Dienst van SURF
© 2025 SURF
Dit rapport gaat over hoe formele en informele politieke participatie van adolescenten en jongvolwassenen (16-27 jaar) in Amsterdam Noord, Nieuw-West en Zuidoost zich verhouden tot participatieve ongelijkheid in de stad. We stellen ons in dit rapport de vraag welke rol lokale (zelf)organisaties, bewonersinitiatieven en jongerenplatforms kunnen spelen in het bestrijden van participatieve ongelijkheid. Om de vraag te kunnen beantwoorden in hoeverre praktijken van politieke participatie ook daadwerkelijk leiden tot meer invloed van jongeren op politieke besluitvorming maken we gebruik van het concept ‘linking sociaal kapitaal’. We hebben ons specifiek gericht op groepen jongeren tussen de zestien en zevenentwintig jaar voor wie de opkomstcijfers laag zijn. Welke ervaringen hebben zij met participatie en hoe verhouden hun ervaringen zich tot de ervaringen en verwachtingen van politici, bestuurders en beleidsmakers? Wie speelt een rol in het verbinden van jongeren aan overheidsinstellingen en hoe gaan deze sleutelfiguren te werk? Hoe verlopen ontmoetingen tussen jongeren en representanten van de overheid, en in hoeverre lukt het initiatieven die (in)formele participatie van jongeren willen versterken om hun invloed te vergroten? Dit onderzoek is tot stand gekomen met behulp van financiering door Het Kenniscentrum Ongelijkheid. Onderzoekers: Sietske Zweegman, Femke Kaulingfreks, Floris Vermeulen, Sharifah Redan, Zulia Rosalina, Elena Ponzoni, met medewerking van Charissa Leiwakabessy, Reyhan Bencan en Malisa Agyeiwaa
Jongvolwassenen (16-27 jaar) met politie- en justitiecontacten en problemen op meerdere leefgebieden vormen een complexe groep voor Nederlandse gemeenten. Deze groep is verantwoordelijk voor een onevenredig groot aandeel van de criminaliteit en maakt langdurig gebruik van verschillende gemeentelijke voorzieningen. Voor professionals zijn deze jongvolwassenen moeilijk te bereiken en te motiveren voor zorg- en/of strafrechtelijke trajecten. Sinds een aantal jaren wordt, binnen de zogenoemde Lokale Persoonsgerichte Aanpak (Lokale PGA), in veel gemeenten domeinoverstijgend samengewerkt om de complexe problematiek zoals bij deze jongvolwassenen te adresseren en adequate interventies in te zetten. De Lokale PGA betreft een integrale aanpak, toegesneden op de persoon en zijn systeem, waarbij een combinatie van bestuurlijke, strafrechtelijke, zorg- en overige interventies wordt ingezet. Geprobeerd wordt om hardnekkige patronen van criminaliteit en overlast te doorbreken en herhaling te voorkomen.
De incidentie van niet aangeboren hersenletsel (NAH) bij personen in de leeftijd tot 25 jaar in Nederland is aanzienlijk, met ca. 18.000 nieuwe gevallen per jaar. Kinderen en jongeren met NAH hebben naast fysieke, cognitieve en emotionele beperkingen, een significant lager niveau van sociale participatie dan hun gezonde leeftijdgenoten. Het gebruik van de Nintendo Wii, een spelcomputer die bewegingen op natuurlijke en intuïtieve wijze uitlokt, lijkt mogelijkheden te bieden om contacten met anderen en actieve vrijetijdsbesteding bij jongeren met NAH te stimuleren. In deze studie wordt onderzocht wat het effect is van het gebruik van de Nintendo Wii bij kinderen en jongeren met NAH op fysiek, cognitief en sociaal functioneren. Om dit te onderzoeken is een multicenter, observationele pilotstudie verricht, bij 50 kinderen en jongeren met NAH in de leeftijd van 6-29 jaar die onder controle of behandeling zijn van een revalidatiearts. De interventie, van in totaal 12 weken, startte met 2 trainingssessies van 60 minuten, waarbij de toe te passen games werden gekozen passend bij zelf gekozen behandeldoelen (te verbeteren functies of activiteiten) en uitvoerbaar gezien de individuele beperkingen van de deelnemer. Vervolgens werd er minimaal 2 keer in de week gegamed. Er was wekelijks contact met een therapeut per telefoon of e-mail. De effectmetingen (vragenlijsten en een neuropsychologische test) werden verricht aan het begin en einde van de interventie en betroffen het fysiek, cognitief en sociaal functioneren. De statistische analyse bestond uit vergelijkingen van de uitkomstmaten tussen 0 en 12 weken met behulp van gepaarde t-toetsen, Wilcoxon-Signed-Rank tests en chi-kwadraat toetsen. Deze eerste pilotstudie naar de effecten van het gamen met de Nintendo Wii bij jongeren met NAH laat significante verbetering zien op het fysiek en cognitief functioneren, en niet op het sociaal functioneren. Deze resultaten zijn aanleiding om de effectiviteit van de Nintendo Wii in deze patiëntengroep in een grotere, gecontroleerde studie verder te onder ABSTRACT Aim: To explore the effects of usage of the Nintendo Wii on physical, cognitive