Dienst van SURF
© 2025 SURF
Bram Vermeulen is correspondent in Afrika voor onder andere de NOS, de VPRO en de NRC. Daarnaast maakt hij de prijswinnende en veelbekeken documentaires als 'Sahara' en 'De trek' over het continent. We praten met hem vanuit zijn woonplaats Kaapstad over de ontwikkelingen op het Afrikaanse continent en zijn onmogelijke baan om 54 landen te verslaan als correspondent. Zoals altijd schuwen Mendeltje en Ruud de grote thema's niet, dus verwacht een gesprek over corona, migratie, Black Lives Matter en het belang van genuanceerde berichtgeving.
MULTIFILE
Van 17 tot 26 november 2016 werd door medewerkers van het Lectoraat Rehabilitatie een werkbezoek afgelegd aan de Westkaap in Zuid Afrika. Eén onderdeel van het bezoek was de deelname aan het wereldcongres van de World Psychiatric Association, waarbij ook zelf een symposium over Begeleid Leren werd verzorgd. Een ander onderdeel waren werkbezoeken aan diverse (rehabilitatie)activiteiten in Wellington en omgeving.Het doel van het bezoek was om kennis over Begeleid Leren verder te verspreiden en om de al bijna 18 jaar bestaande samenwerkingsrelatie tussen het lectoraat Rehabilitatie en rehabilitatie- en herstelprogramma’s in de Westkaap te vernieuwen.
Zuid-Afrika is een complex land met een turbulente (recente) historie. Het is ook een land met een lange gemeenschappelijke geschiedenis met Nederland. In hoeverre zijn de ontwikkelingen in de publieke sector van Zuid-Afrika vergelijkbaar met dat wat er in Nederland gebeurt? Zijn er voor het Nederlandse openbaar bestuur lessen te leren? In deze bijdrage kijken we naar opvallende ontwikkelingen in de Zuid-Afrikaanse publieke sector.
LINK
In veel Afrikaanse landen zien we een inperking van de maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Deze ruimte is cruciaal om in democratische staten transparantie, vrijheid van meningsuiting en verantwoording van bestuur te realiseren. In een steeds sterke digitaliserende maatschappij wordt toegang tot digitale middelen een mensenrecht. Daar waar regeringen proberen hun burgers en organisaties dat recht tot digitale informatievoorziening en –uitwisselingen te ontnemen komen de Sustainable Development Goals in het gedrang. Doel African Digital Rights Network (ADRN) wil inzicht verkrijgen in de stakeholders ne technologieën die betrokken zijn net het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Het netwerk beoogt bij te dragen aam empowerment van burgers om hun digitale mensenrechten uit te oefenen. Resultaten ADRN heeft een vergelijkende studie van 10 Afrikaanse landen uitgevoerd naar het gebruik van digitale technologieën voor het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Het project heeft onder andere geleidt tot de volgende publicatie: Mapping the Supply of Surveillance Technologies to Africa: Case Studies from Nigeria, Ghana, Morocco, Malawi, and Zambia Looptijd 01 mei 2020 - 20 april 2021 Aanpak ADRN organiseert een netwerk van onderzoekers, analisten, digitale rechtenorganisaties en activisten om de dynamiek van het openen en onderdrukken van de digitale maatschappelijke ruimte in kaart te brengen. Het netwerk bouwt op een interdisciplinaire onderzoeksaanpak o.l.v. het Institute for Development Studies, een vooraanstaand onderzoeksinstituut. Relevantie van het project Het onderzoek leidt tot aanbevelingen voor o.a. beleidsmakers en maatschappelijke organisaties ter bevordering van de digitale maatschappelijke ruimte. Daarnaast worden digitale tools en trainingsmateriaal gefaciliteerd voor het monitoren van ontwikkelingen en dreigingen van de digitale maatschappelijke ruimte. CofinancieringDit onderzoek wordt gefinancierd door UKRI - GCRF Digital Innovation for Development in Africa (DIDA)Meer weten? UKRI GCRF: African Digital Rights Network Website ADRN
