Dienst van SURF
© 2025 SURF
De tijd waarin wij leven kan verlammend werken. Terwijl de overheid haar greep op maatschappelijke problemen dreigt te verliezen, trekken burgers zich steeds meer terug in hun eigen gelijk. Vervreemding en polarisatie liggen op de loer. Hoe moet het verder? Het is tijd voor herwaardering van maatschappelijke organisaties. Zij geven mede vorm aan de civil society, de tussenruimte tussen overheid en individu, waarin mensen in gezamenlijkheid verantwoordelijkheid nemen voor een menswaardig bestaan. In dit essay onderzoeken Jan Hoogland, Robert van Putten en Jan van der Stoep hoe maatschappelijke organisaties kunnen bijdragen aan het goede samenleven. Ze betogen dat deze organisaties voortdurend hun bedoeling, bezieling en binding moeten onderhouden. Verhalen zijn volgens hen de sleutel tot vernieuwing. In de bijlage is een leesfragment te downloaden.
MULTIFILE
De kernwaarden van het openbaar onderwijs worden door velen gezien als onvoldoende om richting te geven aan waardevol openbaar onderwijs. In opdracht van Zaan Primair, de stichting voor openbaar onderwijs in de Zaanstreek, is onderzocht of op basis van democratie als complex waardenbegrip de identiteit van de openbare school vorm kan worden gegeven. De openbare school is de school van de samenleving en die samenleving is gefundeerd op democratische waarden als vrijheid, gelijkheid, dialoog, diversiteit en participatie. Dit onderzoek laat zien dat ook scholen vanuit deze waarden hun identiteit kunnen ontwikkelen en zo een democratische gemeenschap kunnen vormen. In het onderzoek is een conceptueel kader hiervoor ontwikkeld. Tevens is op basis van het model van waarderend onderzoek een implementatietraject ontwikkeld, waarmee scholen dit in de praktijk kunnen toepassen. Het conceptueel kader is door de landelijke besturenorganisatie van het openbaar overgenomen als voorstel om daarmee ook landelijk de kernwaarden van het openbaar onderwijs te funderen op de waarden van de democratische samenleving.
In het kunsten- en erfgoeddecreet werd een aparte categorie ‘Instellingen van de Vlaamse Gemeenschap’ opgenomen. Zij zouden een symboolfunctie en een sensibiliserende rol voor de artistieke gemeenschap en de gehele Vlaamse bevolking moeten vervullen. Bovendien moeten ze internationale topkwaliteit aanbieden. Door een gebrekkige collectieve opdrachtomschrijving weten deze Gemeenschapsinstellingen echter niet welke service van hen wordt verwacht en dit zowel naar de artistieke gemeenschap als de bredere samenleving toe. De vage taakomschrijving stelt de instellingen met dit uitzonderlijke statuut bovendien voor een distinctieprobleem. Waarin onderscheiden ze zich van andere kunstorganisaties in Vlaanderen die op een reguliere basis tijdelijk worden gesubsidieerd? Ten slotte signaleren de Gemeenschapsinstellingen een internationaal verifieerbare discrepantie tussen een symbolische en een economische, subsidiale erkenning. Door dit alles blijft hun positie vaag tot zelfs ambivalent. Met deze vaststellingen in het achterhoofd werd een essayopdracht geformuleerd. De centrale vragen die daarin gesteld werden luiden: wat is de opdracht, taak en positie van nationale kunstinstellingen? Hoe kunnen ze ideaaltypisch functioneren en hoe doen ze dat in het buitenland? Via een interpretatieve cultuursociologische weg, geschraagd met de inzichten van de kritische theorie werd een antwoord op het voorgelegde vraagstuk gezocht. Het opstel betreft dus geen benchmarking of kunstkritisch betoog. Wel werd via diepte-interviews met beleidsverantwoordelijken en vooral stafmedewerkers van voorbeeldorganisaties in Duitsland, Engeland, Finland, Nederland en Portugal naar mogelijke pistes gekeken.
Het bestaan van een levendig en onafhankelijk lokaal medialandschap dat de belangen van het publiek in lokale gemeenschappen dient, vormt een hoeksteen voor onze democratische samenlevingen. Vandaag de dag is echter het voortbestaan van lokale, regionale en gemeenschapsmedia onzeker geworden in veel gebieden van de Europese Unie. Deze studie analyseert de stand van zaken van de lokale journalistiek in alle EU-landen.