and social functioning in patients with acquired brain injury (ABI). Methods: This multicenter, observational proof-of-concept study included children, adolescents and young adults with ABI aged 6-29 years. A standardized, yet individually tailored 12-week intervention with the Nintendo Wii was delivered by trained instructors. The treatment goals were set on an individual basis and included targets regarding physical, mental and/or social functioning. Outcome assessments were done at baseline and after 12 weeks, and included: the average number of minutes per week of recreational physical activity; the CAPE (Children's Assessment of Participation and Enjoyment); the ANT (Amsterdam Neuropsychological Tasks); the achievement of individual treatment goals (Goal Attainment Scaling); and quality of life (PedsQL; Pediatric Quality of Life Inventory). Statistical analyses included paired t-tests or Wilcoxon-Signed-Rank tests. Results: 50 patients were included, (31 boys and 19 girls; mean age 17.1 years (SD 4.4)), of whom 45 (90%) completed the study. Significant changes of the amount of physical activity, speed of information processing, attention, response inhibition and visual-motor coordination (p<0.05) were seen after 12 weeks, whereas there were no differences in CAPE or PedsQL scores. Two-thirds of the patients reported an improvement of the main treatment goal. Conclusion: This study supports the potential benefits of gaming in children and youth with ABI.
Hoe verloopt de gemeentelijke samenwerking rond jongeren en jongvolwassenen (16-27 jaar) met complexe problemen en justitiecontacten? In het project Startbaan onderzochten we dit samen met de gemeenten Hilversum, Veenendaal, Wijk bij Duurstede en Zeist.
Hoe verloopt de gemeentelijke samenwerking rond jongeren en jongvolwassenen (16-27 jaar) met complexe problemen en justitiecontacten? In het project Startbaan onderzochten we dit samen met de gemeenten Hilversum, Veenendaal, Wijk bij Duurstede en Zeist.Doel Jongeren en jongvolwassenen van 16 tot 27 jaar met complexe problemen en justitiecontacten zijn een uitdaging voor gemeenten en voor de professionals die met hen werken. Er speelt bij hen veel en op heel veel verschillende terreinen en ze zijn vaak moeilijk te bereiken en te motiveren. Het is daarom extra lastig voor deze groep om werk te vinden en te behouden. Tegelijk is werk de beste manier om uit de problemen te komen én te blijven. Verschillende afdelingen binnen de gemeente werken samen met andere organisaties om de problematiek van deze jongeren aan te pakken. Ze helpen jongeren om werk, scholing of stages te vinden. Voor de betrokkenen rondom de jongeren is het lastig om van elkaar te weten wat er allemaal speelt. Het project Startbaan had als doel de samenwerking tussen professionals te verstevigen en een aantal knelpunten in deze samenwerking aan te pakken. Zodat deze jongvolwassenen meer kans op een betere toekomst hebben. We voerden dit onderzoek uit in de gemeenten Hilversum, Veenendaal, Wijk bij Duurstede en Zeist. Resultaten Op basis van de bevindingen uit het Startbaan-onderzoek zijn meerdere producten ontwikkeld. Deze producten kunnen door gemeenten ingezet worden bij het opzetten of versterken van de samenwerking. Voor de vier gemeenten die deelnamen aan het onderzoek is er een stappenplan gemaakt. Met dit plan kunnen gemeenten de interne samenwerking versterken. Het project heeft ook geleid tot de ontwikkeling van de PGA-scan, een tool waarmee professionals knelpunten in de samenwerking met elkaar kunnen achterhalen. Verder kan de samenwerking in een gemeente op verschillende manieren worden vormgegeven. De handreiking biedt gemeenten handvatten voor het opzetten of doorontwikkelen van de aanpak. Uit het onderzoek bleek ook dat het samenwerken voor deze doelgroep om specifieke competenties van professionals vraagt. Het product Functiekenmerken is ontwikkeld met daarin diverse rollen en de benodigde competenties. In deze interactieve pdf (download) staan alle eindproducten. Of bekijk de korte film over de uitkomsten van het onderzoek Startbaan. Ook heeft dit project geleid tot twee artikelen: Looptijd 01 juni 2018 - 01 november 2020 Aanpak In het eerste jaar van Startbaan hebben we de huidige situatie en knelpunten bij de betrokken professionals in kaart gebracht. Dit deden we door betrokkenen te interviewen en te observeren tijdens besprekingen. Daarna hebben we groepsgesprekken met de professionals gevoerd, waarin we samen bepaalden welke knelpunten prioriteit moesten krijgen. Hieruit volgde een stappenplan waarmee gemeenten de interne samenwerking kunnen versterken. Ook beschreven we de algemeen werkzame principes voor de aanpak van deze complexe doelgroep.