In veel Afrikaanse landen zien we een inperking van de maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Deze ruimte is cruciaal om in democratische staten transparantie, vrijheid van meningsuiting en verantwoording van bestuur te realiseren. In een steeds sterke digitaliserende maatschappij wordt toegang tot digitale middelen een mensenrecht. Daar waar regeringen proberen hun burgers en organisaties dat recht tot digitale informatievoorziening en –uitwisselingen te ontnemen komen de Sustainable Development Goals in het gedrang. Doel African Digital Rights Network (ADRN) wil inzicht verkrijgen in de stakeholders ne technologieën die betrokken zijn net het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Het netwerk beoogt bij te dragen aam empowerment van burgers om hun digitale mensenrechten uit te oefenen. Resultaten ADRN heeft een vergelijkende studie van 10 Afrikaanse landen uitgevoerd naar het gebruik van digitale technologieën voor het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Looptijd 01 mei 2020 - 20 april 2021 Aanpak ADRN organiseert een netwerk van onderzoekers, analisten, digitale rechtenorganisaties en activisten om de dynamiek van het openen en onderdrukken van de digitale maatschappelijke ruimte in kaart te brengen. Het netwerk bouwt op een interdisciplinaire onderzoeksaanpak o.l.v. het Institute for Development Studies, een vooraanstaand onderzoeksinstituut. Relevantie van het project Het onderzoek leidt tot aanbevelingen voor o.a. beleidsmakers en maatschappelijke organisaties ter bevordering van de digitale maatschappelijke ruimte. Daarnaast worden digitale tools en trainingsmateriaal gefaciliteerd voor het monitoren van ontwikkelingen en dreigingen van de digitale maatschappelijke ruimte. CofinancieringDit onderzoek wordt gefinancierd door UKRI - GCRF Digital Innovation for Development in Africa (DIDA)Meer weten? UKRI GCRF: African Digital Rights Network Website ADRN
De discussie over de transitie naar een circulair modesysteem richt zich doorgaans op verduurzaming van materialen en productieprocessen. Het is echter van groot belang om de emotionele waarde en culturele betekenis van mode, consumentengedrag en dus de sociale aspecten van duurzaamheid nadrukkelijker te belichten in onderzoek naar verduurzaming van de textiel- en mode-industrie (Walker 2006; Thorpe 2007; Chapman 2009). De verwachting is dat dit doorslaggevende factoren zijn bij de acceptatie van duurzame mode door de consument, maar er is meer onderzoek nodig om hier dieper inzicht in te verkrijgen. Het Nederlandse textielbedrijf Vlisco, dat sinds 1846 stoffen ontwerpt en produceert voor de West-Afrikaanse markt, is een interessante casus in dit kader. De diepgaande verankering van het merk Vlisco in de Afrikaanse cultuur en identiteit demonstreert hoe sterk de ‘emotionele duurzaamheid’ (Chapman 2009) van mode kan zijn. In dit project zullen de reststoffen van Vlisco door middel van ontwerpend onderzoek ‘ge-upcycled’ worden tot nieuwe kwaliteitsproducten, waarbij er een vergelijking zal worden gemaakt tussen de betekenis van duurzaamheid in een Afrikaanse context en in een westerse context. De hypothese is dat de ontwikkeling van meer inzicht in en kennis over ‘emotionele duurzaamheid’ in een Afrikaanse context, aan de hand van de grote emotionele waarde van de Vlisco-stoffen voor Afrikaanse consumenten, een essentiële bijdrage levert aan de westerse discussie over duurzaamheid, en specifiek over nieuwe circulaire design strategieën. De resultaten uit dit onderzoek zullen worden vertaald naar algemeen geldende inzichten en kennis over circulaire mode, die relevant zijn voor de sector als geheel.