Dienst van SURF
© 2025 SURF
Recensie van Boot (2001) Competentiegericht beoordelen in het HBO
De toetswijzer is een handreiking aan onderwijsontwikkelaars, toetscommissies, docenten en management om inzicht te krijgen in de visie op begeleiden en beoordelen en toetsvormen, die gehanteerd kunnen worden in een competentiegerichte leeromgeving. Het nieuwe leren staat of valt met de sleutelactiviteiten begeleiden en (zelf)beoordelen. De student wordt ondersteund bij het opzetten van persoonlijke leerdoelen en het vertalen daarvan in een Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP). Richtinggevend hiervoor is het beroeps- en competentieprofiel. Essentieel in het competentie denken is de scheiding tussen begeleiden en beoordelen of zoals de Onderwijsraad (2004) verwoordt een rollen-scheiding tussen opleiden en examineren . Dit heeft ingrijpende consequenties voor de inrichting van de toetsing. Wij adviseren om de keuze van toetsvormen te baseren op een methodemix vanuit het perspectief dat een mix van toetsvormen en functies van toetsing op diverse competentieniveaus de meeste garantie biedt voor een betrouwbare en valide uitspraak over de competenties van de student. Bij de keuze van toetsvormen speelt steeds de vraag of deze organiseerbaar en betaalbaar zijn en voldoen aan wettelijke kaders en regelgeving zoals de accreditatie. Centrale sturing van toetsing is onvermijdelijk voor kwaliteitsborging, transparantie en flexibilisering van het leren. Het gezamenlijk zoeken naar een balans tussen optimum en haalbaarheid is in deze de uitdaging!
Eindrapport van de expertgroep Protocol, ingesteld door de Vereniging Hogescholen De expert groep heeft van de Vereniging Hogescholen de opdracht gekregen om de wenselijkheid en mogelijkheid te verkennen van een gezamenlijk, bottom-up opgesteld protocol of protocollen voor het beoordelen van (kern)werkstukken en te adviseren over de wijze waarop deze tot stand dienen te komen en aan welke kwaliteitseisen deze dienen te voldoen. De expertgroep is zich bij haar werk voortdurend bewust geweest van het dilemma dat in het idee van gezamenlijke protocollen zit verscholen. Enerzijds is het verantwoord beoordelen van (kern) werkstukken van studenten zo belangrijk voor de kwaliteit en geloofwaardigheid van het onderwijs dat er sterke waarborgen moeten zijn dat dit proces goed verloopt en transparant is. Dit maakt de vraag naar standaardisering en protocollering reëel. Anderzijds is het vaak onmogelijk en ook onwenselijk het beoordelen van prestaties terug te brengen tot een soort algoritme. Beoordelen is mensenwerk. Het streven naar volledige standaardisatie en objectiviteit leidt vrij gemakkelijk tot beoordeling van observeerbare maar oppervlakkige aspecten van het presteren, die geen recht doen aan de werkelijke kwaliteit van het te beoordelen product of gedrag. Beoordelen is in de eerste plaats het werk van vakbekwame professionals. Dat werk moet worden ondersteund met het aanreiken van criteria en werkwijzen zodat het zoveel mogelijk geldigheid heeft. Maar de docent mag daarbij niet het gevoel krijgen dat het zijn of haar beoordeling niet meer is. De expertgroep heeft haar opdracht uitgevoerd in het licht van dit dilemma tussen dichttimmeren en het timmermansoog. Ze heeft daarbij gewerkt vanuit het principe: gezamenlijk wat kan, lokaal wat moet.