Dienst van SURF
© 2025 SURF
Staatssecretaris Uslu en de Raad voor Cultuur hameren op het belang van fair pay door rijksgesubsidieerde culturele instellingen. Ook in het muziekonderwijs valt nog een wereld te winnen, weet onderzoeker en docentenopleider Imre Kruis. De uurtarieven van muziekdocenten zijn bedroevend laag. ‘Ik schrijf dit in een tijd dat er aan tafels veel gepraat wordt over fair pay. Als het maar niet bij praten blijft, denk ik dan.’
LINK
Report of the project 'FAIR: geen woorden maar data' about the FAIRification of research data (in Dutch). It describes the proof of concept for implementation of the FAIR principles. The implementation is based on the resource description framework (RDF) and semantic knowledge representations using ontologies.
Medio januari 2010 organiseert het platform solidaire en duurzame Economie onder leiding van Lou Keune aan de Universiteit van Tilburg de 3e conferentie onder de titel Fair & Green Deal. Hoofdspreker zal zijn David Korten, voormalig hoogleraar aan de Harvard Business School en auteur van het boek "Agenda for a new economy: from phantom wealth to real wealth
De 2SHIFT SPRONG-groep is een samenwerkingsverband van HAN University of Applied Sciences en Fontys Hogescholen. Onze ambitie is het vergroten van eerlijke kansen op gezond leven. Dit doen we door het vormgeven en versterken van gemeenschappen als fundament voor het creëren van eerlijke kansen op gezond leven. Vanuit deze gemeenschappen wordt in co-creatie gewerkt aan structuur (i.e. systeem), sociale en technologische innovaties. Deze ambitie sluit aan bij de centrale missie KIA Gezondheid en Zorg om bij te dragen aan goede gezondheid en het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Ook draagt het bij aan deelmissie 1. het voorkomen van ziekte, waarbij wij uitgaan van het concept Positieve Gezondheid en Leefomgeving. Én het zorgt voor het verplaatsen van ondersteuning en zorg naar de leefomgeving (deelmissie 2), doordat gemeenschappen hiervoor een stevig fundament vormen. De gemeenschap is geoperationaliseerd als een samenwerking tussen inwonersinitiatieven (i.e. informele actoren) én professionals vanuit wonen, welzijn, zorg en gemeenten (i.e. formele actoren) die bestuurlijk en beleidsmatig worden ondersteund. Toenemend wordt een belangrijke rol en meer verantwoordelijkheid toebedeeld aan inwoners en wordt de noodzaak van sectoroverstijgende, inclusieve samenwerking tussen deze actoren in lokale fieldlabs benadrukt. 2SHIFT start daarom in vier fieldlabs: twee dorpen en twee wijken in (midden-)stedelijke gebieden, waar in vergelijking met groot-stedelijk gebied (zoals Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) andere dynamieken en mechanismen een rol spelen bij het creëren van eerlijke kansen op een gezond leven. Om impact in onderwijs en praktijk te realiseren werken we nauw samen met studenten, docenten én met inwoners, professionals, bestuurders en beleidsmakers uit wonen, welzijn, zorg en gemeenten én landelijke kennispartners (“quadruple helix”). 2SHIFT brengt transdisciplinaire expertise én verschillende onderzoeksparadigma’s samen in een Learning Community (LC), waarin bestaande kennis en nieuwe kennis wordt samengebracht en ontwikkeld. Over 8 jaar is 2SHIFT een (inter)nationaal erkende onderzoeksgroep die het verschil maakt.