Hoe verloopt de gemeentelijke samenwerking rond jongeren en jongvolwassenen (16-27 jaar) met complexe problemen en justitiecontacten? In het project Startbaan onderzochten we dit samen met de gemeenten Hilversum, Veenendaal, Wijk bij Duurstede en Zeist.Doel Jongeren en jongvolwassenen van 16 tot 27 jaar met complexe problemen en justitiecontacten zijn een uitdaging voor gemeenten en voor de professionals die met hen werken. Er speelt bij hen veel en op heel veel verschillende terreinen en ze zijn vaak moeilijk te bereiken en te motiveren. Het is daarom extra lastig voor deze groep om werk te vinden en te behouden. Tegelijk is werk de beste manier om uit de problemen te komen én te blijven. Verschillende afdelingen binnen de gemeente werken samen met andere organisaties om de problematiek van deze jongeren aan te pakken. Ze helpen jongeren om werk, scholing of stages te vinden. Voor de betrokkenen rondom de jongeren is het lastig om van elkaar te weten wat er allemaal speelt. Het project Startbaan had als doel de samenwerking tussen professionals te verstevigen en een aantal knelpunten in deze samenwerking aan te pakken. Zodat deze jongvolwassenen meer kans op een betere toekomst hebben. We voerden dit onderzoek uit in de gemeenten Hilversum, Veenendaal, Wijk bij Duurstede en Zeist. Resultaten Op basis van de bevindingen uit het Startbaan-onderzoek zijn meerdere producten ontwikkeld. Deze producten kunnen door gemeenten ingezet worden bij het opzetten of versterken van de samenwerking. Voor de vier gemeenten die deelnamen aan het onderzoek is er een stappenplan gemaakt. Met dit plan kunnen gemeenten de interne samenwerking versterken. Het project heeft ook geleid tot de ontwikkeling van de PGA-scan, een tool waarmee professionals knelpunten in de samenwerking met elkaar kunnen achterhalen. Verder kan de samenwerking in een gemeente op verschillende manieren worden vormgegeven. De handreiking biedt gemeenten handvatten voor het opzetten of doorontwikkelen van de aanpak. Uit het onderzoek bleek ook dat het samenwerken voor deze doelgroep om specifieke competenties van professionals vraagt. Het product Functiekenmerken is ontwikkeld met daarin diverse rollen en de benodigde competenties. In deze interactieve pdf (download) staan alle eindproducten. Of bekijk de korte film over de uitkomsten van het onderzoek Startbaan. Ook heeft dit project geleid tot twee artikelen: Looptijd 01 juni 2018 - 01 november 2020 Aanpak In het eerste jaar van Startbaan hebben we de huidige situatie en knelpunten bij de betrokken professionals in kaart gebracht. Dit deden we door betrokkenen te interviewen en te observeren tijdens besprekingen. Daarna hebben we groepsgesprekken met de professionals gevoerd, waarin we samen bepaalden welke knelpunten prioriteit moesten krijgen. Hieruit volgde een stappenplan waarmee gemeenten de interne samenwerking kunnen versterken. Ook beschreven we de algemeen werkzame principes voor de aanpak van deze complexe doelgroep.