Dienst van SURF
© 2025 SURF
This exploratory study aims to obtain a first impression of the wishes and needs of employees on the use of wearables at work for health promotion. 76 employ-ees with a mean age of 40 years old (SD ±11.7) filled in a survey after trying out a wearable. Most employees see the potential of using wearable devices for workplace health promotion. However, according to employees, some negative aspects should be overcome before wearables can effectively contribute to health promotion. The most mentioned negative aspects were poor visualization and un-pleasantness of wearing. Specifically for the workplace, employees were con-cerned about the privacy of data collection.
LINK
The pervasiveness of wearable technology has opened the market for products that analyse running biomechanics and provide feedback to the user. To improve running technique feedback should target specific running biomechanical key points and promote an external focus. Aim for this study was to define and empirically test tailored feedback requirements for optimal motor learning in four consumer available running wearables. First, based on desk research and observations of coaches, a screening protocol was developed. Second, four wearables were tested according to the protocol. Third, results were reviewed, and four experts identified future requirements. Testing and reviewing the selected wearables with the protocol revealed that only two less relevant running biomechanical key points were measured. Provided feedback promotes an external focus of the user. Tailoring was absent in all wearables. These findings indicate that consumer available running wearables have a potential for optimal motor learning but need improvements as well.
In this article I argue that whereas quantified technologies that measure physical functioning and worn on the body encourage a mind-body dualism, affective experiences caused by haptic devices emphasize a unity of the two. I turn to French ontologist Gilles Deleuze’s concept of immediate encounters that precede subject-object relations and contrast these encounters and their productive character with mediated experiences to illustrate the fundamental differences between the two wearable technologies. I furthermore argue that our experience with, and understanding of, wearing textile integrated haptic technologies can be enriched by applying the concepts of the ‘extended felt-body’, ‘felt-body islands’, and ‘corporeal communication’ as coined by German phenomenologist Hermann Schmitz. The case study used throughout this article is based on an auto-ethnographic, first person research project into a heartbeat monitor worn attached to a sports bra and a posture corrector worn just under the collar bone. In combination with the philosophical perspective suggested, the results from this project open up a plethora of potential new ways of creating and experiencing future fashions.
Patiëntdata uit vragenlijsten, fysieke testen en ‘wearables’ hebben veel potentie om fysiotherapie-behandelingen te personaliseren (zogeheten ‘datagedragen’ zorg) en gedeelde besluitvorming tussen fysiotherapeut en patiënt te faciliteren. Hiermee kan fysiotherapie mogelijk doelmatiger en effectiever worden. Veel fysiotherapeuten en hun patiënten zien echter nauwelijks meerwaarde in het verzamelen van patiëntdata, maar vooral toegenomen administratieve last. In de bestaande landelijke databases krijgen fysiotherapeuten en hun patiënten de door hen zelf verzamelde patiëntdata via een online dashboard weliswaar teruggekoppeld, maar op een weinig betekenisvolle manier doordat het dashboard primair gericht is op wensen van externe partijen (zoals zorgverzekeraars). Door gebruik te maken van technologische innovaties zoals gepersonaliseerde datavisualisaties op basis van geavanceerde data science analyses kunnen patiëntdata betekenisvoller teruggekoppeld en ingezet worden. Wij zetten technologie dus in om ‘datagedragen’, gepersonaliseerde zorg, in dit geval binnen de fysiotherapie, een stap dichterbij te brengen. De kennis opgedaan in de project is tevens relevant voor andere zorgberoepen. In dit KIEM-project worden eerst wensen van eindgebruikers, bestaande succesvolle datavisualisaties en de hiervoor vereiste data science analyses geïnventariseerd (werkpakket 1: inventarisatie). Op basis hiervan worden meerdere prototypes van inzichtelijke datavisualisaties ontwikkeld (bijvoorbeeld visualisatie van patiëntscores in vergelijking met (beoogde) normscores, of van voorspelling van verwacht herstel op basis van data van vergelijkbare eerdere patiënten). Middels focusgroepinterviews met fysiotherapeuten en patiënten worden hieruit de meest kansrijke (maximaal 5) prototypes geselecteerd. Voor deze geselecteerde prototypes worden vervolgens de vereiste data-analyses ontwikkeld die de datavisualisaties op de dashboards van de landelijke databases mogelijk maken (werkpakket 2: prototypes en data-analyses). In kleine pilots worden deze datavisualisaties door eindgebruikers toegepast in de praktijk om te bepalen of ze daadwerkelijk aan hun wensen voldoen (werkpakket 3: pilots). Uit dit 1-jarige project kan een groot vervolgonderzoek ‘ontkiemen’ naar het effect van betekenisvolle datavisualisaties op de uitkomsten van zorg.
Developing and testing several AR and VR concepts for SAMSUNG (Benelux) Samsung and Breda University of Applied Sciences decided to work together on developing and testing several new digital media concepts with a focus on VR and gaming. This collaboration has led to several innovative projects and concepts, among others: the organisation of the first Samsung VR jam in which game and media students developed new concepts for SAMSUNG GEAR in 24 hours, the pre-development of a VR therapy concept (Fear of Love) created by CaptainVR, the Samsung Industry Case in which students developed new concepts for SAMSUNG GEAR (wearables), the IGAD VR game pitch where over 15 VR game concepts were created for SAMSUNG VR GEAR and numerous projects in which VR concepts are developed and created using new SAMSUNG technologies. Currently we are co-developing new digital HRM solutions.
De markt voor gezondheids-apps en ‘wearable’ gezondheidsmeters is enorm in opkomst en brengt veel beloften met zich mee om mensen in beweging te krijgen en gezonde keuzes te laten maken. De meeste van deze toepassingen zijn echter niet gebaseerd op wetenschappelijke methoden over gedragsverandering. Meer inzicht is nodig in de intrinsieke motieven van mensen om deze ICT-technieken al dan niet te gebruiken en effectiever te maken bij het gezond houden van mensen. In deze context wil een samenwerkingsverband van Selfcare BV, een technostarter die een digitaal platform heeft gebouwd waar persoonlijke gezondheidsdata van wearables worden gekoppeld, Fit!vak, de branchevereniging van erkende sport- en bewegingscentra, en het lectoraat Leven Lang in Beweging van Avans Hogeschool, een KIEM project uitvoeren met als centrale onderzoeksvraag hoe gebruikers het gebruik van wearables in combinatie met een digitaal dataplatform ervaren. Het project draagt bij aan de realisatie van het CLICK KIA cross-over programma Create Health. Een onderzoeksteam van Avans Hogeschool volgt gedurende een jaar ca. 60 medewerkers van Avans Hogeschool die een Fitbit sporthorloge in combinatie met het Selfcare dataplatform gebruiken. De uitkomsten van dit verkennend onderzoek zullen worden gebruikt om (voorlopige) aanbevelingen te doen aan de betrokken mkb’ers en een gezamenlijk voorstel voor vervolgonderzoek op te stellen.