Dienst van SURF
© 2025 SURF
Purpose: This study, a conceptual paper, analyses the growth of curation in tourism and hospitality and the curator role in selecting and framing products and experiences. It considers the growth of expert, algorithmic, social and co-creative curation modes and their effects. Design/methodology/approach: Narrative and integrative reviews of literature on curation and tourism and hospitality are used to develop a typology of curation and identify different curation modes. Findings: Curational techniques are increasingly used to organise experience supply and distribution in mainstream fields, including media, retailing and fashion. In tourism and hospitality, curated tourism, curated hospitality brands and food offerings and place curation by destination marketing organisations are growing. Curation is undertaken by experts, algorithms and social groups and involves many of destination-related actors, producing a trend towards “hybrid curation” of places. Research limitations/implications: Research is needed on different forms of curation, their differential effects and the power roles of different curational modes. Practical implications: Curation is a widespread intermediary function in tourism and hospitality, supporting better consumer choice. New curators influence experience supply and the distribution of consumer attention, shaping markets and co-creative activities. Increased curatorial activity should stimulate aesthetic and stylistic innovation and provide the basis for storytelling and narrative in tourism and hospitality. Originality/value: This is the first study of curational strategies in tourism and hospitality, providing a definition and typology of curation, and linking micro and macro levels of analysis. It suggests the growth of choice-based logic alongside service-dominant logic in tourism and hospitality.
MULTIFILE
In de zomer en het najaar van 2022 organiseert het Van Eesteren Museum de manifestatie SuperWest 2000-2021 over de vernieuwing van de Westelijke Tuinsteden. Met een overzichtstentoonstelling, een publicatie, een reeks buurtbiografieën, wandelingen en debatavonden wordt aandacht gevraagd voor de onwaarschijnlijke operatie die in de afgelopen twee decennia in de Tuinsteden plaats vond. Deze tweede buurtbiografie in de reeks documenteert de vernieuwing van de Staalmanpleinbuurt. De bouwprojecten en de inrichting van de openbare ruimte zijn nagenoeg afgerond. Dat maakt het mogelijk om met elkaar het gesprek te voeren over de kwaliteit van de nieuwe buurt.
Sinds de invoering van de Wet Passend onderwijs zijn leerkrachten in het regulier primair onderwijs verantwoordelijk voor het aanbieden van een passend onderwijsaanbod voor alle kinderen. Hiertoe behoren ook leerlingen met een autismespectrumstoornis (ASS). Kinderen met ASS hebben onder andere moeite met sociale interactie. Omdat onduidelijk is welke ondersteuningsvormen toepasbaar zijn in de klas en passen bij de specifieke behoeftes van ASS-leerlingen, richt deze thematische overzichtsstudie zich op de volgende onderzoeksvraag: Wat is er in de literatuur bekend over de ondersteuningsbehoeftes van kinderen met een autismespectrumstoornis en welke ondersteuningsvormen uit effectieve interventies gericht op het verbeteren van de sociale interactie op school sluiten aan bij deze ondersteuningsbehoeftes? Om tot een selectie van relevante literatuur te komen zijn twee search strings opgesteld waarmee in diverse databases is gezocht: één gericht op ondersteuningsbehoeftes en één op ondersteuningsvormen. De titels en abstracts van 994 artikelen zijn gescreend op basis van vooraf opgestelde inclusiecriteria (algemene criteria, zoals doelgroep én inhoudelijke criteria, zoals focus op ASS). De overgebleven artikelen zijn met leesschema’s gericht op de methode en ondersteuningsbehoeftes en -vormen, geanalyseerd. Hierbij zijn de kenmerken van ASS, zoals gedefinieerd in de DSM-V, gehanteerd: sociaal-emotionele wederkerigheid, non-verbale communicatie en relaties. 68 artikelen zijn uiteindelijk opgenomen in ons overzicht.Op het gebied van sociaal-emotionele wederkerigheid zijn de volgende behoeftes gevonden: sociale vaardigheid ontwikkelen, wederkerige interactie stimuleren, sociaal-emotioneel begrip vergroten en taalvaardigheid verbeteren. Met betrekking tot non-verbale communicatie kwam naar voren dat het nodig is om non-verbaal gedrag en de integratie van non-verbaal gedrag met verbaal gedrag te verbeteren. Op het gebied van relaties kwam naar voren dat het nodig is om te ondersteunen bij: het ontwikkelen en verbeteren van relaties, joint engagement/spel en sociaal gewenst gedrag. Meisjes en cognitief vaardige leerlingen en hun specifiekere ondersteuningsbehoeftes vallen minder op. Ook leerlingen met bijkomende problemen die meer op voorgrond liggen (bijvoorbeeld een angststoornis) en hun specifiekere ondersteuningsbehoeftes kunnen minder opvallen. De interventies die in de literatuur zijn gevonden zijn sociale vaardigheidstrainingen en interventies waarbij óf de leeftijdsgenoten, óf volwassenen óf beide doelgroepen getraind worden. Binnen deze interventies worden diverse ondersteuningsvormen genoemd en/of gecombineerd: directe instructie waarbij een vaardigheid of gedrag wordt uitgelegd, aanwijzingen worden gegeven, goed gedrag wordt aangespoord en bekrachtigd; video-modeling waarbij een sociale situatie wordt voorgedaan met behulp van een video of game; modeling door volwassenen of medeleerlingen waarbij vaardigheden worden voorgedaan; modeling door zichzelf waarbij kaarten worden gebruikt ter herinnering aan de geleerde vaardigheden; social stories waarbij specifiek sociaal gedrag met de gewenste reactie wordt omgeschreven.De interventies richten zich meestal niet op één enkele ondersteuningsbehoefte, maar op meerdere. De meeste interventies uit onze selectie die zich richten op wederkerige sociaal-emotionele interactie blijken sociale vaardigheidstrainingen te zijn. Hierbij is een veel voorkomende ondersteuningsvorm directe instructie. Ook interventies waarbij de leeftijdsgenoten worden getraind om gedrag voor te doen, komen veel voor. Wat betreft non-verbale communicatie blijken sociale vaardigheidstrainingen gericht op emoties, gebaren en richten van de blik het meeste voor te komen. Hierbij wordt modeling door volwassenen, medeleerlingen en/of video ingezet. De meeste interventies die zich richten op relaties zijn interventies waarbij medeleerlingen getraind worden en een sociaal netwerk rondom de ASS-leerling wordt gevormd. Vormen van ondersteuning zijn modeling door leeftijdsgenoten die bijvoorbeeld laten zien hoe je kunt spelen. Opvallend is dat de interventies niet gericht zijn op specifiekere ondersteuningsbehoeftes van doelgroepen die minder opvallen, zoals meisjes. Daarnaast richt ondersteuning zich met name op klachten en minder op krachten. Vanwege de inclusie in het regulier onderwijs van ASS-leerlingen is het van belang om de ondersteuning af te stemmen op de unieke behoeftes en de talenten van het individu in de natuurlijke setting van de klas.