Everyone has the right to participate in society to the best of their ability. This right also applies to people with a visual impairment, in combination with a severe or profound intellectual and possibly motor disability (VISPIMD). However, due to their limitations, for their participation these people are often highly dependent on those around them, such as family members andhealthcare professionals. They determine how people with VISPIMD participate and to what extent. To optimize this support, they must have a good understanding of what people with disabilities can still do with their remaining vision.It is currently difficult to gain insight into the visual abilities of people with disabilities, especially those with VISPIMD. As a professional said, "Everything we can think of or develop to assess the functional vision of this vulnerable group will help improve our understanding and thus our ability to support them. Now, we are more or less guessing about what they can see.Moreover, what little we know about their vision is hard to communicate to other professionals”. Therefore, there is a need for methods that can provide insight into the functional vision of people with VISPIMD, in order to predict their options in daily life situations. This is crucial knowledge to ensure that these people can participate in society to their fullest extent.What makes it so difficult to get this insight at the moment? Visual impairments can be caused by a range of eye or brain disorders and can manifest in various ways. While we understand fairly well how low vision affects a person's abilities on relatively simple visual tasks, it is much more difficult to predict this in more complex dynamic everyday situations such asfinding your way or moving around during daily activities. This is because, among other things, conventional ophthalmic tests provide little information about what people can do with their remaining vision in everyday life (i.e., their functional vision).An additional problem in assessing vision in people with intellectual disabilities is that many conventional tests are difficult to perform or are too fatiguing, resulting in either no or the wrong information. In addition to their visual impairment, there is also a very serious intellectual disability (possibly combined with a motor impairment), which makes it even more complex to assesstheir functional vision. Due to the interplay between their visual, intellectual, and motor disabilities, it is almost impossible to determine whether persons are unable to perform an activity because they do not see it, do not notice it, do not understand it, cannot communicate about it, or are not able to move their head towards the stimulus due to motor disabilities.Although an expert professional can make a reasonable estimate of the functional possibilities through long-term and careful observation, the time and correct measurement data are usually lacking to find out the required information. So far, it is insufficiently clear what people with VZEVMB provoke to see and what they see exactly.Our goal with this project is to improve the understanding of the visual capabilities of people with VISPIMD. This then makes it possible to also improve the support for participation of the target group. We want to achieve this goal by developing and, in pilot form, testing a new combination of measurement and analysis methods - primarily based on eye movement registration -to determine the functional vision of people with VISPIMD. Our goal is to systematically determine what someone is responding to (“what”), where it may be (“where”), and how much time that response will take (“when”). When developing methods, we take the possibilities and preferences of the person in question as a starting point in relation to the technological possibilities.Because existing technological methods were originally developed for a different purpose, this partly requires adaptation to the possibilities of the target group.The concrete end product of our pilot will be a manual with an overview of available technological methods (as well as the methods themselves) for assessing functional vision, linked to the specific characteristics of the target group in the cognitive, motor area: 'Given that a client has this (estimated) combination of limitations (cognitive, motor and attention, time in whichsomeone can concentrate), the order of assessments is as follows:' followed by a description of the methods. We will also report on our findings in a workshop for professionals, a Dutch-language article and at least two scientific articles. This project is executed in the line: “I am seen; with all my strengths and limitations”. During the project, we closely collaborate with relevant stakeholders, i.e. the professionals with specific expertise working with the target group, family members of the persons with VISPIMD, and persons experiencing a visual impairment (‘experience experts’).
“Als brede euregionale, multisectorale hogeschool bieden we onze studenten, onze medewerkers en het werkveld, de juiste bagage om het verschil te kunnen maken in de wereld van vandaag én morgen.” (Koersbeeld HAN 2022-2028, p. 27). Deze visie uit het recente Koersbeeld van HAN University of Applied Sciences is gekoppeld aan drie zwaartepunten Smart Region (slim); Sustainable Energy & Environment (schoon) en Fair Health (sociaal). De complexe vraagstukken en transities die achter deze zwaartepunten liggen zijn enerzijds grensoverschrijdend en komen in heel Europa terug en vragen anderzijds om regionale antwoorden, waardoor de HAN aansluiting zoekt met de Europese strategie, Europese onderzoeksnetwerken en Europese programma’s voor onderzoek en innovatie om wederzijdse kennisdeling tot stand te brengen. Dit project levert een bijdrage om tot gerichte, duurzame netwerken te komen op het gebied van de HAN zwaartepunten Slim, Schoon en Sociaal. Verkenning, bundeling en borging van veelal individuele Europese contacten en aansluiten bij duurzame verbindingen. Daarnaast is uitbouwen van en voortbouwen op de strategische samenwerking in het European University Initiative (EUI) UP University consortium een doelstelling. De zwaartepunten en daarmee de ‘thematische focus’ van de HAN zijn het startpunt in de Europese netwerkvorming. Er wordt gebouwd aan een zichtbaar trackrecord met duurzaam verbonden partners. Zowel de huidige (individuele) contacten op de zwaartepunten als het UP University consortium dient verder ingevuld te worden. Deze netwerken geven niet alleen de HAN toegang tot internationale kennis, maar heeft ook impact in de regio. In ons onderzoek werken we samen met bedrijven, instellingen en studenten in duurzame netwerken en hebben daarin een aanjagende rol. Het hele ecosysteem komt hier samen. Naast de focus op de zwaartepunten, zal er in dit project verbinding gelegd worden met andere interne afdelingen met raakvlakken met Europese samenwerkingen. Denk hierbij aan het Adviesbureau Subsidies, Financiële Zaken en staf Onderwijs, Onderzoek en Kwaliteitszorg.