Dienst van SURF
© 2025 SURF
Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek naar online veiligheid en mediawijsheid onder 1432 jongeren uit het voortgezet en het middelbaar beroepsonderwijs in Leeuwarden. Het biedt een cijfermatig inzicht in online problemen: welke problemen komen voor en in welke mate? Met de via de tool ( Online Tool Internetveiligheid 2.0.) verkregen data zijn zowel analyses op gemeentelijk niveau als op schoolniveau gemaakt. In het verlengde hiervan kunnen preventiestrategieën op maat worden ontwikkeld. Uiteindelijk doel is het veiliger maken van het internet voor jongeren. Dit onderzoeksproject is uitgevoerd vanuit de cross-over Digital Citizenship: dit is een samenwerkingsverband tussen de onderzoeksgroep Cybersafety en het lectoraat Organisations & Social Media, beide van NHL-Stenden Hogeschool. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de afdeling openbare orde en veiligheid (OOV) van de gemeente Leeuwarden.
Hoe veilig is het internet voor jongeren? Zijn online pesterijen, seksuele intimidatie en online oplichting eerder uitzondering of regel? Hoe gaan jongeren om met desinformatie en nepnieuws? Kortom, wat speelt er in deze coronatijd nu jongeren nòg meer afhankelijk zijn van internet? Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek naar online veiligheid en mediawijsheid onder 423 Amsterdamse scholieren in het voortgezet onderwijs.
In 2012 is de iPad geïmplementeerd in het voorgezet middelbare onderwijs van Piter Jelles de Dyk in Leeuwarden. Sowijs volgde de implementatie van de iPad. In dit whitepaper wordt beschreven hoe ouders van leerlingen het iPad-gebruik op school ervaren. Welke voor- of nadelen zien zij in het iPad-gebruik en is er voldoende voorlichting over hoe de iPad geïmplementeerd moet worden in het onderwijs?
Onderzoek laat zien dat jongeren onveilig met het internet omgaan waardoor ze slecht in staat zijn om bijvoorbeeld nepnieuws te herkennen en delen ze online te gemakkelijk gevoelige informatie met elkaar en met derden. Hierdoor zijn ze kwetsbaar voor cyberdreigingen zoals cyberpesten, grooming, intimidatie en identiteitsfraude. We kunnen spreken over een matig niveau van veilig digitaal gedrag onder jongeren. Hoewel er interventies voor het bevorderen van veilig digitaal gedrag zijn ontwikkeld, zijn deze in het algemeen niet gestoeld op kennis over welke factoren beïnvloed moeten worden. Bovendien zijn er nauwelijks effectmetingen gedaan bij uitgevoerde interventies, waardoor het leereffect onduidelijk is. Er bestaat derhalve een hiaat in de kennis over hoe effectieve interventies ontwikkeld moeten worden voor het bevorderen van veilig digitaal gedrag onder jongeren. Doordat wetenschappelijk inzicht ontbreekt over welke factoren bepalend zijn om veilig digitaal gedrag te verbeteren bij jongeren, is het voor leerkrachten van basisscholen moeilijk om adequate lessen te ontwikkelen en worden jongeren momenteel niet goed onderwezen op dit gebied. Het in dit voorstel beschreven onderzoek richt zich op het achterhalen van de factoren die de effectiviteit van interventies voor het verbeteren van veilig digitaal gedrag van jongeren beïnvloeden alsmede het ontwikkelen van zulke interventies. De ontwikkelde interventies worden getest op participerende basisscholen. De centrale onderzoeksvraag luidt: Welke factoren zijn bepalend voor de mate van veilig digitaal gedrag onder basisscholieren van groep 7 en 8 en hoe zijn deze effectief te beïnvloeden? De mate van effectiviteit van de interventies zal gemeten worden door een nulmeting uit te voeren en per interventie een effectmeting te doen. Dit type onderzoek is niet eerder uitgevoerd in Nederland op het gebied van veilig digitaal gedrag. Dit project zal resulteren in een wetenschappelijke paper alsmede onderwijsmateriaal voor de opleidingen PABO en HBO-ICT.