steden moeten veel daklozen 1 tot 2 jaar wachten op opvang. Om daklozen toch de hulp te bieden die zij nodig hebben, zoeken gemeenten, MO-organisaties en sociaal professionals naar aanvullingen op ‘housing first’ aanpak. Zo bieden MO-organisaties in Amsterdam en Haarlem, in samenwerking met de gemeente, de uit de langdurige Geestelijke Gezondheidszorg afkomstige Resource-methode aan bij daklozen die op de wachtlijst staan voor opvang. Deze methode is gericht op het samen met de dakloze vormen van een steungroep van mensen uit het formele hulpverleningsnetwerk en informele deelnemers, zoals familie, vrienden, buurtgenoten en (oud-)collega’s. Bij mensen die hulp krijgen vanuit de GGZ leidt het aanbieden van de Resource-methode tot een sterker sociaal netwerk en meer eigen regie. De vraag is nu of en hoe de methode werkt bij dak- en thuislozen, en welke kennis, vaardigheden, attituden en facilitering sociaal professionals in de MO nodig hebben om steungroepen te vormen en samen met de dakloze en de steungroep te werken aan de eigen regie van de dakloze. Dit is wat in dit onderzoeksproject, getiteld ‘Social Network First?’, wordt onderzocht.